girl-g3a83289f1_1920
Boeken / Non-fictie

Een boek over persoonlijke ontwikkeling

recensie: Wat de Fak - Maryam Hassouni
girl-g3a83289f1_1920

Wie kent haar niet? Maryam Hassouni (1985) werd bekend door haar rol als Dunya in de Nederlandse televisieserie Dunya en Desie en won als eerste Nederlandse actrice een Emmy Award voor haar rol in de film Offers (2015) van Dana Nechushtan. In haar boek Wat de Fak spreekt ze zich uit over het wangedrag binnen de filmindustrie. Ze beschrijft haar ervaringen met seksisme en racisme op de filmset en het gebrek aan bescherming door haar werkgevers. Haar verhaal is schokkend en zet de lezer aan het denken.

Maryam is nog maar net negentien jaar oud als haar het meest ondenkbare overkomt. Tijdens de filmopnames in de pauze drukt de regisseur zijn piemel tegen haar billen en laat haar die middag langer blijven om met de acteur die haar broertje speelt te tongzoenen. Het is een verschrikkelijke ervaring die tekenend is voor de rest van haar filmcarrière. Diezelfde dag nog maakt Maryam melding van het incident maar in plaats van hulp krijgt ze te horen dat ze niet langer welkom is op de filmset. Ook krijgt ze niet uitbetaald voor haar verrichte werkzaamheden.

Cliché rollenMaryam Hassouni

Het boek is volledig autobiografisch en bevat elementen uit haar jeugd. Zo beschrijft Maryam de band met haar Marokkaanse ouders en de rol die zij hebben gespeeld in haar ontwikkeling. Hoewel Maryam pas vijftien jaar oud is als ze auditie doet voor de rol van Dunya in de jeugdserie Dunya en Desie, zijn haar ouders stimulerend en begripvol. Zolang ze maar netjes haar huiswerk doet heeft ze van hen weinig te vrezen. Pas veel later gaan haar ouders zich met haar werk bemoeien. Vooral haar moeder maakt zich zorgen over het effect dat het werken voor de camera op haar dochter heeft. Naast meerdere gevallen van seksueel grensoverschrijdend gedrag heeft Maryam ook veel last van pesters op de set. Mensen die haar discrimineren en regisseurs die haar in een bepaalde rol willen duwen. Ook dat is iets wat Maryam met haar boek aan de kaak probeert te stellen. Het zijn altijd weer diezelfde clichématige verhalen die verteld worden. Zo vaak speelde ze de rol van onderdrukte moslimvrouw (die gered moest worden van de witte man) of liep ze met een bomgordel rond over de set.

Maryam wil verhalen vertellen die inspireren en waar zij en andere jonge vrouwen zich in kunnen herkennen. En daar is nu nog geen sprake van in de Nederlandse tv- en filmindustrie. Of in haar ogen nog te weinig. Waar Maryam dacht het helemaal voor elkaar te hebben door het winnen van een Emmy Award bleek haar carrière als gevestigde Nederlandse filmactrice nog lang niet zo simpel. Keer op keer bleef ze tegen de spreekwoordelijke muur lopen. Om gek van te worden. Zo schrijft ze in haar boek: “Wat snappen mensen niet als je zegt, geen clichés?! Ik heb het tegen de producent gezegd, tegen de hoofdregisseur, maar mensen willen niet luisteren. Of mensen zijn zo fucking dom! Ach ja, sucks to be a woman of colour in this stupid white country.”

Zelfkennis

Tijdens het schrijven van dit boek noemt Maryam bewust geen namen van haar collega’s. Wel deelt ze fragmenten uit het onderzoeksdossier van 2019 dat is opgesteld in opdracht van de omroep naar aanleiding van haar klachten. Toch heeft Maryam dit boek vooral voor zichzelf geschreven. Om te helen van al die keren dat ze mensen over haar grenzen liet gaan. Als lezer word je volledig meegenomen in haar angst voor afwijzing. Denken dat je niet goed genoeg bent en dat als je maar leuk meedoet met de rest het allemaal vanzelf wel een keer overwaait. Maar is dat ook niet wat we als kinderen al vroeg op school leren? Vaak is het aanpassingsvermogen groter dan het werkelijke incasseren. Je moet vooral niet te veel ruimte innemen. Met dit boek neemt Maryam de regie over haar eigen leven terug en breekt de muren waarbinnen onze samenleving zich heeft ingemetseld. En voor de mensen die denken ‘oh daar heb je er weer zo een’: ja dit boek is lekker woke. Vandaar ook de spelfout in de boektitel.

Maryams strijd begint klein vanbinnen, maar eindigt groots. Haar boosheid is niet gericht op de mensen maar op het zieke systeem van de filmindustrie en daarom des te belangrijker om te delen. Een aanrader voor eenieder die geïnteresseerd is om een ander geluid te horen. Het boek leest lekker weg zonder dat het oppervlakkig wordt. Maak wel de kanttekening dat wij er zelf niet bij waren en dat we dus altijd kritisch en tactvol moeten omgaan met de soms subjectieve informatie uit dit boek. Uiteindelijk gaat het vooral om de innerlijke reis die Maryam heeft moeten afleggen om te komen waar ze nu staat. Een sterke jonge vrouw die weet wat ze wil.

Theater / Voorstelling

Daders zijn slachtoffer, slachtoffers zijn dader

recensie: Mijn lieve gunsteling – ITA Ensemble
Gunsteling 1Jan Versweyveld

Is hij louter dader, de veearts die zich verlustigt aan het tienermeisje? Of is hij op zijn beurt slachtoffer? En is het begeerde tienermeisje alleen slachtoffer, of roept ze in haar eenzaamheid ook zelf het ongeluk over zich af? Met Mijn lieve gunsteling schreef Marieke Lucas Rijneveld een ongemakkelijk boek. Regisseur Ivo van Hove maakt er met ITA Ensemble een ongemakkelijke – of liever: verontrustende theatervoorstelling van.

