Film / Films

Tot rust komen in Frankrijk

recensie: A good year

Naast de overweldigende bombast van ondermeer Gladiator en Black Hawk Down laat regisseur Ridley Scott zich af en toe ook van een rustiger kant zien. In 2003 was daar al de komische oplichtersfilm Matchstick Men, vorig jaar schakelde hij nóg een versnelling terug. Blijkbaar ziet de distributeur daar geen bioscooppubliek voor, want A Good Year is direct op dvd uitgebracht, terwijl Scotts misdaadepos American Gangster inmiddels wél weer in de bioscopen draait. A Good Year, gebaseerd op een roman van Peter Mayle, gaat over een snelle beurshandelaar die een landgoed erft in Frankrijk, aldaar langzaam tot rust komt en de waarde van het leven leert kennen. Klinkt sentimenteel, maar het is leuk uitgewerkt.

~

Net als de Londense topbelegger Max Skinner (Russell Crowe) zijn slag heeft geslagen, krijgt hij uit het continent het bericht dat zijn rijke oom (Albert Finney) is overleden. Ooit leerde deze oom hem alle levenslessen die hij nodig had – van de smaak van een goede wijn tot het leren accepteren van verlies – maar Max had de laatste tien jaar niets meer van zich laten horen. De nooit vakantie vierende yup reist af naar de Provence voor inspectie van het totaal vervallen landhuis dat nu van hem is. Hij wil het zo snel mogelijk voor een mooi bedrag verkopen, maar daar is de boer die de bijbehorende wijngaard bewerkt uiteraard niet blij mee. Evenmin als de plotseling uit Amerika opduikende buitenechtelijke dochter van de oom. Max begint te twijfelen. Tot zover het voorspelbare verhaal.

Zelfspot

~


Er zijn al veel films gemaakt over de verschillen tussen het drukke stadsleven in Londen of New York, en het gemoedelijke platteland van Frankrijk of Italië. Wat A Good Year gunstig onderscheidt is dat de film niet in stereotyperingen blijft hangen. Ook Frankrijk is moderner geworden, zo zien we al tijdens Max’ entree: de huurauto is geen Renaultje maar een Smart en op de soundtrack horen we niet Piaf ofzo, maar tienersterretje Alizée. De humor draait dan wel vaak om de misverstanden tussen twee naties, maar even vaak blijken beide partijen over een gezonde dosis zelfspot te beschikken. Slechts af en toe slaat het door in wat al te overdreven slapstick, zoals de ruzie die Max heeft met zijn onbegrijpelijke Franstalige TomTom, waardoor hij drie keer om dezelfde rotonde rijdt.

Crowe te oud

Er wringt echter ook iets in de film, en dat is de casting. Niet dat Russell Crowe niet goed acteert: de in Nieuw-Zeeland geboren Australiër die in Amerika een ster werd zet best overtuigend een op en top Britse handelaar neer. Nee, het is zijn leeftijd die stoort. Als Max zich afvraagt of hij de mooie Française die hij ontmoet ook al eens heeft gezien als kind, denk je direct: dat kan niet, toen was zij nog niet eens geboren! Later blijken ze toch echt leeftijdgenoten te moeten voorstellen. Maar Russell Crowe is van 1964 en de Franse schone (Marion Cotillard, uit La Vie en Rose) van 1975. De wijnboer op zijn beurt lijkt maar iets ouder dan Crowe (klopt: acteur Didier Bourdou is geboren in ’59), maar had volgens het verhaal zijn vader kunnen zijn. Nu komt het wel vaker voor dat leeftijden niet kloppen – zo wordt menig highschoolfilm bevolkt door twintigers – maar in A good year word je hierdoor lange tijd op het verkeerde been gezet. Ik begrijp best dat Scott graag met Crowe werkt, maar dat had hij dan beter tot een andere film kunnen uitstellen.