Boeken / Non-fictie

Steve Jobs van de zestiende eeuw

recensie: Sandra Langereis - De woordenaar

Christoffel Plantijn (1520-1589) was de belangrijkste drukker en uitgever van zijn tijd. Hij bouwde in de zestiende eeuw aan een imperium dat met strakke hand vanuit handelscentrum Antwerpen werd geleid. Dat ging niet zonder slag of stoot, zo beschrijft historica Sandra Langereis in een boeiende biografie.

Aan de Vrijdagmarkt in hartje Antwerpen kan men in het Museum Plantin-Moretus nog altijd de drukpersen zien waarop Christoffel Plantijn zijn boeken drukte. Het huis en de bijbehorende werkplaatsen zijn in een perfecte staat behouden gebleven en vormen het decor van de vroegste geïndustrialiseerde boekdrukpraktijk. Nadat Johannes Gutenberg in Duitsland de boekdrukkunst uitvond – de reproductie van boeken door middel van uit losse loden letters samengestelde pagina’s – bracht Plantijn die techniek met een grote versnelling de wereld in.

Kanten kragen
Sandra Langereis levert een grondige studie af. Ze volgt Plantijn van zijn jeugd in Lyon en Parijs, via zijn opleiding tot boekbinder in Caen tot zijn eigen onderneming in Antwerpen. Een bijzondere loopbaan voor een jonge ambachtsgezel die het geluk heeft een vak te kunnen leren, terwijl hij het niet moest hebben van zijn afkomst. Nog opvallender is het feit dat Plantijn na zijn opleiding een eigen bedrijf start in Antwerpen, dat hij binnen korte tijd levensvatbaar maakt en tot een succes weet uit te bouwen.

Zijn ambitieuze ondernemerschap wordt gekenmerkt door een grote dosis realiteitszin: gedurende zijn hele werkzame leven als drukker en uitgever dreef Christoffel ook nog een lucratieve handel in kanten kragen on the side. Met de opbrengsten van deze typisch Vlaamse koopwaar kon hij de perioden dat hij als drukker te weinig inkomsten had goed overleven.

Polyglotbijbel
Veel aandacht is ingeruimd voor de twee hoogtepunten uit het oeuvre van Plantijn. Hij bracht als eerste de rommelige Nederlandse taal systematisch bijeen in een omvangrijk en wetenschappelijk verklaard woordenboek. Redacteuren en taalkundigen werden aangesteld om deze klus in een aantal jaren te klaren. Als volgende project produceerde hij de Polyglotbijbel: een meertalige bijbel in de grondtalen Hebreeuws, Grieks, Aramees en Syrisch met daar direct naast, van iedere taalsoort, een Latijnse vertaling.

Langereis laat uitstekend zien hoe deze monsteruitgaven een riskante investering vormden in de zestiende-eeuwse werkelijkheid: de boekdrukkunst zorgde voor een geweldige opleving in de uitwisseling van kennis, zodanig dat de burgerlijke en kerkelijke autoriteiten nerveus begonnen te worden. Dat gedrukte teksten zomaar gereproduceerd en verspreid werden, ging regelrecht in tegen het toen geldende adagium ‘hou jij ze dom, hou ik ze arm’.

Als boekdrukker lag Plantijn stevig onder vuur van met name de geestelijkheid. De controle op zijn drukwerken was streng ten tijde van de sluimerende Reformatie en steeds vaker voorkomende beeldenstormen. In 1562 werd hij bankroet verklaard – en werd zijn drukkerij onteigend – vanwege de verspreiding van een boekwerkje dat aan de strenge censuurregels had weten te ontsnappen. Vanuit zijn schuiladres in Parijs liet Plantijn zijn geveilde inboedel in het geheim opkopen door vrienden en vertrouwelingen en begon een paar jaar later weer opnieuw met een sterk ingekrompen, en dus minder zichtbare, drukkerij.

Steve Jobs
In onze tijd zou Christoffel Plantijn een soort Steve Jobs zijn geweest: een entrepreneur die in een opkomende markt op zoek is naar een niche waarmee hij zich kan onderscheiden van zijn concurrenten. En precies zoals Jobs bij Apple deed, wist Plantijn op te vallen door de superieure kwaliteit van zijn belangrijkste producten. Hij investeerde in exclusieve letterstempels en in speciaal vervaardigde papiersoorten, hij zorgde voor een betrouwbaar distributiesysteem en was, toen al, jaarlijks zichtbaar op de Büchmesse in Frankfurt waar hij zijn Europese opdrachtgevers ontmoette.

