Film / Films

Ze lijken wel erg veel op elkaar

recensie: Twin sisters

Twin sisters is een documentaire in de categorie ‘de waarheid verzin je niet’. We kennen allemaal wel verhalen over de bijzondere band tussen tweelingen. Deze Noorse docu geeft daar een treffend en ontroerend voorbeeld van.

 

De film volgt een Noors en een Amerikaans echtpaar dat in China onafhankelijk van elkaar een adoptiekind gaat ophalen. De Noorse man wordt echter ziek waardoor de procedure even vertraging oploopt. Wanneer ze met hun nieuwe dochter Alexandra alsnog een overdrachtsceremonie meemaken, ontmoeten ze het Amerikaanse echtpaar met hun nieuwe dochter Mia.

Toeval


De twee stellen hebben geheel toevallig voor de meisjes hetzelfde kledingstuk in hun thuisland gekocht en raken aan de praat. Nog meer toeval: de meisjes lijken wel erg veel op elkaar. De Chinezen ontkennen dat Mia en Alexandra zusjes zijn, maar bij thuiskomst blijkt uit een DNA-test dat de meisjes wel degelijk een tweeling zijn.

~

Twin sisters laat met behulp van veel home video materiaal zien hoe de zusjes onafhankelijk van elkaar opgroeien in twee totaal verschillende werelden en culturen. Mia geniet een zeer beschermd leven in het Amerikaanse Fresno en wordt overspoeld met dure cadeaus. Alexandra woont in een piepklein dorp in het Noorse fjordengebied en heeft daar alle vrijheid om in de overweldigende natuur haar gang te gaan.

Enorme verschillen


De Noorse regisseur Mona Friis Bertheusen maakte met Twin sisters een ontroerende verkenning van de nature-nurture discussie. Want ondanks de totaal verschillende opvoeding, de flinke taalbarrière en de enorme afstand tussen de zussen, gaan Mia en Alexandra volstrekt harmonieus met elkaar om wanneer ze elkaar uiteindelijk ontmoeten. Alsof ze hun hele leven al bij elkaar zijn.

Na een heerlijke, gezamenlijke zomervakantie in Noorwegen houden de meiden wekelijks contact. Hoe het verder met ze gaat houdt de film open, maar de documentaire roept wel de vraag op of deze adoptiekinderen eigenlijk niet bij elkaar horen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.

Muziek / Album

Huismuziek

recensie: Mad About Mountains - Harlaz

Twee jaar geleden debuteerde muzikant Piet de Pessemier, bekend van onder andere Krakow, met zijn titelloze soloplaat. Het resultaat was een album met een voorzichtige en vooral rustige folksound. De Pessemier is dit jaar terug met Harlaz, een sterkere en meer sfeervolle plaat dan het debuut.

Als luisteraar krijg je een heel sterk familie- en thuisgevoel bij het beluisteren van het tweede album van Mad About Mountains. Niet alleen vanwege de teksten die refereren aan het thuis zijn (lyrics als ”Let me drive you home”, ”Winter may be cruel, but I still wanna be with you” en Where the man is, where the heart is, where you belong” of titels als ‘Down the River Home’, ‘On Our Way Back Home’ en ‘Our Garden’), maar de gehele folky sound doet denken aan een warm huis of een goed samenzijn rondom het kampvuur in de tuin. Dat is niet zo gek: voor deze tweede plaat heeft De Pessemier een heuse eigen band bij elkaar weten te schrapen. Op Mad About Mountains waren bassist en zangeres Myrthe Luyten, drummer Stijn Persoons en multi-instrumentalist Davy Jansen nog slechts gastartiesten, nu maken ze daadwerkelijk onderdeel uit van de band.

De Pessemiers inspiratiebron, Neil Young, is nooit ver weg. Nummers als ‘Little Lady’ (inclusief prachtige blazers) en ‘If You See Her’ hebben exact die country- en americanavibe, zonder dat het te gejat is. De Pessemiers vocals hebben een totaal andere sound: minder zwaar en meer monotoon. De lyrics in deze tracks zijn niet te ver gezocht: ze beschrijven letterlijke herinneringen en gedachten zonder moeilijk woordgebruik. Dat hoeft ook niet, hij zingt waar het op staat. De combinatie van zijn stem met de backing vocals van Luyten en Jansen klinkt als één. De stemmen passen goed bij elkaar en vormen een zacht geheel.