Op de speelvloer staan twee echte, uit de kluiten gewassen koeien in een perk dat wordt begrensd door metalen hekken. De vloer is bedekt met hooi, waarvan de sterke geur in het hele theater te ruiken is. De boodschap is niet te missen: we zijn hier op het platteland, het boerenbedrijf bepaalt de levens van alle personages. Boven de speelvloer hangt een podiumbreed projectiescherm waarop de lucht wordt geprojecteerd: zonnig, bewolkt, zwanger van onweer en zelfs voorzien van donder en bliksem. Op het platteland is het weer een dominante factor.

Dat platteland brengt niet per se gelukkige mensen voort. De personages in Mijn lieve gunsteling zijn vrijwel allemaal beschadigd. Het meisje ‘Vogel’ verloor haar broer aan een noodlottig verkeersongeval; haar vader, de boer, heeft die dood van zijn zoon nooit verwerkt. De veearts is pedoseksueel, en hij heeft een verknipte, min of meer godsdienstwaanzinnige moeder. Camillia, de vrouw van de pedoseksuele veearts, trouwde een man die op zoek was naar iemand die zijn lustgevoelens voor jonge meisjes kon maskeren.

Eenzaamheid

Schrijver Marieke Lucas Rijneveld schuwt in zijn romans zware thema’s niet: pedoseksualiteit, leven en dood, zelfmoord, rouw, seksueel geweld, leugens en bedrog, overspel. En natuurlijk eenzaamheid: het komt allemaal langs. Regisseur Ivo van Hove vertaalt zijn fascinatie voor het werk van Rijneveld in een meesterlijke theatervoorstelling.

Het veertienjarige meisje Vogel verdringt haar eenzaamheid door muziek, door met dieren te spelen, door in haar dagboek te schrijven. In de lege en warme zomervakantie vormen de visites van de veearts een welkome afleiding. Vogel leeft in een fantasiewereld, ze heeft een tic voor muziek van vóór haar tijd. Zo noemt ze de veearts ‘Kurt’ naar Kurt Cobain van Nirvana. De veearts geilt op het meisje dat op het punt staat een vrouw te worden en gaat mee in haar spel. Telkens wanneer zijn lust komt bovendrijven, verschijnt de geest van zijn moeder die hem bespiedt, hem veroordeelt. Camillia, de vrouw van de veearts, begrijpt pas laat wat er speelt, de vader van het meisje heeft het te druk met zijn eigen sores.

Geloofwaardig

De voorstelling van ITA Ensemble wordt gedragen door de fenomenale Eefke Paddenburg als Vogel, en door Hans Kesting als de veearts. Paddenburg transformeert geloofwaardig in een meisje van veertien, met nonchalant rondslingerende armen en benen, met een uitschietende stem, met ontluikende seksuele gevoelens waarvan ze in haar onschuld het effect op anderen niet doorgrondt. Bovendien speelt Paddenburg gitaar en heeft ze een uitstekende zangstem, waarmee de muzikale fascinatie van Vogel gestalte krijgt. De veeboer van Kesting speelt het puberspel van het meisje tot het uiterste mee. Opzettelijk onbeholpen, quasi-kinderlijk, strooiend met bijbelteksten, nu en dan overleunend naar volwassenheid, met nauwelijks bedwongen geilheid.

Katelijne Damen als de vrouw van de veearts verveelt zich breeduit hangend op het lege echtelijke bed; in de dubbelrol als de moeder van de veearts spookt Damen rond als een gefrustreerde demon. Bart Slegers krijgt wat weinig ruimte, hij is vooral ondersteunend in de rollen van de boer, en die van zowel Freud als Hitler, met wie het meisje in haar fantasievolle gekte imaginaire gesprekken voert. De zoon van de veearts heeft een kortstondige amourette met het meisje. Die zoon is opzettelijk anoniem, krijgt nauwelijks een ‘smoel’, Van Hove laat Achraf Koutet vooral op zijn rug of van opzij zien.

Noodlotsdrama

Mijn lieve gunsteling is een meeslepend noodlotsdrama. Alle eenzaamheid, de pijnlijke verlangens, de lompe fantasieën zullen deze mensen naar de afgrond leiden. Jammer is dat de voorstelling met een duur van 140 minuten echt te lang is. Dat komt doordat Van Hove het boek van Rijneveld te trouw vertaalt naar theater. Zo praat Vogel in het boek met Hitler en Freud, en Van Hove laat haar dat op toneel ook doen. Die gesprekken hadden gemist kunnen worden. Desondanks is dit een zeer fraai vormgegeven, uitstekend geacteerd geheel, met als kers op de taart live muziek. Gaat dat zien.

 

Gebaseerd op het boek van Marieke Lucas Rijneveld
Muzikant: Roos van Tuil
Compositie songs: Wende Snijders en Koen van der Wardt
Scenografie en lichtontwerp: Jan Versweyveld
Hoofd techniek: Reyer Meeter

Theater / Voorstelling

De ongemakkelijke waarheid die kolonialisme heet

recensie: Gelukzoekers op Sumatra – Korthals-Stuurman Theaterbureau
gelukzoekersopsumatra 3Annemieke van der Togt/Piek

Het podium staat vol rook. Komt door een bosbrand: het oeroude bos is platgebrand door de Nederlanders. Op deze plek moet een lucratieve rubberplantage komen. Deze opzettelijke bosbrand is het symbool voor het kwaad dat de kolonisator in Indonesië heeft aangericht aan het land, aan zijn inwoners. Korthals Stuurman Theaterbureau brengt daarover een fraaie voorstelling.

Het is een inktzwarte bladzijde in de geschiedenis van Nederland: de kolonisatie van – voormalig – Nederlands-Indië, en de manier waarop de bevolking onder de knoet werd gehouden. Het is geen nieuws dat de Nederlanders zich daar misdroegen; en de overheersers wisten best wat ze deden. Ze vonden alleen dat ze in hun recht stonden en dat de inwoners inferieure wezens waren, die ze mochten behandelen als slaafgemaakten.

Nu koloniaal verleden en slavernij eindelijk onderwerp van gesprek zijn, is een klimaat ontstaan waarin daaraan ook in het theater aandacht besteed wordt. Madelon Székely-Lulofs (1899-1958) schreef in de jaren 30 van de vorige eeuw romans over het leven van de kolonisatoren. Regisseur Olivier Diepenhorst gebruikt de teksten van Székely-Lulofs om er Gelukzoekers op Sumatra mee te maken, onder de vlag van Korthals Stuurman Theaterbureau.