Met de Spaanse koning Filips II als zijn belangrijkste klant – tegelijk ook de moeilijkste, want er werd onregelmatig betaald – wist Plantijn in zijn hoogtijdagen 22 drukpersen aan de gang te houden. Ondertussen bleef hij zich bewust van zijn persoonlijke missie: hij geloofde heilig dat de verspreiding van gedrukte teksten, de toegang tot kennis in een gemeenschappelijke taal de ontbrandende tegenstellingen tussen de bevolkings- en religieuze groepen zou doen blussen. Die bijzondere doelstelling maakt deze illustere zestiende-eeuwer tot dankbaar onderwerp van een zeer leesbare biografie.

Theater / Voorstelling

(On)smakelijke avond in Restaurant Amore

recensie: Golden Palace - Restaurant Amore

Restaurant Amore wordt geopend met prachtig stil spel van Gerindo Kartadinata. De Franse chef heeft zijn eigen keuken, waarin hij aan de lopende band culinaire kunstwerken presenteert. Het eten zelf krijgt niet zozeer een nieuwe betekenis, ervan uitgaande dat iedereen inmiddels wel bekend is met de verschrikkelijke vleesindustrie, maar de confrontatie met ons eigen consumeren wordt – doch clichématig – toch 100% voelbaar gemaakt.

Golden Palace beweert een voorstelling te maken over de betekenis van eten. Laten we voorop stellen dat zij meer doen dan dit. Restaurant Amore is een humoristische voorstelling waarin zij de spot drijven met hun medemens en dus ook hun publiek. De vijf gasten zijn elk stereotypes van het hysterische soort. Het eerste half uur wordt puur op de lach gespeeld door een Italiaanse, een Nederlandse – wannabe-Britse – kopie van Jamie Oliver en een non-verbaal communicerende Afrikaan. Zij beleven de gerechten met een passie die zich uit in lust, liefde, jaloezie, wraak en extase. De emoties lopen hoog op, waardoor het contrast met het ‘burgerlijke’ stel dat even later in het restaurant plaats neemt groot is.

Vervreemdend vreten
In de vormgeving word je nog net niet doodgegooid met de grove afbeeldingen en videobeelden uit de vleesindustrie die op een multimediaal scherm worden afgewisseld met romantische schilderijen van gedrapeerde druiven en complete hazen op tafel. Het decor is zeer gestileerd en realistisch opgesteld met sober gedekte tafels voor een of twee personen. Op de achtergrond hoor je wachtmuziek (piano) en uit de keuken komen pruttelende geluiden. Het absurdistische spel van de acteurs komt in deze vormgeving prima tot zijn recht.
Wat er vervolgens gebeurt is dat het orgastisch eten lijnrecht tegenover het naïeve massagedrag van de huidige maatschappij wordt gezet. Dit uit zich wanneer een van de zes personages de voorgeschotelde gerechten weigert te eten: het is namelijk naast selfservice ook nog eens ‘eten wat de pot schaft’. In plaats daarvan schranst zij – als emo-eter – uit frustratie, angst en wanhoop een zak chips met augurk en ketchup naar binnen. Nu lijkt een uitvergrote versie van een ‘normale’ situatie ons compleet wereldvreemd. De rotzooi die zij naar binnen werkt wordt bij velen in het publiek voelbaar. Geluiden van gruwel ruizen door de ruimte.

Effectieve clichés
Of ik na Restaurant Amore anders naar eten kijk, betwijfel ik. Inmiddels is de kennis van de huidige vleesindustrie ons welbekend en zal de voorstelling dus ook geen nieuwe betekenis van boter, kaas of eieren brengen. Tegelijkertijd geef ik Ingrid Kuijper groot gelijk om naast alle quinoahipdoenerij nog even terug te grijpen naar wat nu werkelijk een probleem is. De uiteindelijke vreetchaos is mij te veel geschreeuw, maar dit zal in het niets verdwijnen naast het oorverdovende geschreeuw van een gefileerd en op de kop hangend speenvarken. Elk uitvergrote cliché spreekt huid en duidelijk. Aan tafel!

Film / Achtergrond
special:

De 8WEEKLY-filmredactie selecteert de beste films van het afgelopen jaar

.

Under the Skin
Under the Skin

1. Under the Skin – (Jonathan Glazer, 2013)

Een onconventionele en vervreemdende sciencefictionfilm die meer vragen oproept dan beantwoordt maar van begin tot het einde weet te intrigeren. Een excellerende Scarlett Johanssen speelt een alien die met een busje mannen in grauw Schotland van straat oppikt. De stilistische cinematografie en karakteristieke soundtrack dragen bij aan de mysterieuze sfeer en zorgen voor een audiovisuele belevenis.