Goede balans
Een van de mooiste nummers van Harlaz is ‘Hurts’, een eerbetoon aan een overleden vriend. Hoewel het intro met piano totaal anders is dan de rest van de song, is het geheel met de schitterende mondharmonica en de melancholische en breekbare vocals van De Pessemier een  hoogtepunt. Dan hebben we het nog niet eens over de pakkende tekst. Het is een ingetogen pareltje waar het verdriet vanaf druipt.

Hoewel de plaat hier en daar gedurfder is dan het debuut, neem bijvoorbeeld de lekkere gitaarsolo in ‘If You See Her’ of de catchy tune en aanstekelijke achtergrondvocals in ‘Harlaz’, is het geheel nog steeds niet uitbundig. Het is fijne, kabbelende luistermuziek voor in huis, tijdens een goede bak koffie of een lekker glas wijn. De Pessemier heeft een prima balans gevonden tussen rustige folky songs en opgetogen americana meets country. Meer afwisseling is er niet; dat kun je als luisteraar saai vinden, of je kunt de sfeervolle muziek van Mad About Mountains omarmen en niet meer loslaten. 

Boeken / Fictie

Diep geraakt door de kwetsbaarheid van het leven

recensie: Philippe Claudel (vert. door Manik Sarkar) - Kleine mechanieken

.

Donkere, magische werelden doemen op, om na een paar pagina’s weer te verdwijnen. De meeste personages sterven. Een besef van tijd en ruimte lijkt te ontbreken. Maar boven alles, weet Philippe Claudel je aan het denken te zetten.

‘Ik word altijd diep geraakt door de kwetsbaarheid van de levensloop, die zomaar kan breken of ontsporen door iets wat je haast niet ziet en wat niet of nauwelijks te voorspellen valt’, schrijft Claudel in zijn introductie voor Kleine mechanieken. In deze collectie korte verhalen staat die kwetsbaarheid centraal. Vernoemd naar een uitspraak van Blaise Pascal, die de mens met een klein mechaniek vergeleek dat van slag kan raken en vast kan lopen door het oneindig grote of kleine, onderzoekt de collectie de verschillende manieren waarop wij als assemblage blokkeren.

Wij denken als mens onsterfelijk te zijn, denken ons leven minder kwetsbaar te maken door er betekenis aan te geven, door ons in het dagelijkse te verliezen. Claudel prikt met zijn verhalen constant door deze illusie heen, laat kleine dingen grootste consequenties hebben. De meest prominente spelbreker is de dood. Niets toont onze kwetsbaarheid of onbenulligheid zo goed als het onoverkoombare eind van ons bestaan. De dood neemt in de verhalen verscheidene gedaantes aan. Hij maakt zijn entree als personage, als angst, als straf, als onverschillige werkelijkheid.

Kunst als redding
Dat kleine dingen grote consequenties kunnen hebben, zit voor Claudel niet alleen in het negatieve. Tegenover de verwoestende kracht van de dood, zet de Franse schrijver verhalen waarin kunst en poëzie de kracht hebben het dagelijkse te doorbreken, het mechaniek van slag te brengen. Beata Désidério raakt geobsedeerd door een droom, Igor Beshevich jaagt tot zijn dood de betekenis van een enkel woord achterna. ‘De Ander’, het langste verhaal in collectie, vertelt over een man die na het lezen van de poëzie van Arthur Rimbaud vrouw en kinderen achterlaat om in het duistere Afrika op zoek te gaan naar de dichter. Steeds opnieuw laat Claudel zien hoe het planten van een klein zaadje alles overhoop kan gooien.