Arrogante kolonisator

Planter Van Hemert (Stefan Rokebrand) staat symbool voor de arrogante kolonisator die met harde hand regeert over zowel zijn witte personeel als over zijn gekleurde slaafgemaakten. Vanuit Nederland wordt Frank (Willem Voogd) naar Van Hemert gestuurd om het aftappen van rubberbomen te inspecteren, begeleid door zijn echtgenote Marian (Yara Alink). Hoewel ze hun best doen op Sumatra te aarden, doet Frank zijn werk vooral in de hoop snel fortuin te maken, terwijl Marian zich zeven slagen in de rondte verveelt. Het belangrijkste vertier is ‘de club’, waarop wordt gezopen, gedanst en geflirt.

gelukzoekersopsumatra 4

© Annemieke van der Togt/Piek

Parallel aan het verhaal van de witte kolonisatoren loopt dat van de gekleurde inwoners. Terwijl het toch echt hún land is, worden ze vanaf Java verscheept naar Sumatra, waar ze onder het mom van een schijn-contract slavenarbeid verrichten, gedwongen door mishandelingen en martelingen. Het lukt Roeki (Joenoes Polnaija) niet om Karimah (Tara Hetharia) uit handen van de geile witte mannen te houden. Zelf raakt hij verslaafd aan gokken, waardoor hij zijn kansen om terug te kunnen naar Java verspeelt.

Schetsmatig

Regisseur Diepenhorst diept vooral de karakters uit van de gefrustreerde en verveelde Marian, de machteloos-kwade Karimah, en de even woedende als hulpeloze Roeki. Zij zetten grote emoties, vertwijfeling, frustratie neer. Huilend, schreeuwend, kronkelend. Van Hemert, zijn knechtje John (Rick van Werd) en Frank blijven oppervlakkig en schetsmatig. Daarbinnen is Rokebrand nog het sterkste: zijn plantagebaas is autoritair, eng en manipulatief, waarbij het in zijn voordeel werkt dat Rokebrand door zijn lengte vanzelfsprekend domineert.

Knap aan de regie is dat het verhaal van personages op de achtergrond zonder woorden doorloopt, terwijl zich op de voorgrond een gesproken scène afspeelt. Mooi aan het contrast tussen de Indische en de Nederlandse wereld is dat de Indische wordt begeleid door een zware, monotone soundscape, terwijl de Nederlandse een jazzy ondertoon heeft (muziek: Mark van Bruggen).

Verzuipen

Het decor (ontwerp: Lidwien van Kempen) van kale metaalkleurige palen symboliseert de rubberplantage. Slagen op een reusachtige houten ‘gong’ dienen om iedereen in het gareel te houden. Een groot houten raamwerk midden op de speelvloer verbeeldt alles van het slavenschip tot het plantershuis. Een grote ronde ton met water kan zowel worden gebruikt om slaafgemaakten half te verzuipen als ze niet doen zoals opgedragen, als om de handen van de daders in onschuld te wassen.

Dankzij een feeëriek licht, ballet-achtige soepel vallende kostuums en de lichtvoetige manier van spelen, komen bewegingstaal en fysieke communicatie over als dans. Vooral tegen het einde ziet het spel er bijna uit als een choreografie. Oogstrelend en tegelijk effectief. Gelukzoekers op Sumatra is zo een even esthetische als hardhandige manier om een ongemakkelijke waarheid over Nederland als kolonisator te vertellen.

 

Decor: Lidwien van Kempen
Kostuums: Nola van Timmeren
Licht: Yuri Schreuders
Muziek: Mark van Bruggen

Kunst / Achtergrond
special: Edward Hopper’s New York
Afbeelding7Whitney Museum

Wat je moet weten over Hopper

Edward Hopper, was dat niet een nogal uitgekauwd subject dat al ongeveer honderd jaar de aandacht kreeg waar types als Nellie Mae Rowe alleen maar van konden dromen, dacht de criticus, toen ze met een kaartje in de hand nog even eerst koffie ging halen voor ze binnentrad bij Hopper’s New York in het Whitney Museum of American Art. Toch ligt hier een opengeslagen Hoppercatalogus en is er een biografie aangeschaft. Vijf verrassende feiten voor de Hopperleek.

1. Hopper was een reclametekenaar

Afbeelding1

Reclametekening van Hopper, voor Bricklayer’s Coffee Break 1907-1910 Whitney Museum of American Art, New York; Josephine N. Hopper Bequest
Rights and reproductions
© Heirs of Josephine N. Hopper/Licensed by Artists Rights Society (ARS), New York

Edward Hopper was een laatbloeier. Hij was een gesloten, zwijgzame man die zijn geld verdiende met reclametekeningen in een stijl die moeilijk te herkennen is als van de hand van de kunstenaar. Zonder zijn vrouw Jo Nivison Hopper, die Edward niet alleen onder de aandacht bracht van het Brooklyn Museum, maar ook de communicatie voor hem deed, was Hopper misschien wel een nukkige reclametekenaar gebleven, die in zijn vrije tijd schilderijen maakte.

2. Hopper haatte Parijs

Afbeelding2

Edward Hopper, Île Saint-Louis, 1909. Whitney Museum of American Art, New York; Josephine N. Hopper Bequest © Heirs of Josephine N. Hopper/Licensed by Artists Rights Society (ARS), New York

Oké. Hij haatte Parijs niet echt. Maar hij had een hekel aan fauvisme. ‘For the most part very bad’, schrijft hij na een bezoek aan Salon d’Automne naar huis. Dus toen hij in 1906 in Parijs was, trok hij niet naar Cézanne en consorten die een revolutie in de schilderkunst ontketenden, maar pakte zijn schilderspullen en begon met name gebouwen te schilderen, in een opvallend impressionistische stijl. In die tijd schenen wel meer New Yorkers naar Parijs te gaan, geschrokken van de hevige bouwambities in hun geliefde Manhattan.