2. Gone Girl – (David Fincher, 2014)

Weer eens een David Fincher waarin bijna alles klopt. Een (moord)mysterie dat voorbij vliegt en hierbij de kijker constant op het verkeerde been zet, met dank aan een uitgekiende cast, een wederom fantastische score van Reznor & Ross en vooral Finchers vakmanschap.

Venus in Fur
Venus in Fur

3. Venus in Fur – (Roman Polanski, 2013)

Een prachtig toneelstuk op het witte doek waarin Roman Polanski zijn eigen vrouw Emmanuelle Seigner haar tegenspeler Mathieu Amalric laat verleiden. Zij doet auditie in een theater, hij is de regisseur. De verwijzingen naar Polanski zelf en de erotische spanning die door de hele film voelbaar is, maakten dit tot een waar meesterwerk.
Lees de recensie: Sensueel toneel of SM-porno?

4. Nebraska – (Alexander Payne, 2013)

Een donkere roadmovie waarin Bruce Dern gestalte geeft aan een verwarde oude man die te voet een geldprijs wil ophalen. De achterdochtige zoon die hem vergezelt, draagt heerlijk bij aan het familiedrama. De zwart-witbeelden versterken het beeld van de eenzaamheid en de verloren ambities.
Lees de recensie: Man met een msisie

5. Still Life – (Uberto Pasolini, 2013)

Een excellerende Eddie Marsan als archetypische kantoorklerk komt tot leven wanneer hij wegbezuinigd wordt en nog een laatste taak volbrengt. Ondersteund met prachtige muziek kent de film een melancholisch, droevig en in z’n eigen stijl ook een voltooiend einde.

Winter Sleep
Winter Sleep

6. Winter Sleep – (Nuri Bilge Ceylan, 2014)

Dit extensieve epische drama over menselijke interactie en het onvermogen om elkaar te begrijpen moet het vooral hebben van zijn sterke filosofische dialogen, ijzersterke conflicten en schitterende setting van de Turkse binnenlanden. Meditatief, intens en zeer belonend.

7. Boyhood – (Richard Linklater, 2014)

Linklaters magnum opus is een buitengewone filmervaring. Een uniek project: in een periode van twaalf jaar filmde hij elk jaar een klein stukje van de film. Het leven van Mason en zijn familie wordt van zijn 6e tot zijn 18e levensjaar gevolgd. Linklater slaagt erin een bijna perfecte weergave van het gewone leven te geven.
Lees de recensie: Het leven op een scherm

Wolf of Wallstreet
The Wolf of Wallstreet

8. The Wolf of Wallstreet – (Martin Scorsese, 2013)

Scorsese mag dan al 71 zijn, maar in zijn meesterwerk weet hij het publiek vanaf de eerste minuut te lanceren naar een onbekende wereld, om ze na drie uur weer langzaam terug te brengen naar de realiteit. Een eigenzinnige film waarin dromen waar worden gemaakt.
Lees de recensie: Scorsese en DiCaprio wederom een match made in heaven

9. Starred up – (David Mackenzie, 2013)

De opvliegende tiener Eric wordt van jeugddetentie overgeplaatst naar de reguliere gevangenis (‘starred up’ in jargon). Daar blijkt zijn vader ook te huizen. Rauw en tergend benauwend drama, waarin het spel van de acteurs alle ruimte krijgt.
Lees hier de recensie: Koningen van de tralies

10. Dawn of the Plantes of the Apes – (Matt Reeves, 2014)

De wijze waarop deze film gemaakt is en het feit dat een zootje apen je weten mee te slepen in hun problematiek is behoorlijk indrukwekkend. Daarbij sluit de film naadloos aan op zijn voorganger –  voor het geval je een apenfilmmarathon wil doen met kerst en geen zin hebt in King Kong.
Lees hier de recensie: Ze lijken sprekend!

Muziek / Voorstelling

Snijvlak van leven en dood

recensie: Giacomo Puccini - La Bohème

De nieuwe productie van La Bohème van Giacomo Puccini (1858 – 1924) bij De Nationale Opera zet het drama van de 19e-eeuwse kunstenaarsvrienden en het stervende meisje in een tijdloos frame. Met een jonge, enthousiaste cast, schitterende decors en een regie gericht op herkenbaarheid is de traditionele kitsch afwezig en krijgen authentieke emoties de boventoon.