De schrijver ziet kunst als het enige strijdmiddel tegen de dagelijkse sleur. In zijn verhalen schetst hij dystopieën waarin dichters vervolgd worden, schrijvers als prostituees hun verhalen aan geheime aanbidders proberen te slijten. De moraal ligt er soms te dik bovenop, maar Claudel weet het mooi op te schrijven. Zoals wanneer hij de roman als wapen schetst:

Romans als dolken met vlijmscherpe punten die hun muziek in het geheugen van de mensen krassen, die ik bij tijd en wijle verzacht met stiltes, buitensporige, oneindige stiltes die ik het aanzien van goudstof geef van grote, beverige vervoering, van waterdruppels die een onweersbui over de achterkant van de wilgenbladeren uitstort om ze er vervolgens weer vanaf te jagen.

De moraal van de hele collectie lijkt vooral te zijn om te ontsnappen aan het verstommende, verdovende dagelijkse leven.

Sprookjes en Kafkaiaanse vervreemding
Kleine mechanieken verscheen in 2003 al in het Frans, maar is nu voor het eerst naar het Nederlands vertaald. De korte verhalen zijn glimpen van levens en werelden die vervreemdend en tegelijkertijd herkenbaar zijn. Verschillende vertelperspectieven en schrijfstijlen wisselen elkaar af. Claudel lijkt net zo makkelijk een sprookje tot leven te kunnen brengen als een Kafkaiaanse nachtmerrie uit te kunnen tekenen.

Bij de meeste verhalen, waarvan sommige niet meer dan drie pagina’s tellen, val je er middenin en worden alle zintuigen aangeschreven om je direct in het verhaal te zuigen. De zinnen nemen het ritme aan van het verhaal, ook in de vertaling. Eenmaal voorbij de laatste bladzijde blijft de vraag over de precieze betekenis van het verhaal echter lang hangen. De combinatie van stijl en inhoud maken de verhalen niet alleen plezierig om te lezen, maar nodigt ook uit om er telkens weer naar terug te keren.

Film / Films

Blunder na blunder

recensie: Veep

.

De leukste politieke satire van dit moment heet Veep, een serie van Armando Iannucci voor het Amerikaanse betaalkanaal HBO.

~

In het tweede seizoen lijkt haar machtsbasis zich enigszins te verbreden. Haar partij lijdt bij een tussentijdse verkiezing een verpletterend verlies. Uit onderzoeken blijkt dat de inzet van de veep een nog groter verlies heeft voorkomen. Meyer wisselt de portefeuille voedselveiligheid in voor buitenlands beleid en dat is vragen om moeilijkheden.

Tijdens een werkbezoek aan een boerenmanifestatie moet ze commentaar geven op de Joods-Palestijnse kwestie nadat haar dochter een anti-Israelische film de hemel in heeft geprezen en een Iraans vriendje blijkt te hebben. Met op de achtergrond een geroosterd varken aan het spit spreekt ze de verzamelde pers toe. Een niet zo kosher beeld dat tot grote paniek leidt bij alle adviseurs.

Felle oneliners
Zo stapelt Meyer zelf blunder op blunder en reageert ze zich in felle oneliners af op haar eveneens stuntelende staf. Directe toegang tot de president wil ook dit seizoen niet lukken. Met de nieuwe seniorstrateeg van het Witte Huis voert ze een strijd op leven en dood. Het tempo van de grappen en scheldkanonnades blijft ook dit seizoen hoog. Veep blijft ook dit seizoen behoren tot één van de betere komedies van vandaag de dag.

Theater / Achtergrond
special: Het Zeecontainerdorp op Festival Over het IJ

Een enclave van zeecontainers

Het lijkt een festival in een festival. Het Zeecontainerdorp is al jaren het eerste dat je ziet als je van het pontje voet zet op de NDSM-werf. De makers die daar tien dagen lang de entree richting bar en kassa bezetten, krijgen maar weinig mee van de overige voorstellingen op het festival. Dat is maar randprogrammering. Zij vormen het hart en het uiterlijk, de terugkerende identiteit van Festival Over het IJ in Amsterdam.