3. Jo Hopper stond model voor haar man

Afbeelding4

Whitney Museum of American Art, New York; Josephine N. Hopper Bequest
Rights and reproductions
© Heirs of Josephine N. Hopper/Licensed by Artists Rights Society (ARS), New York

Het valt niet meteen op, maar alle vrouwen op Hoppers schilderijen zijn een en dezelfde vrouw: Jo Verstille Nivison Hopper. Ze stond model voor haar man, verkleedde zich zelfs geregeld. Hoewel het Whitney Museum de nadruk legt op hoe de Hoppers graag naar theater gingen, of hoe de twee samen hele karakters bedachten voor op de schilderijen, was het helemaal niet zo gezellig bij de Hoppers thuis als je zou denken.

Jo ondersteunde haar man in zijn werk, maar werd niet door hem gesteund. Terwijl zij, in tegenstelling tot Edward, een zelfstandig werkend kunstenaar was. Tot ze op haar 41e trouwde met meneer Hopper. Haar werk is nooit meer zo goed ontvangen als vóór het huwelijk.

Ook vochten de Hoppers elkaar vaak de tent uit, zowel fysiek als mentaal. Zij was geen goede huisvrouw, hij geen goede geliefde. Ze aten vlees uit blik en brachten, ondanks het huiselijk geweld, grote delen van de tijd samen door, waarin niet alleen gevochten, maar ook veel geschilderd werd. Op de expositie hangt New York Movie (1939), met daarnaast de schets voor het schilderij. Waar Jo op de schets glimlacht, is daar op het schilderij niks meer van over. Ook in Morning Sun (1952) komt ze anders uit de verf. Jo, getekend als een oudere dame op de schets, is op het schilderij op bepaalde vlakken jonger geverfd. Het draagt bij aan een zekere vervreemding die het – in principe vredige – tafereel opwekt.

Afbeelding3

Edward Hopper, New York Movie, 1939. The Museum of Modern Art; given anonymously. © 2022 Heirs of Josephine N. Hopper/Licensed by Artists Rights Society (ARS), New York. Image courtesy Art Resource, New York

4. Hopper mengde zich niet met zijn buren

Jo en Edward Hopper woonden in een studio aan Washington Square Park. Vanwege goedkope huur en tolerante mentaliteit was Greenwich Village in de jaren 20 van vorige eeuw aantrekkelijk voor kunstenaars en mensen met een bohemian inborst. Hopper echter, mengde zich niet met de vernieuwende artiesten. Hij maakte contact met een paar oudere mensen maar besteedde nogal weinig aandacht aan de beweeglijkheid om hem heen. De figuren op zijn schilderijen zijn nooit zichtbaar vrolijk of levendig. Hoewel de meeste kunstenaars om hem heen focusten op ‘the capital on the rise’ (letterlijk), koos Hopper ervoor om die opkomst van gebouwen en de drukte in de stad volledig weg te laten.

5. Hopper wordt gebruikt in scenografie

Afbeelding6

Edward Hopper, Study for Morning Sun, 1952. Whitney Museum of American Art, New York; Josephine N. Hopper Bequest
© Heirs of Josephine N. Hopper/Licensed by Artists Rights Society (ARS), New York

Afbeelding5

Morning Sun, 1952. Columbus Museum of Art, Ohio; museum purchase, Howald Fund
© 2022 Heirs of Josephine N. Hopper/Licensed by Artists Rights Society (ARS), New York

Hoppers horizontaal georiënteerde werken laten zich lezen als een bioscoopscherm. Zijn gebruik van licht, compositie en onderwerpen zijn een geliefde inspiratiebron voor filmmakers. Hoeveel acteurs zijn er dankzij Hopper wel niet eenzaam aan een bar neergezet, gefilmd van buitenaf? Volgens de overlevering keek Alfred Hitchcock naar Hopperschilderijen, en liet Hopper zich op zijn beurt inspireren door cinema, onder andere door Hitchcock. Voor beide makers is het voyeurisme in hun werk tekenend. Maar ook Wim Wenders (Paris, Texas) en David Lynch bestudeerden Hopperschilderijen om Amerika weer te geven.

Leestip

Edward Hopper’s New York, hardcover, 256 pagina’s, 65 dollar, te koop via Whitney Museum.

Theater / Voorstelling

Een ernstige opera met humor en modern spektakel

recensie: Guilio Cesare - Händel
Dutch_National_Opera-Giulio_Cesare-©Monika_Rittershaus_CB_197Nationale Opera Amsterdam

Egyptische hiërogliefen verschijnen stuk voor stuk in neonverlichting op de metalen paleismuren. Vrijwel ongemerkt verrijst het gebouw als een zich langzaam openende oester. Opeens is er een boven- binnen- en een buitenwereld die inkijk geeft in de overdaad, het machtsmisbruik en de verspilling aan het Egyptische hof. Overdadig schepijs in diverse kleuren lekt aan alle kanten weg, sarrende heersers met losse handjes, dure accessoires aan zee. Spectaculaire video-effecten met adembenemende zang, gelardeerd met grappige kwinkslagen houden het publiek drieënhalf uur bezig. Elke muzikale prestatie door zangers en orkest wordt beloond met ovationeel applaus.

Plot

Cesar gaat de strijd aan met zijn rivaal Pompeo. Tolomeo, niet wars van gevlei en hunkerend naar macht, doodt Pompeo in ruil voor een (vermeend) wit voetje bij Cesar. Nadat Tolomeo’s lijfwacht, Achilla, het hoofd van Pompeo heeft gepresenteerd aan Cesar en Cornelia, de weduwe van Pompeo, brandt de strijdt los om een hoge positie aan het Egyptische hof. Opeens zijn alle ogen gericht op Cornelia. Zij blijkt – op toneel niet uitblinkend in schoonheid – begeerlijk. Haar positie leidt immers in een rechte lijn naar de macht. Maar die weg loopt dood. Cornelia wijst iedereen af. Ook Cleopatra wil koningin van Egypte worden en bedenkt een list om door Cesar te worden begeerd. Nireno, de rechterhand van Cleopatra heeft een plan dat Sesto, Cornelia’s zoon, in staat stelt Tolomeo te doden. Achilla steekt daar een stokje voor. Het nieuws gaat rond dat Cesar in het nauw wordt gedreven en dat hij is verdronken. Cleopatra en Achilla trekken ten strijde tegen hun eigen volk omdat ze Cesar hebben vermoord maar komen bedrogen uit. Tolomeo’s troepen verslaan het leger van Cleopatra en Achilla wordt vermoord. Cesar blijkt echter nog in leven. Hij belooft Cleopatra en Cornelia uit Tolomeo’s handen te bevrijden. Tijdens een nieuwe poging van Tolomeo om Cornelia voor zich te winnen, slaagt Sesto er uiteindelijk in Tolomeo te doden. Cesar kroont Cleopatra tot koningin van Egypte.