Plastische uitlichting van details

~

Voor het componeren van La Bohème greep Puccini terug op zijn chaotische studententijd aan het conservatorium van Milaan. Hij herkende zichzelf in het armoedige, hartstochtelijke en antiburgerlijke leven van jonge Parijse kunstenaars, die leven voor de poëzie en oprechte gevoelens. Het ritmische thema waarmee de opera begint, en dat steeds terugkomt, haalde hij uit zijn eigen eindexamenwerkstuk. Zijn muziek voegt zich plastisch om de hoog oplaaiende emoties. Strijkers voor het liefdespaar Rodolfo (Atalla Ayan) en Mimi (Grazia Doronzio), blazers voor de vrienden en de flirtende Musetta (Joyce El-Khoury). Zijn muziek is impressionistisch, gericht op het uitlichten van details en op het wekken van dezelfde diepe emoties bij het publiek. Het kostte hem lange tijd de achting van de critici, die de opera een onverteerbaar brok kitsch zonder kop of staart vonden.

Op de grens van leven en dood
Regisseur Benedict Andrews en decorbouwer Johannes Schütz plaatsen de bohemiens in een modern, kaal atelier met de telkens uitgaande kachel als symbool van de armoede in het midden. De ontmoeting van dichter Rodolfo met naaister Mimi sluit daar bij aan. “Wat een ijskoud handje!” is zijn eerste liefdesverklaring, warm ondersteund door de violen. De ijzigheid van de Parijse winter keert terug wanneer, aan het begin van het derde bedrijf, bij het tolhuis aan de stadsgrens, de waarheid doordringt tot het stel. Mimi heeft tbc en zal sterven.

Op een donker podium dwalen de zangers rond in de dwarrelende sneeuw, op de grens van leven en dood. Van het vrolijke kerstfeest – een mooie massascène met het als altijd fantastische koor – is niets over. De vrienden Marcello (Massimo Cavalletti), Colline (Gianluca Buratto) en Schaunard (Thomas Oliemans) blijven solidair en verkopen alles wat ze hebben om Mimi’s sterfbed te verlichten.

Intieme toonzetting
In de laatste acte is plotseling achter de atelierramen een bloeiend grasveld met spelende kinderen te zien. Wat zou kunnen werken als irritante kitsch  – symbolisch leven naast een sterfbed – vergroot in deze regie de betrokkenheid. Terwijl de dokter nog in aantocht is en Musetta bidt tot de Madonna om Mimi’s leven te sparen, voltrekt het drama zich in een intieme toonzetting. Mimi sterft ‘realistisch’, zonder een lange aria, terloops bijna. Het is het moment waarop de kracht van Puccini, zijn perfecte menging van realisme en romantiek, op zijn hoogtepunt is.

De zangers zijn zonder uitzondering van grote klasse, met een speciale vermelding voor Atalla Ayan (Rodolfo) die met zijn warme, krachtige vertolking de diepe menselijkheid van het verhaal de zaal in brengt. Het orkest is hier en daar wat te luid, wat soms tot balansproblemen leidt. Maar dat is dan ook de enige kanttekening bij deze fraaie kerstproductie.

Er zijn nog voorstellingen op 25, 28 en 30 december.

Muziek / Achtergrond
special: Top 10 cd's 2014

Zomaar een top 10

.

Tijd om het jaar af te sluiten met een lijstje. Zoals het goede traditie betaamt is het ook dit jaar weer tijd voor een eindejaarslijst met 10 muzikale hoogtepunten van wat 2014 ons op muzikaal gebied te brengen had.

En dat viel nog niet mee. Niet omdat er zo weinig kwaliteit was, maar omdat over smaak nou eenmaal niet te twisten valt. En dus moest de redactie het nodige denkwerk, slijmen, troost en bemiddeling verrichten om tot een eensgezind eindejaarslijstje te komen. Maar het is ons gelukt! 

Zie hier de top 10 van 2014 van de muziekredactie van 8WEEKLY:

1. Atmosphere – Southsiders

Op album nummer zeven is Atmosphere nog verder gegroeid, en dat geldt vooral voor producer Ant. Het orkestrale randje van zijn beats is nog verder uitgewerkt en de instrumentatie is verrassend en gedetailleerd. Lees het concertverslag: Gedoe met geluid mag de pret niet drukken

2. Bastille – VS. – Other People’s Heartaches Pt. III

~

Een heerlijke verrassende en frisse mix met fijne, afwisselende electronische deuntjes; dit album laat zien dat uiteenlopende artiesten samen interessante muzikale werken kunnen neerzetten. Lees de recensie: Patchwork 

3. Damon Albarn – Everyday Robots

Blur was heel goed in uit allerlei vaatjes te tappen en zo toch een heel eigen geluid neer te zetten, en hetzelfde geldt voor Everyday Robots, de nieuwe soloplaat van Damon Albarn. Helemaal nu en helemaal toen tegelijkertijd (referentiekader: James Blake, Elbow, triphop en de melancholischere kant van Blur): warmbloedige elektronische soulpop.