© Saris & den Engelsman

© Saris & den Engelsman

Het stadse locatietheaterfestival profileert zich als ontwikkelingsplatform voor jonge makers. Behalve de vijftien zeecontainers zijn de voorstellingen van Opmaat daar een goed voorbeeld van. Er wordt steeds gezocht naar een balans tussen gegarandeerde kwaliteit en werk van nieuwe, semi-onervaren makers. Niet helemaal onervaren natuurlijk, want ook bij het Zeecontainerprogramma geldt: een recent gehaald of te halen diploma aan een kunstvakopleiding is vereist om een containerproject op touw te zetten. Maar voor veel makers is dit wel de eerste confrontatie met een dergelijk aantal speelbeurten, voor een zeer divers publiek, dat nauwelijks van de spelers af staat.

De veranderende stad
Sinds dit jaar is Maaike van Langen artistiek leider van het festival op in Amsterdam Noord. Waar het zwaartepunt in de invulling van het festival eerder neigde naar talentontwikkeling, is de prioriteit van van Langen dat de voorstellingen zich actief verhouden tot de veranderende stad. In dat kader werden de makers binnen het Zeecontainerprogramma uitgedaagd om te werken vanuit het thema ‘stad van de toekomst’. Resultaat: vijftien containers met daarin korte voorstellingen, variërend van opera, beeldende kunst, interactieve installaties en (tekst-)toneel die als het even kan elk uur minimaal één keer spelen.  

Simone Hogendijk is één van de artistieke coördinators van het Zeecontainerprogramma. ; ‘Voor de meeste makers is het de eerste kennismaking met werken buiten de theaterzaal. Ze worden gevraagd zich te verhouden tot de container, de NDSM-werf en het festival.’ Ze benadrukt het belang van de springplankfunctie van het festival. ‘Veel makers stromen door, bijvoorbeeld naar het Atelier of naar de expeditie op Oerol. Een zeecontainervoorstelling maken is een mooie wederzijdse kennismaking met locatietheater maken.’

© Saris & den Engelsman

© Saris & den Engelsman

Schrijfster Sara van Gennip is één van de jonge makers die door Over het IJ geselecteerd werd. In haar voorstelling Trek (die geregisseerd is door Martijn Klink en gespeeld door Matthijs Mahler en Lester van Olffen) laten twee mannen zich met het publiek opsluiten in een zeecontainer die naar een Chinese stad vervoerd wordt. Haar voorstelling speelt vandaag ongeveer voor de dertigste keer in nog geen week. ‘Ik blijf hier betrokken met het project. Ik kan steeds bijsturen, ook tekstmatig. Ik ben erachter gekomen dat acteurs heel flexibel zijn. Zo blijft de voorstelling in ontwikkeling. De voorstelling wordt vriendelijker en grappiger naarmate het festival vordert.’

Uiteenlopende interpretaties 
In haar voorstelling kiezen de personages voor een andere stad, ver weg in China, maar als ze er bijna zijn slaat bij één de twijfel toe: is Chongqing wel de nieuwe utopie, of moeten we toch maar terug naar Amsterdam-Noord? Uiteindelijk wordt ook van het publiek gevraagd een kant te kiezen. In Omdat de koning zei… van Josje Eijkenboom en Silas Neumann vertellen de makers in een getheatraliseerde context over hun maakproces, waarin ze door actief te participeren een bijdrage wilden leveren aan de veranderingen in de stad. Ze houden het klein en dicht bij zichzelf, wat de beladenheid van de term ‘participatiemaatschappij’ die onze koning vorig jaar het land in joeg, een lekkere lichtheid geeft. De Vlaamse Anjana Dierckx, Silke Huysmans en Eleonore Van Godtsenhoven maakten met Safe Havens een voorstel voor een stad in de vorm van een uitgebreide maquette, terwijl It’s a small world after all door de speakers galmde. De interpretaties van het thema zijn uiteenlopend en in vorm schiet het alle kanten op.