Decor

Samen met de Spaanse regisseur Calixto Bieito werkt videokunstenaar en later decorontwerper Rebecca Ringst aan vele producties in heel Europa. Ze is gefascineerd door weidse landschappen en architectonische contructies waar contactmaken niet voorop staat. In het dagelijks bestaan ziet ze kolossale gebouwen door mensenhanden gemaakt maar zonder menselijke ziel. Als decorbouwer heeft ze de mogelijkheid daarop te reageren: ‘Ik speel op het toneel doorgaans met open ruimtes, met contrasten tussen binnen en buiten.’

Zangers

Dutch_National_Opera-Giulio_Cesare-©Monika_Rittershaus_CB_205

©Monika Rittershaus | De Nationale Opera

Verbluffend hoe de zangers manoeuvreren in en op het metalen paleis. Klimgordels behoeden hen voor een val. En dat is nodig want deelname aan deze opera vraagt opperste concentratie qua samenwerking. Iedere ongeplande beweging is merkbaar.

Spectaculair hoe Cleopatra (sopraan Julie Fuchs) met gemak aria’s zingt als Se pietà di mem non senti (‘Als je geen medelijden met mij hebt’) en Piangerò (‘Ik ga huilen’) in combinatie met haar vermakelijke spel. Ze beweegt verleidelijk op het toneel en tegelijkertijd grappig en streng. Maar ook Cesar (countertenor Christophe Dumaux) is adembenemend. Zijn rol beweegt zich van geniepige heerser en vechtlustige machthebber naar een verleidelijke minnaar. Alle klankgradaties spreidt hij tentoon. En uiteraard verdienen Tolomeo, Achilla, Sesto, Curio en Nireno ook de hoofdprijs. Ook hun aandeel is zowel qua toneelspel als zang fenomenaal.

Ook boeiend en knap hoe de interactie tussen de operazangers en het verfijnde barokorkest Le Concert d’Astrée (onder leiding van klavecinist en dirigent Emanuelle Haïm) optimaal verloopt. Het orkest dat de zangers muzikaal draagt, klinkt warm en royaal.

Wie op zoek is naar een operafeest met de tactische liefdesaffaire tussen de historische figuren Julius Caesar en Cleopatra als thema, kan tot 5 februari met een gerust hart een ticket kopen bij de Nationale Opera.

blokhuis-ok computer-cmyk
Boeken
special: OK Computer: het album, Radiohead en de wereld in 1997
blokhuis-ok computer-cmyk

Inspirerend en leerzaam

In het boekje OK Computer: het album, Radiohead en de wereld in 1997, laten tien auteurs, elk vanuit haar of zijn vakgebied hun licht schijnen op het album Ok Computer uit 1997. Goed idee om dit album op deze wijze te vereeuwigen want wie heeft niet het licht gezien na het horen van de eerste akkoorden van deze cd.

Net zoals voor velen was Ok Computer vanaf het begin ook voor mij verbluffend. Weliswaar ontdekte ikzelf het album pas in 2008 maar toch. Een magisch moment waarbij al bij het beluisteren van de eerste akkoorden een meesterwerk hoorbaar was. De schitterende melodieën, de chaos, de stress, de bevreemdende achtergrondgeluiden met rare piepjes: fascinerend. Honderden keren beluisterde ik die magische opeenvolging van ontregelende nummers die het verhaal vertellen van een samenleving in de knel.

Radiohead is een Engelse alternatieve rockband uit de jaren negentig met Thom Yorke als leadzanger, Jonny Greenwood als gitarist, Ed O’Brien voor zang en gitaar, Colin Greenwood op basgitaar en Phil Selway op drums. In 1992 komt de band met de single Creep: eerst verguisd en later een wereldhit. Op 21 mei 1997 lanceert Radiohead het succesvolle album Ok Computer. Critici waren het erover eens dat dit album zijn gelijke niet kende. Een klasse apart van profetische waarde. De muziek was nieuw en snijdt thema’s aan als consumptiedrang, technologische afhankelijkheid, gebrek aan sociale cohesie en paranoia.

De muzikale analyse van Bertolf in het bijzonder is erg leerzaam. Haarscherp legt hij uit hoe de akkoorden in diverse nummers zijn opgebouwd. Zo blijkt het eerste nummer Airbag voorzien te zijn van een tegenmelodie door Greenwood. Wellicht dat hierdoor dat slepende en toch zo borrelende sfeertje wordt gecreëerd. Zo blijkt Karma Police te zijn opgebouwd uit akkoorden die niet in de toonsoorten thuishoren en onlogisch zijn qua volgorde. Wellicht zijn dit de krenten in de pap die dit magische nummer zo ‘dwars en spannend’ maken. Ook grappig om te lezen dat de bliepjes en piepjes aan het eind van het nummer Let Down een op holgeslagen tape is. Super spannend, volledig passend bij de sfeer van het nummer. Maar oh zo vreemd.

Het was dus een uitstekend idee van muziekjournalist Leo Blokhuis om dit boekje in 2022 op de markt te brengen. Voor ingewijden een bron van herkenning en nieuwe weetjes. Voor de nieuwkomer inspirerende verhalen over een album dat zijn weerga niet kent.

Boeken / Non-fictie

De kunst van het proeven

recensie: Proefles - Joël Broekaert

Hoe omschrijf je de smaak van umami? Waarom heeft karamel zo’n rijke smaak terwijl het eentonige suiker het enige bestandsdeel is? In Proefles geeft culinair journalist Joël Broekaert antwoord op deze en nog veel meer prangende smaakkwesties.  