4. FINK – Hard Believer

De zanger neemt je op een inspirerende, rustgevende reis mee naar een droomwereld, als het album afgelopen is schrik je weer wakker in de gewone wereld. De voormalig dj heeft intussen ook al een vijftal albums op zijn naam met intrigerende, donkere, veelal ingetogen luisterpop. ‘Hard Believer’ is er weer zo een. Niet alleen mega-hit Looking Too Closely is prachtig, maar het hele album is zeker de moeite van het beluisteren waard. Lees de recensie: Bevestiging van een fenomeen

5. alt-J – This Is All Yours

~

Na het vertrek van de bassist en het extreem grote succes van An Awsome Wave, niet gedacht dat deze plaat weer zo goed zo zijn. De singles waren in eerste instantie maar zo zo, maar na het album veelvuldig te hebben gedraaid kun je moeilijk ontkennen dat de plaat niet onderdoet voor het debuut. Op dit tweede album van deze, even enigmatische als fascinerende Britse formatie openbaart zich, na een ontoegankelijk intro, wederom veel muzikale schoonheid.Lees de recensie: Alt-J verbaast nog steeds

6. Beck – Morning Phase

Het album van Beck was vanaf het eerste moment dat we het hoorden van een ongekende en onverwachte schoonheid. We bleven het album maar draaien. Het is direct ook het fraaiste album dat Beck heeft gemaakt in zijn carrière. Misschien wel zijn meest gewone album, maar daardoor toch heel bijzonder.

7. Curtis Harding – Soul Power

De titel zegt genoeg – met dit album beleef je de ware kracht van Soul! Lees de recensie: Curtis Harding kent zijn klassiekers

8. John Fullbright – Songs

Wellicht het grootste singer-songwritertalent van deze generatie. Ook het  tweede studioalbum van deze pas midtwintiger met doorleefde stem staat bol van de gevoelige prachtsongs. Lees de recensie: Dicht bij het liedje

9. The War on Drugs – Lost in the Dream

~

Was de grote verrassing van 2014. Uitgesponnen indie-rocknummers die doen denken aan een dromerig zinggende Dylan als frontman van de Dire Straits. Vooral de single Red Eyes is fantastisch.

10. Anouk – Paradise And Back Again 

Prachtige songs die keihard binnenkomen, en daarna nog een tijdje diep in jezelf blijven ronddwalen.

Theater / Voorstelling

Wat als het burgermansbestaan verandert in drijfzand?

recensie: Schudden - (Perrongeluk) Henk

.

~

Daar ligt hij dan: Henk. Opgebaard, opgebrand misschien zelfs. Ondanks zijn niet al te heftige bestaan heeft hij het toch zwaar te verduren gehad. Op zijn begrafenis wordt hij hartelijk toegesproken door bekenden, maar net op het moment dat er een waslijst aan complimenten volgt, maakt een vliegtuig jammer genoeg net iets teveel lawaai om er iets van te kunnen verstaan. Het is tekenend voor Henk, die toch echt weinig fout heeft gedaan, maar toch genadeloos wordt afgestraft vanwege zijn eenvoudige levensstijl. Dat wordt hem te pas en te onpas duidelijk gemaakt door zijn directe omgeving. Voor Henk is leven daarom lijden, lijden en nog eens lijden, maar wat doet hij nou eigenlijk verkeerd? Emiel de Jong en Noël van Santen (beiden van 1973) maken er in elk geval het beste van. Ze hebben veel plezier in het spel en hebben een ‘filmische’ motoriek in zich, waardoor de vraag rijst of het hier gaat om cabaret, of – en dat lijkt eerder het geval – dat we hier te maken hebben met een genre-overstijgend programma, dat raakvlakken heeft met het werk van filmmakers als de gebroeders Coen en Charlie Kaufman. Filosofie en psychologie wisselen elkaar af, zonder dat het de boventoon voert. Deze benadering is onder meer terug te leiden tot films als The Truman Show, A Serious Man en ook Being John Malkovich: een man die worstelt met zijn bestaan, met zijn omgeving en vooral met verwachtingen. Daar zijn talloze sketches over te maken, want een man zien ploeteren terwijl de onmacht en de wanhoop op de loer ligt, levert komische scènes op. Dat lukt vrij aardig, maar tot zover de inhoud.