Mede door de herdefiniëring van de artistieke visie die van Langen voor deze editie formuleerde, hebben de containervoorstellingen meer dan ooit een verbinding met elkaar. Het geeft de voorstellingen een belangrijke inhoudelijke meerwaarde. Toch zijn veel bezoekers geneigd de voorstellingen over te slaan of tot afstel uit te stellen. Ook de traditionele ligging van de containers (die ondanks kleine aanpassingen ook dit jaar weer nagenoeg hetzelfde is) is niet altijd even gunstig. Ben je ze eenmaal gepasseerd, dan hoef je ze niet meer tegen te komen. Juist de spontaniteit die van de bezoekers wordt verlangd (je kan immers voor de voorstellingen niet reserveren, ze zijn juist geschikt voor die korte momenten tussen twee voorstellingen in) wordt daardoor bijna tegengewerkt. In een open festivalhart, omsloten door containers, lopen de bezoekersaantallen ongetwijfeld hoog op.

Boeken / Fictie

Haat, lichamen en zwembadwater

recensie: Christos Tsiolkas - Barracuda

.

Ik ben de sterkste, de snelste, de beste. Dit mantra herhaalt zich door Christos Tsiolkas’ vijfde roman. Zwemkampioen Danny Kelly zet alles op alles om het van sport bezeten Australië te vertegenwoordigen op de Olympische Spelen.

Om zijn doel te bereiken, wordt Danny voornamelijk gedreven door haat. ‘Hij wist dat hij die haat zou gebruiken, zich die haat zou herinneren en dat hij daardoor een betere zwemmer zou worden.’ Er is dan ook veel wat haat oproept bij Danny. Zijn vader die hem probeert te temperen en niet genoeg steunt. Zijn arbeidersafkomst. Zijn Griekse komaf en bijbehorende lichaamsbeharing. De chique privéschool waar hij niet thuishoort en alleen maar zit omdat hij een zwembeurs heeft gekregen. De jongens op school die hem niet moeten en de vele bijnamen die ze hem geven; Dan, Daniël, Kelly, Dino, Barracuda.

Op uw plaatsen
Het grootste deel van de roman is Danny niet om uit te staan. Als hij wint is hij arrogant, zelfingenomen en ondankbaar voor de vele offers die zijn familie, vooral zijn moeder, voor hem brengt. Als hij verliest is hij echter nog veel onuitstaanbaarder, in zijn blinde woede die hem nóg een bijnaam oplevert – Psycho Kelly – en die hem uiteindelijk de gevangenis in helpt.

Die vele bijnamen weerspiegelen Danny’s verwarring en worsteling met zijn identiteit als immigrant in Australië, als arbeider op een rijkeluisschool, met zijn plaats in de maatschappij en zijn seksuele geaardheid. Hij vindt zijn plaats pas een beetje wanneer hij het zwemmen kwijt is, in de gevangenis heeft gezeten en als Dan door het leven gaat.

Keihard en lichamelijk
Het is een goed en mooi verhaal maar Barracuda is een moeilijke, harde roman. Hoewel de geweldsdaad die Danny in de gevangenis brengt maar heel kort wordt beschreven, is de roman keihard. De voortdurende fixatie op het lichaam, de haat en woede, ruwe seks van Danny met een andere man, het complete gebrek aan subtiliteit en de nimmer aflatende strijd op werkelijk elk vlak – van elkaar passeren in de gang tot het zwemmen en het desastreuze gevecht – zorgen voor een haast fysiek mangelende leeservaring.

De roman is moeilijk omdat het verhaal mooi is maar het boek vele gebreken kent, van de lengte tot het vertelperspectief. Tsiolkas wisselt om onduidelijke redenen voortdurend tussen tegenwoordige en verleden tijd, en tussen eerste persoon en derde persoon. Hij doet vreemde gevolgtrekkingen, presenteert fait accompli’s en laat van alles weg terwijl hij aan de andere kant zo’n tweehonderd van de bijna vierhonderd pagina’s tellende roman oeverloos doorzevert over voornamelijk het gevoel dat je krijgt als je met je lichaam het zwembadwater doorklieft. Het melodramatische wordt door Tsiolkas sowieso niet geschuwd.

Barracuda raakt aan een aantal prangende en actuele thema’s – van immigratie en fanatisme tot faalangst en homoseksualiteit – en wordt denkelijk vooral daarom goed ontvangen maar het is jammer dat de roman niet wat bondiger en subtieler geschreven is.