Ruiken en proeven worden beschouwd als twee afzonderlijke zintuigen. Toch weten de meeste mensen die een corona-infectie hebben doorgemaakt dat het communicerende vaten zijn; een groot deel van wat je proeft, wordt bepaald door de geur ervan. Broekaert heeft een punt wanneer hij opmerkt dat de gemiddelde mens behoorlijk slecht is in proeven. Tel daar bij op dat we iedere dag minimaal drie maaltijden eten en het is vreemd dat we vaak zo slecht geoefend zijn in het herkennen en benoemen van smaken. Broekaerts missie is om daar verandering in te brengen. 

Een breed palet

Proefles is beslist geen standaardwerk over smaak maar eerder een inleiding aangevuld met persoonlijke anekdotes. Natuurlijk komen de vijf smaken – zoet, zout, zuur, bitter en umami – uitgebreid aan bod. Ook tackelt hij het hardnekkige misverstand dat ‘pittig’ een smaak zou zijn. Hier en daar belandt Broekaert in een technisch verhaal over chemische verbindingen waarbij hij de alfa-lezers even kwijt raakt.  

Gelukkig worden deze passages gecompenseerd door vermakelijke ervaringsverhalen. Bijvoorbeeld de kleurrijke beschrijvingen van Broekaerts top 3 van smerigste dingen die hij ooit in zijn mond heeft gestopt. Zo is Hákarl – gefermenteerde haai – het enige voedsel waar hij letterlijk van moet kokhalzen. Met een bouquet van schoonmaakmiddel, mottenballen en pis klinkt dat niet zo verwonderlijk. 

Aan de slag

Eerder bracht Broekaert Proefles al op het toneel in de vorm van een interactief college. Ook in het boek wordt de lezer uitgenodigd de proef op de som te nemen. Zo stelt hij voor om twee stukjes pure chocola van minimaal 70% te nemen. Door erop te kauwen komt vooral de bittere smaak naar boven. Maar sabbel erop en je smaakpapillen ontwaren een meer zoete, romige smaak met een hint van banaan.   

Andere testjes zijn wat ver gezocht. Ga je werkelijk je tong afplakken en met blauwe kleurstof overgieten om het aantal smaakpapillen te tellen? Storend is ook dat de smaaktests eerst in de lopende tekst voorbij komen, om vervolgens achterin nog eens woordelijk herhaald te worden. Dit was eenvoudig te ondervangen geweest met herkenbare tekstvlakken. Desalniettemin werkt Broekaerts passie voor smaak aanstekelijk. Zelfs een zak chips zul je minder snel naar binnen werken wanneer je weet welke processen er aan vooraf gegaan zijn. 

Theater / Voorstelling

Dansende diva heeft zin in liefde

recensie: Igone de Jongh - Zin in Liefde
Igone de Jongh met twee dansersMark Engelen

‘Diva’s’, zoals Maria Callas, Édith Piaf en Whitney Houston, is het overkoepelende thema van de tweede eigen productie van ballerina Igone de Jongh. In Zin in Liefde komen beide aspecten van deze eigengereide vrouwen aan bod: de glitter en glamour, maar ook de schaduwkant van de roem.

Igone de Jongh is zonder twijfel de bekendste Nederlandse ballerina van de afgelopen twintig jaar. Na haar opleiding aan de Nationale Balletacademie in Amsterdam beklom ze in razendsnel tempo de hiërarchische ladder bij Het Nationale Ballet. Vanaf 2019 ging ze verder als zelfstandig danseres. Zin in Liefde is haar tweede eigen productie, waarin ze samen met drie Oekraïense dansers van het door haar opgerichte The United Ukranian Ballet Company het podium bestiert. De choreografieën zijn gemaakt door Sasha Riva, die ook meedanst in de voorstelling, en Simone Repele.

Glitterende start

De titel suggereert een liefdesverhaal, maar de voorstelling centreert zich rondom diva’s. De voorstelling begint veelbelovend met de Jongh, gekleed in een glitterjurk, en haar drie collega’s dansend op Judy Garlands ‘I Got Rhythm’. Een jong meisje op een schommel (gespeeld door Lara Lina Uribe Echevarria of Josephine Krijnen ), vertelt over hoe zij voorbestemd is om een ster te worden: een verwijzing naar de jonge Igone toen zij begon met dansen?

Simpele, maar doeltreffende aankleding

De drie dansers naast de Jongh zijn gekleed in simpele donkerblauwe outfits en geschminkt als pierrots, waardoor hun expressie tijdens het dansen soms lastig is af te lezen. Wellicht is dit de bedoeling, aangezien ze tijdens de voorstelling voornamelijk fungeren als een soort geesten die de diva begeleiden of haar emoties uitbeelden. Het decor is simpel, maar doeltreffend om het verhaal te vertellen. Een kaptafel, vanaf waar de diva droomt van liefde of mijmert over voorbije tijden, en een theatergordijn, maar dan achterstevoren. Hierdoor kijkt het publiek op de rug van de diva en lijkt zo zelf op het podium te staan.

Twee dansers geschminkt als pierrots

Klassieke dans in modern jasje

De dansstijl van de voorstelling kan worden omschreven als klassiek ballet met moderne elementen. Het gracieuze van het klassiek ballet wordt afgewisseld met grovere en schokkerige bewegingen, wat zorgt voor een mooi contrast. Het is verfrissend dat er veel gebruik wordt gemaakt van andere vormen dan stereotype man-vrouw duetten: man-man duetten en trio’s en kwartetten komen allemaal voorbij.

De Jongh is nog altijd een fantastische danseres om te zien en legt moeiteloos een been in haar nek, oftewel een développé in balletjargon. Toch worden de energiekere en technisch uitdagendere choreografieën gedanst door haar collega’s (Alexis Tutunnique, Sasha Riva en Veronika Rakitina). Vooral de petite Rakitina knalt van het podium af. Een lichte teleurstelling waren de te simpele en te lange playbackdans op ‘How Will I Know’ van Whitney Houston en de bureaustoelendans op ‘Padam, padam’ van Édith Piaf. Een dans met zulke attributen is zeer lastig om goed uit te voeren, maar ziet er voor het publiek toch enigszins knullig uit.