~

Hoog tempo
Maar dan: hoe ga je zoiets vormgeven? Het duo Schudden, dat al een tiental voorstellingen heeft gemaakt, heeft er een uitstekende oplossing voor gevonden. Ze weten: show, don’t tell. Het resulteert in een visueel meesterwerk. De montagestructuur biedt veel ruimte om de abstractie op te zoeken, evenals de interactieve stellage op het podium. Het is bewonderenswaardig hoe snel ze zich kunnen verplaatsen: niet alleen fysiek, maar ook in de personages. Het tempo is vrij hoog en dat maakt het boeiend om naar te kijken. De vormgeving is subliem, doordat alles in dienst van de voorstelling staat. Het toneelbeeld verandert continu, het licht bepaalt de sfeer van zeeniveau tot zolderkamer, terwijl het geluid (veel filmische muziek) een extra dramatische dimensie geeft. Het prikkelt de zintuigen 95 minuten lang, terwijl het eigenlijk nóg te kort is. Ook het spel is van hoog niveau, het is duidelijk dat beide mannen van huis uit acteurs zijn en dat de verkleedkist maar al te graag wordt opgezocht. Daarin zit dan ook de grote charme van de voorstelling.

Onvoorspelbare waanzin
Hoewel het tempo en het niveau vrij hoog zijn, valt er ook een kleine kanttekening te plaatsen. Zo houdt het taalgebruik niet altijd over. De mannen hadden net iets beter hun best kunnen doen om taalgrappen aan te laten sluiten bij het hoge niveau van de voorstelling. Cabaret is ook gebruikmaken van literaire constructies en niet de geest van Seth Gaaikema levend houden. Wellicht is de lolligheid ingebracht om de luchtigheid te waarborgen, maar dat zou een te zware concessie zijn. De voorstelling kent weliswaar genoeg lachmomenten, maar de toeschouwer zal in elk geval rekening moeten houden met het feit dat er niet gespeeld wordt op de vette lach, integendeel zelfs. Perrongeluk blijft echter fier overeind staan door de prima uitwerking van een ongemakkelijk thema. Wie van een avond slim, filmisch cabaret houdt en zich wil laten onderdompelen in anderhalf uur pure kunst, komt zeker aan zijn trekken. De mannen van Schudden laten je verwonderen en verbazen door de veelheid aan absurdistische scènes en een door grote schoonheid omgeven geheel van onvoorspelbare waanzin. 

Boeken / Fictie

Opgepast: placebo-effect

recensie: Thomas Blondeau & Roderik Six - De boekendokter

De boekendokter uit de titel is Thomas Blondeau – een bebaarde vernederlandste Belg halverwege zijn thirties – die ten tijde van zijn plotselinge overlijden in 2013 net zijn derde roman had afgeleverd. Vriend en co-auteur Roderik Six selecteerde en bundelde zijn columns.

In zijn boekendokter-columns besprak Blondeau literatuur als geneesmiddel voor veel voorkomende en moeilijk te genezen kwalen. Hij genas de Fyra-reiziger met Agatha Christies Moord in de Orient-express, de gamer met Water van den Bergs De hondenkoning (‘Als u zichzelf toch zo lang alleen kan bezighouden, is het misschien eens goed om aan wat introspectie te doen’) en politieke verliezers met Joubert Pignons Er gebeurde o.a. niets (‘Plotontwikkeling is er nauwelijks, meedogenloos absurdisme des te meer.’).

Columns missen samenhang
Hoe scherp de pen van Blondeau ook is en hoe vaardig hij ook het beste van de Nederlandse en Vlaamse taal verenigt, zijn columns werken het beste waar ze ooit begonnen: als losse columns in plaats van deze bundeling – gepubliceerd met tussenpozen. Hoewel amusant om te lezen zijn Blondeaus pennenvruchten, met maar een halve alinea per onderwerp, nét niks. Een beetje maatschappijkritisch, een beetje grappig, een beetje scherp, een beetje recenserend. Blondeau wekt nieuwsgierigheid en vaker wel dan niet bevatten zijn boekendokter-columns een zeer goed ontwikkeld observatievermogen dat, in combinatie met de uitgebreide literatuurkennis waar hij uit put, je als lezer doet verlangen naar meer. Maar dat meer, dát komt er niet.