Film / Achtergrond
special: Once Upon a Forest

March of the trees

.

Steeds meer mensen, steeds minder bossen. Een realiteit die allang bekend is, maar toch enigszins moeilijk te vatten is. In het dagelijkse leven kom je er namelijk niet mee in aanraking. Maker Luc Jacquet, die enige jaren geleden het uiterst succesvolle March of the Penguins maakte, probeert met zijn Franse natuurdocumentaire Once Upon a Forest (Il était une forêt) de ogen te openen. Hele wouden worden gekapt, maar wat gebeurt er als de mens de bomen eens met rust laat? Hoe snel kan de natuur geheeld worden?

In de documentaire volgen we de botanist Francis Hallé, die ons meeneemt naar de tropische regenwouden van het Afrikaanse land Gabon en het Zuid-Amerikaanse Peru. Jacquet ontmoette de bioloog toevallig en raakte gefascineerd door zijn verhalen over bomen. Al heel zijn leven is Hallé bezig met het doorgronden van het stilzwijgende leven. Hoe groeien bomen? Hoe overleven ze in het midden van al het wild? Welke bomen zijn sterker dan anderen en hoe werkt hun afweermechanisme? En tot slot: als de mens de wouden eens met rust zou laten, hoe snel groeien er dan weer nieuwe bomen?

Animaties en oerwoud

~

Jacquet heeft een duidelijke visie: laten zien hoe het oerwoud werkt in plaats van het slechts te vertellen. Terwijl Hallé aan het woord is over het overleven en de toekomst van bomen, ziet de kijker dan ook regelmatig animaties in beeld. Op die manier zie je hoe een boom groeit of hoe een plant zich aanpast, in plaats van er naar te moeten gissen.

Goed bedacht, maar de oplossing ’Laten we hier een animatie van maken!’ werd wel iets te vaak ingebracht. De kracht van de natuur hoort hem in de natuur zelf te zitten en niet in de creaties van een computer. De overdaad aan kleurrijke computerwerkjes leidde soms zelfs af. Jacquet had hier alleen gebruik van moeten maken als er daadwerkelijk iets getoond moest worden dat anders niet goed uit te leggen was.

Once Upon a Forest is voornamelijk een documentaire om lekker te ontspannen. Maak een grote mok thee en genieten van de mooie natuurbeelden!

Film / Films

Gedocumenteerde broederliefde

recensie: Mistaken for Strangers

In Mistaken for Strangers volgt Tom Berninger zijn broers band The National. De documentaire gaat echter vooral over Tom, die meer in beeld komt dan The National. Normaal gesproken wellicht geen goed teken, maar in dit geval een schot in de roos.

Mistaken for Strangers is een close-up van de relatie tussen twee broers. Matt is relatief beroemd als de zanger van The National. Hij is de oudste, getrouwd, heeft kinderen en staat op het punt om op wereldtournee te gaan. Tom is negen jaar jonger en bereikt nog niets in zijn leven, tot het moment dat Matt hem vraagt roadie te worden tijdens de tournee.

~

Tom heeft een paar enorm slechte horrorfilms op zijn naam staan – we zien enkele fragmenten – en vat het idee op om de tournee te documenteren. Hij koopt een nieuwe camera en zijn verwachtingen van het rockersleven zijn hooggespannen. De teleurstelling is voelbaar wanneer The National niet de rockgroep is die Tom voor ogen had. Seks, drugs en rock ‘n’ roll komen niet in het schouwspel voor. Touren blijkt verdacht veel op werken te lijken.

Slechte regisseur, goede docu
Al snel wordt duidelijk dat Tom zowel de slechtste roadie als documentairemaker ooit is. Het blijkt een gouden combinatie. Matt vraagt: ‘Do you have any kind of plan or organization for this film?’ Het antwoord wordt niet gegeven, maar is voor de kijker al duidelijk. Tom stelt vragen als: ‘Do you keep your ID and wallet on you while playing?’ of de klassieker ‘Where do you see The National in 50 years?’ Daarnaast worden willekeurige dingen gedocumenteerd en filmt Tom tijdens een concert voeten en benen met de immer aanwezige shaky handheld-camera. Van een plan is geen sprake.