Igone de Jongh en een danser

Onduidelijk verhaal

Het verloop van het verhaal is lastig te volgen voor het publiek. De intenties van sommige scènes zijn direct duidelijk, zoals dromen over een nieuwe liefde of het verdriet achter de roem. Echter zijn sommige dansen meer conceptueel en daardoor lastiger te plaatsen binnen de context van het verhaal. Het jonge meisje zou het publiek context moeten verschaffen, maar spreek voornamelijk vage, clichématige zinnen uit, zoals ‘licht zonder donker bestaat niet’. De voorstelling bevat mogelijke autobiografische verwijzingen naar de Jonghs liefdesleven, maar haar nuchtere imago past niet bij het beeld van de getroebleerde diva dat tijdens de voorstelling geschetst wordt. Ten slotte ontbreekt er een grote ontknoping. Het verhaal van de diva eindigt abrupt en laat ons achter met vragen. Komt er een happily ever after of gaat ze ten onder aan de roem?

Prachtige dans voor de liefhebber

Het is jammer dat het verhaal soms onduidelijk en clichématig is, maar de scherpe en energieke dans van de drie ‘pierrots’ afgewisseld met de rustigere stukken van de Jongh, maken veel goed. Zin in Liefde is zeker een aanrader voor liefhebbers van klassiek ballet en moderne dans.

 

Muziek / Reportage
special: Vriendenrepetitie Concertgebouworkest
ConcertgebouworkestFoto: Marco Borggreve

Verhalende muziek

Opeens schalt het Lang zal ze leven door de zaal van het Amsterdamse Concertgebouw, gespeeld door een enorme hoeveelheid koperblazers. Het was paukenist Tomohiro Ando van het Koninklijk Concertgebouworkest (KCO) die als jarige de eer te beurt viel.

Zelden zitten er zoveel koperblazers op het podium als bij Eine Alpensinfonie (1911-’15) van Richard Strauss. En bij het begin staan er ook nog eens vijf op de gang als Fernorchester, om zich later statig dalend vanaf de trap bij hun collegae op het podium te voegen.
De eerste uitvoering van dit symfonische gedicht van meer dan drie kwartier lang, vond plaats in 1916 onder leiding van Willem Mengelberg. Een week later dirigeerde de componist het zelf. ‘Nog steeds wordt uit de bladmuziek van toen gespeeld’, vertelde Klaus Mäkelä die de Vriendenrepetitie leidde, tijdens een kort interview achteraf.

In het totaal zijn er maar liefst 16.000 vrienden van het Concertgebouw en het Concertgebouworkest, die een paar keer per jaar de gelegenheid krijgen tegen een vriendenprijsje enkele repetities van het KCO bij te wonen. Men moet vroeg uit de veren en winderig weer trotseren, maar tot 9.30 uur kan men zich opwarmen aan een kopje koffie of thee. Dit keer waren er extra veel vrienden aanwezig, want niemand minder dan Klaus Mäkelä leidde het geheel, dat hij omschreef als een generale repetitie. Al ontbrak een werk: het aan hem opgedragen Aino (2022), ook een symfonisch gedicht, deze keer van Jimmy López Bellido.

Klaus Mäkelä

Klaus Mäkelä

Foto: Marco Borggreve

Mäkelä is chef-dirigent van het Oslo Filharmonisch Orkest, muziekdirecteur van het Orchestre de Paris en sinds het seizoen 2022-‘23 artistiek partner van het KCO, waarvan hij in 2027 chef-dirigent zal worden. Hij studeerde bij de grote Finse docent orkestdirectie Jorma Panula aan de Sibelius-Academie in Helsinki en speelt ook cello op hoog niveau.
Hij ontlokt een heldere, transparante klank aan het orkest, een heel zeldzame keer zelfs iets ongepolijst. Zijn gebaren zijn het ene moment breed, dan weer klein en soms beweegt hij zelfs nauwelijks. Hij werkt intensief maar komt relaxt over. Dat vraagt hij ook van de musici, want de enige keer dat hij iets over het Eine Alpensinfonie spelende orkest iets riep, verstond ik ‘Relax!’ tegen de cellogroep.

Strauss en Bloch

Het werk van Strauss werd in een keer geheel gespeeld, daarna begon het polijsten en werden de laatste puntjes op de i gezet. Van achteren naar voren: van het slotakkoord van de koperblazers, waarbij vooral op de onderlinge stemming werd gelet en later met de strijkers erbij, van aan het begin en weer terug.

Na de pauze werd Schelomo (1915-’16) van Ernest Bloch gerepeteerd, een Hebreeuwse rapsodie voor cello en orkest. De soliste was niemand minder dan Sol Gabetta, een Argentijnse van Frans-Russische afkomst die reeds meerdere keren met het KCO optrad. Op het moment dat ze er even uitvloog, zong Mäkelä heel ad rem de ontbrekende frase voor haar.
Aan het werk van Bloch werd aanmerkelijk meer geschaafd dan aan dat van Strauss, waarvan onlangs nog een nieuwe CD verscheen (RCO Live). Die kwam tot stand onder leiding van de inmiddels overleden oud-chef-dirigent Mariss Jansons. De compositie van Bloch stond dan ook in 2012 voor het laatst op de lessenaars. Er werden met potlood aantekeningen in de partijen gemaakt en andere weer uitgevlakt. Er was onderling overleg en er werden aanwijzingen gegeven door de aanvoerders van de verschillende orkestgroepen. Waarbij opvallend genoeg de concertmeester niet die van het KCO was, maar Joris van Rijn, concertmeester van het Radio Filharmonisch Orkest. Misschien had de griep toegeslagen, wie weet.

Vraaggesprek

In de zaal zelf werd de hele ochtend haast kuchvrij geluisterd door al aardig wat aanwezigen alvorens het korte vraaggesprek begon. Daarvoor hadden de Vrienden vragen kunnen insturen. Ook 8WEEKLY had van die gelegenheid gebruik gemaakt. De vraag in kwestie kwam overigens niet aan bod, maar indirect kwam er toch een hint richting antwoord.
De vraag ging over de samenstelling van het programma: Strauss – Bloch. Wat was de diepere achtergrond van deze op z’n zachtst gezegd spannende combinatie? In het programmaboekje dat bij de ingang van de zaal lag, stond dat verhalende orkestwerken de bindende factor was geweest bij de samenstelling van dit programma. Niets meer en niets minder.