L

iteratuur als medicijn
Mensen genezen middels literatuur was een concept waar Blondeau rotsvast in geloofde, zo getuigt zijn laatste boekendokter-column. 

Het is mijn stevige vermoeden dat het lezen van boeken inderdaad mensen hun leven kan verbeteren op een wijze die te vergelijken valt het nemen van medicijnen. Ja, er zit de nodige rommel in het medicijnkastje. Ja, soms is het alleen symptoombestrijding. Ja, er bestaan burgers die nooit naar een pil snakken. En ja, anderen kunnen geen dag zonder hun vaste dosis.

Zelf schreef Blondeau uit ijdelheid, ‘omdat hij iets wilde toevoegen aan wat er al bestond’. Daar is hij in geslaagd want vernieuwend zijn z’n columns absoluut. Het concept van de boekendokter is verfrissend en een mooie nalatenschap. De vraag rijst echter of er niet vooral sprake is van een placebo-effect want voor echte genezing missen zijn stukken diepgang. Voor de literaire patiënt schrijft deze ‘dokter’ voor: Blondeaus columns lezen met mate, in een dosering van 2 à 3 stuks per week.

Muziek / Concert

Show zonder hitjes

recensie: Ben Howard

.


Verschillende reacties

~

Het is wellicht even wennen voor mensen die een show vol hitjes verwachten. Tijdens eerdere optredens in kleinere zalen was het vaak een groot feest. De reacties op de show van de avond ervoor, tevens in de HMH (Howard doet drie avonden de bierhal aan), waren wisselend. De grootste kritiek was juist dit punt: er werden amper ‘bekende’ nummers gespeeld. Ben Howard houdt het ook vanavond ingetogen en hij kiest er tevens voor om bijna alleen maar nieuw werk te spelen. De muzikanten weten van de sfeerloze grote hal voor bijna 1,5 uur een intiem zaaltje te maken.

Je kunt zeggen wat je wilt over het feit dat ze geen hits spelen, maar we hebben dat eeuwige ”oehoehoehoe” van ‘The Wolves’ toch wel een keer gehoord? Bovendien spelen Howard en band de nieuwe tracks erg goed. Hoogtepunten zijn onder andere het adembenemende ‘End of the Affair’, waarin het instrumentale outro iedereen wel kippenvel moet hebben bezorgd, en het donkere ‘Black Flies’, wat live nog meer binnenkomt dan op de plaat. Ook ‘Small Things’, ‘Oats in the Water’ en ‘I Forgot Where We Were’ zijn erg sterk. De singer-songwriter moet er zelf in het begin nog inkomen; zijn stem lijkt nog niet goed opgewarmd. De muzikanten spelen echter vanaf de eerste track subliem. Ze zijn goed op elkaar in gespeeld en gezamenlijk spatten ze van het podium af.

Serieus
Van de twaalf nummers zijn er slechts drie van eerdere releases. Dit zorgt ervoor dat de gehele sfeer in één lijn blijft, met slechts een uitschieter: ‘The Fear’. Het publiek lijkt opgelucht: eindelijk een dansbaar hitje. Hoewel ‘The Fear’ lekker de zaal inknalt, is het een totaal ander nummer in vergelijking met de rest van de set. Het had niet eens per se gehoeven, want het publiek zat net lekker in die duistere mood van I Forgot Where We Were. In veel nummers zet Howard hoger in dan bij de originele uitvoeringen, maar dit leidt niet altijd tot een beter resultaat. Hetzelfde geldt voor de stemvervormer in ‘Small Things’, ‘In Dreams’ en ‘End of the Affair’. Alleen in dat laatste nummer draagt het mooi bij aan een industriële en psychedelische sound, maar bij de rest is het ronduit lelijk.

Howard en kornuiten spelen vanavond een prima, strakke set die met een krappe 1 uur en 20 minuten wel aan de korte kant is. Het is misschien niet de show die velen hadden verwacht, maar dat maakt het niet direct een slechte. Op hitjes kun je nu eenmaal niet altijd voortborduren.

Theater / Voorstelling

Komische stukken en intieme liedjes

recensie: Carolien Borgers - Zeker Weten

Een stoere, scherpe vrouw met een enorme bos krullen: dat is cabaretier Carolien Borgers. In het Haagse theater Diligentia ging op 19 december haar vierde voorstelling Zeker Weten in première. Het afgelopen jaar is haar relatie verbroken en kreeg haar vader kanker: ‘kortom, dit wordt een topvoorstelling’, zegt ze sarcastisch. Zeker Weten blijkt uiteindelijk over iets heel anders te gaan, waar deze gebeurtenissen echter naadloos op aansluiten.