~

Toms onvolkomenheden, onvolwassenheid, onverantwoordelijkheid en gebrek aan eigenwaarde definiëren zijn leven. Pogingen van Matt, zijn vrouw en enkele bandleden om Tom te helpen met zijn project zijn vertederend om te zien, want ze weten dat Tom het alleen nooit redt. Matt is echter ook gewoon aan het werk en Tom wordt geacht prioriteiten te stellen: eerst het roadiewerk doen, daarna filmen. Tom is echter niet zo’n ster in prioriteiten stellen en ziet de documentaire als zijn magnum opus.

Toch is de documentaire er uiteindelijk gekomen. Dat is prettig. Tom blijkt een ster in het verfilmen van zijn eigen worstelingen, zijn relatie met zijn succesvolle broer en zijn ontwapenende humor. Op geheel eigenzinnige wijze en vanuit een origineel standpunt, namelijk zijn eigen standpunt, maakt Tom een prachtig familieportret. Tom treedt met Mistaken for Strangers eindelijk uit de schaduw van zijn grote broer en dat proces alleen al is moeite van het kijken waard. 

Film / Films

Een nieuwe richting

recensie: At any price

At any price is eindelijk eens een plattelandsfilm waarin de jeugd vol overgave autocrosst. Dat zie je niet vaak.

~

De film speelt zich af op het vlakke land van het Amerikaanse Iowa waarin de familie Whipple centraal staat. Vader Henry (Dennis Quaid) heeft een groot agrarisch bedrijf en is verkoper van zaden. Zijn lieve vrouw (Kim Dickens) steunt hem door dik en dun. De twee kinderen hebben geen interesse in overname van het familiebedrijf. De oudste zoon is in het buitenland bergen aan het beklimmen en de jongste zoon Dean (Zac Efron) wil liever autocoureur worden.

Eeuwige grijnslach


~

Ogenschijnlijk schetst At any price de Amerikaanse droom. Henry’s bedrijf groeit, het gaat hem voor de wind en houdt er een leuke minnares op na. Maar achter zijn eeuwige grijnslach staan zijn imperium en zijn gezin op instorten. Henry heeft in zijn competitiedrang de nodige vijanden gemaakt, waardoor een vete met een concurrent uit de hand loopt. 

Het zadenbedrijf waar zijn bedrijf onder valt, eist dat hij ieder jaar nieuwe gepatenteerde producten afneemt en dreigt hem een proces aan te doen wegens fraude. Daarnaast ziet Dean zijn race-ambities na een ongeluk in rook opgaan.

Ouderwets melodrama


~

At any price markeert de Hollywooddoorbraak van de Iraans-Amerikaanse regisseur Ramin Bahrani (Goodbye Solo, Man push cart). Waar zijn vorige films neorealistische portretten waren van mensen uit de onderkant van de samenleving. Slaat hij met deze film, inclusief grote acteursnamen, een nieuwe richting in. At any price is een, bijna ouderwets, melodrama in de stijl van Tennesee Williams. De manier van acteren wordt vet aangezet, wat vooral in de dialogen leidt tot een theatrale uitvergroting. Dit heeft tot gevolg dat de karakters behoorlijk afstandelijk blijven. De uitwerking van het maatschappelijke thema daarentegen, waarin de invloed van de economische omstandigheden op gewone mensen uiteen wordt gezet, is goed gelukt. Hoewel Bahrani niet helemaal geslaagd is in deze nieuwe weginslag, blijft hij door zijn kritische benadering van maatschappelijke onderwerpen een regisseur om in de gaten te houden.

Muziek / Album

Bevestiging van een fenomeen

recensie: Fink - Hard Believer

Fink, de band rondom zanger Fin Greenall, toerde anderhalf jaar de wereld rond met de Perfect Darkness-tour. Ruim de tijd nemen om een nieuwe plaat te maken deed de band niet. In slechts zeventien dagen wisten de Britten het intense Hard Believer op te nemen, waarop vooral de donkerheid overheerst.