Achtergrond

8WEEKLY Playlist: Favorieten uit 2022 (NL/BE)

special: Spotify-playlist van onze muziekredactie

Er is zoveel muziek uitgekomen in het jaar 2022, dat de kans helaas groot is dat enkele prachtnummers aan je aandacht zijn ontschoten. Dat zou natuurlijk enorm zonde zijn, dus 8WEEKLY helpt je graag door onze Nederlandse en Belgische favorieten uit 2022 op een rijtje te zetten. Het resultaat is een lijst vol heerlijke hits van eigen bodem. Waarom je de nieuwste muziek van bands als flut., FLEUR en Maxine niet mag missen, lichten we graag hieronder toe! 

Herkenbaar ongemak van flut.

De zelfbenoemde ideale-schoonzoonband flut. brengt korte, maar krachtige Nederlandstalige punknummers ten gehore waarin herkenbare en vaak ongemakkelijke situaties centraal staan. Zo bezingen ze de gevoelens rondom smalltalk met de kapper, het moment dat je denkt dat iemand naar je zwaait maar het eigenlijk voor iemand anders was bedoeld en hun negatieve gevoelens tegenover wielrenners. Fans van Want Want en Fokko zullen in flut. een waardige opvolger herkennen, maar ook voor fans van bands als Blink-182 is flut. zeker de moeite waard. Nog niet overtuigd? Ze omschrijven zichzelf als Blink-182 meets Ja Zuster, Nee Zuster en NOFX meets Kinderen Voor Kinderen. Om dit te kunnen begrijpen, moet je wel gaan luisteren naar de nummers ‘Wandelen’ en ´Dan Maar Dansen´!  

FLEURs ode aan de sixties en Frankrijk

In 2022 kwam de Nederlandse Floor Henkelman, bekend als FLEUR, met haar nieuwste album Bouquet Champêtre als opvolger van haar debuutalbum Fleur uit 2022. De Brabantse werd ontdekt door zanger Dave von Raven (The Kik), die haar vroeg om een Franstalig liedje in te zingen. Hoewel ze zelf niet veel meer spreekt dan camping-Frans bleek dit wel een schot in de roos. FLEUR bewijst een ware Yé-Yé diva te zijn die haar eigen geluid goed weet te mengen met geluiden die duidelijk geïnspireerd zijn door France Gall en The Beach Boys, met een vleugje Motown. Hedendaagse muziek die perfect is voor iedereen die geen genoeg kan krijgen van de sound of the sixties.  

Internationale allure van MAXINE

3FM Talent MAXINE is een songwriter die ondertussen ook onder haar eigen naam muziek uitbrengt. MAXINE schreef eerder al voor artiesten als Maan, Son Mieux en Roxanne Hazes. Ze merkt op dat songwriters hard moeten werken, omdat ongeveer vijf van de 100 geschreven liedjes daadwerkelijk worden uitgebracht. Dat harde werken wierp eerder in 2021 al vruchten af in de vorm van het album Minor felt Major met exclusief Engelstalige nummers over vergane liefde. Dit album had al succes in Nederland, maar ook buiten de grenzen. Zo werd het al geprezen door internationale artiesten, waaronder Max Martin. Tegenwoordig kunnen we van MAXINE zowel Engelstalige als Nederlandstalige popmuziek verwachten met een flink meezinggehalte, zoals te horen is in het nummer ‘Veel Meer Pijn’. 

 Naast de nummers van flut., FLEUR en MAXINE staan er nog een hoop andere prachtige hits op jullie te wachten in 8WEEKLY’s nieuwste playlist:  

  • Death04 – Klangstof 
  • JE MAG BEST WETEN DAT IK NOOIT AAN JE DENK – Fred Goverde 
  • Home – KUZKO 
  • Dan Maar Dansen – flut.  
  • Teugels – Linde Schöne 
  • Listen -Banji 
  • Rug Busters – Personal Trainer 
  • Le Capharnaüm – Fleur 
  • TalkieWalkie – Banji 
  • Laat Me Los – S10, BLØF 
  • Wandelen – flut. 
  • Te druk voor liefde – MEROL 
  • Besoin de Personne – Fleur 
  • Niets Tussen – Froukje 
  • This Is Happening – 4B2M 
  • Crawl in Pieces – Beachdog 
  • Ik ben een sukkel – Lucky Fonz III 
  • Gemengde signalen – MEROL 
  • Stilte Na De Storm – The Kik 
  • Gebakje – Fokko 
  • Erase – Greener Grass 
  • Garden Party – Tip Jar 
  • Swords Up In The Air – Beachdog 
  • Strange Again – The Vices 
  • Stupid – MY BABY 
  • Crossroads – Knight Area 
  • Geluksmomentje – Fokko 
  • Watching You Sleep – LAVALU 
  • Ik Zie Ik Zie – WIES 
  • Vrijheid, Gelijkheid, Zusterschap – Sophie Straat 
  • I Had a Name – The Vices 
  • Earth Sick – POM 
  • Wie Wil Je Zijn – Eva van Manen 
  • Bagagedrager – Spinvis 
  • Numbers Up – De Staat 
  • Easy Going – Mood Bored 
  • Veel Meer Pijn – MAXINE 
  • Calling – Elephant 
  • This Is The Moment – Son Mieux 
  • Een Beetje Liefde – Thijs Boontjes 
  • Lost In The Moment – Blanks 
  • Shine On – Orange Skyline 
  • Astro TV – Poodle 
  • Depression Dance – Wasted Youth Club 
  • Lola – FIEP 
  • I’m Staying In Bed Today – Bongloard 
  • Toki Doki – Aili 
  • Wrecking Bed Postst – Black Box Revelation 
  • Good day – blackwave. 
  • Must Have Been New – dEUS 
  • Idiot Paradise – DIRK. 
  • The snakes – Kids With Buns 
  • Quiet – Marble Sounds 
  • Mon amour – Stromae, Camila Cabello 
  • In Limbo – Intergalactic