‘Alles in het leven is een keuze, dus je hebt het helemaal zelf in de hand.’ Borgers groeide op met dit maakbaarheidsprincipe, waar voornamelijk haar vader zo in geloofde. Maar hoeveel invloed hebben we op ons eigen leven? In Zeker Weten stelt Borgers zichzelf deze vraag naar aanleiding van haar liefdesverdriet en de kanker van haar vader. Een duidelijk antwoord krijg je niet. Wel speelt ze de voorstelling vol enthousiasme, waarbij ze vaak in haar eigen verleden duikt. De nostalgische voorbeelden, zoals de vakanties met familie en de bezorgdheid van haar ouders, zijn herkenbaar en worden met veel gelach ontvangen door het publiek. Ook het deel waarin zij zichzelf speelt zoals haar vader het soms graag gezien zou hebben, met Rotterdams accent, is ijzersterk. Later vertelt Borgers op een luchtige manier over haar vader die kanker krijgt. Het onderwerp is heftig en het komische komt weinig aan. Ook legt ze zo hier en daar de zaken net iets te veel uit, terwijl de grap al is overgekomen.

Prachtige liedjes
Aan het einde weet Borgers de voorstelling mooi aan elkaar te knopen. Er is echter nog een ding niet aan bod gekomen: haar liedjes. Daar waar Borgers steeds aanstalten maakt om achter de piano te kruipen, ziet ze daar op het laatste moment vanaf. Aan het eind van de voorstelling begint ze dan toch te zingen. Haar zelfgeschreven nummers, onder begeleiding van gitarist Ocker Gevaerts, zijn prachtig en worden vol (subtiele) overgave gebracht. Het zijn stuk voor stuk intieme liedjes over haar liefdesverdriet. Muziek is dan toch het medium bij uitstek om dit bespreekbaar te maken. Vooral in het a cappella gezongen Jij Hebt Me raakt ze je met haar mooie stem. Al zingend brengt Borgers Zeker Weten tot een einde en heb ik een voorstelling gezien vol komische stukken en intieme liedjes.

Muziek / Concert

Het vuur is nog niet gedoofd

recensie: dEUS

.

~

Naar aanleiding van hun twintigjarig bestaan verscheen onlangs een fijne compilatie met de beste dertig (!) songs van Tom Barman en kornuiten. In een uitverkocht Paradiso speelt de band twee achtereenvolgende avonden een twintigtal songs uit dat rijke verleden. Mooi is het om te horen welke ontwikkeling dEUS in die jaren heeft doorgemaakt: van weerbarstige en (niet zelden) vrij luidruchtige alternatieve rock, via avant-garde tot het meer gepolijste, soms zelfs wat bombastische geluid van hun laatste albums, dat steeds vaker gebaseerd is op een groove. Dat de band al lang niet meer zo progressief is als in de jaren negentig weerhoudt ze er niet van om vanavond de pannen van het dak te spelen.

Verrassend
Al snel wordt duidelijk dat Tom Barman er zin in heeft. Na wat gehannes met een microfoon (en de bekende stuurse blik van Barman) gaat de band voortvarend van start met ‘Via’, zo’n typisch dEUS-nummer: beetje dreinerig, en met een aantal tempowisselingen, weirde wendingen en felle gitaarerupties. Het siert dEUS dat er vanavond niet alleen gekozen wordt voor het bekende werk. ‘Instant Street’, ‘The Architect’ en ‘Little Arithmetics’ ontbreken uiteraard niet, maar verrassender is de begeesterde versie van ‘Morticiachair’: een geweldig, pittig nummer afkomstig van Worst Case Scenario. Van hetzelfde album speelt de band voor het eerst sinds 1994 ook het ingetogen ‘Secret Hell’.

Luchtgitarist
Barman maakt een bezielde indruk, maar ook gitarist Mauro Pawlovski laat zich niet onbetuigd middels prima zangpartijen, een strakke begeleiding en venijnige solo’s. Tijdens de climax van ‘Instant Street’ vertoont hij zijn niet geringe gaven als luchtgitarist. Een echte toegift is er niet; na het onheilspellende slotnummer ‘Bad Timing’ volgt na een seconde of wat het knallende (en niet geheel onverwachte) drieluik ‘Theme from Turnpike’, ‘The Roses’ en ‘Suds & Soda’. Bij dat laatste nummer nemen een fiks aantal bezoekers bezit van het podium. Springend en dansend doen ze de begintijden van de band herleven.