‘Hard Believer’, titeltrack en openingsnummer, is best even wennen. Het akoestische gitaarloopje en de nadruk op de laatste klemtonen klinken nog bekend. Wat wel anders is, is dat de stem van Greenall van wat verder weg lijkt te komen. Ook komt er door ruimte te laten tussen de zangpartijen meer plek voor gitaar en drums. Het donkere sfeertje wordt mede bepaald door doffe drumklappen, en blues en Afrikaanse invloeden zijn nimmer ver weg.

Verwachte hoogtepunten


Fans van het oudere werk komen zeker aan hun trekken met ‘Pilgrim’. Aan dit nummer, evenals ‘This Is The Thing’ en ‘Honesty’, schreef Blair Mackichan mee. Het kenmerkend snelle gitaarspel en de tweestemmige zang werken naar een verwacht hoogtepunt toe. Ook ‘Shakespeare’, waarin Greenall via de persoon Romeo een liefdesdrama vertelt, blinkt in dit opzicht uit.

‘You taught me so much about you.
You taught me so much about love.
Yet I learned nothing.’

Af en toe inhoudend, opnieuw beginnend en weer verder opbouwen naar een explosie. Zes minuten genot gegarandeerd en een tekst die je hoofd niet wil verlaten.

Flinke lengte en wat meer inkleuring


Er zijn over het algemeen wel wat verschillen te ontdekken met het laatste album  Perfect Darkness uit 2011. De tracks zijn vaak wat langzamer en meer ingekleurd, en leunen minder op gitaar alleen, vergeleken met hits als ‘Perfect Darkness’, ‘Yesterday Was Hard on All of Us’ en ‘Berlin Sunrise’. Was de band al niet vies van lange nummers, ook nu is dit weer het geval. Door de zorgvuldige opbouw, en omdat er van alles gebeurt, verslapt de spanning echter geen moment. Een voorbeeld van zo’n compositie is ‘White Flag’. Een couplet-refreinstructuur is hierin niet te bekennen, en de veelvuldig gebruikte galm, het constante hypnotiserende sirene toontje, en het ‘obey, obey’ zorgen samen al met al voor een sfeervolle dreiging.

Geen mindere nummers


Dat er naast enkele toppers geen slechte songs te horen zijn, bewijzen het langzame en sfeervolle ‘Too Late’, en het eveneens trage en treurige ‘Truths Begins’. Ook het lichte ‘Green and the Blue’ bouwt rustig op naar het refrein. Berusting klinkt door in de zang, maar een onrustig slot maakt toch plaats voor wat meer vechtlust. Het slotnummer is ‘Keep Falling’. Dit nummer wordt met onverwacht hoge stem gezongen, en valt in alle eenvoud toch op.

Nederlands tintje


Het vijfde studioalbum is opgenomen in de Sound Factory Studios in Hollywood. Daarvoor bracht de band ook enkele dagen door in de Electric Monkey Studios in Amsterdam, om demo’s in op te nemen. Wat ook zeker niet onvermeld mag blijven is de medewerking van Ruben Hein als pianist op ‘Looking Too Closely’. Deze eerste single start met snel getokkel en pianospel. Vurige gitaren en drums begeleiden het refrein. Het nummer gaat over ontkenning; kijk niet van te dichtbij naar jezelf, want dan kom je niet meer vooruit.

Bezwerend


Het vijfde studioalbum wilde de band grootser en ambitieuzer aanpakken, met big endings aan de tracks. Greenall zei in een interview meer vertrouwen te hebben als zanger en gitarist, en dat er ook meer balans is te vinden binnen de band. ‘Five years of touring does pay off.’ Soms complex en soms simpel, dan langzaam en dan weer sneller, maar altijd even intens  een album dat je bij de strot grijpt en niet meer loslaat. Dat Fink goede albums maakte stond buiten kijf, maar met Hard Believer laat de band voorlopig zijn onbetwiste meesterwerk zien.