Boeken / Fictie

Terugkijken op het begin van een grillig oeuvre

recensie: Merijn de Boer - Nestvlieders

Het debuut van Merijn de Boer, Nestvlieders, is herdrukt. Tijd voor een hernieuwde kennismaking met vier originele verhalen.

Nestvlieders is al eens eerder op deze website besproken: ruim vijf jaar geleden bestempelde Frank Heinen in zijn recensie Merijn de Boer als een ‘relikwie uit voorbije tijden’ en de verhalen in deze bundel als ‘vier goede wijnen’. Na het verschijnen van deze bundel bij Meulenhoff in 2011 verhuisde De Boer (1982) naar uitgeverij Querido, waar zijn twee romans De nacht (2014) en ’t Jagthuys (2016), verschenen. Nestvlieders werd eerder verramsjt, maar is nu dus weer vrijelijk verkrijgbaar. Dat biedt de kans De Boers debuut te vergelijken met zijn latere werken.

Originele kijk

Als eerste moet opgemerkt worden dat de twee novellen en twee verhalen in Nestvlieders alle getuigen van eenzelfde originele kijk op de wereld als de latere romans. De Boer sleept je met alle gemak zijn verhaal in. Zelfs wanneer de plot dicht tegen het cliché aanschurkt en voorspelbaar dreigt te worden, weet De Boer zich er met een sprong uit te wurmen.

Dit blijkt al gelijk uit het eerste verhaal, ‘Overal leegte’. De hoofdpersoon is schijnbaar geobsedeerd met een van zijn weinige medebewoners in een groot pand. Een van dezen, Wolf, verkleedt zich ’s nachts en gaat dan als clown de straat op. Langzaam en heel precies bouwt De Boer de spanning op, er vinden haast bovennatuurlijke gebeurtenissen plaats en er wordt veel over letsel en schade gepraat: je meent te weten waar dit heen gaat. Maar dan slaat De Boer een totaal andere richting in.

Absurde voorvallen

De Boers fictie wordt vaak gekenmerkt door absurde voorvallen en vreemde denkwijzen. Dit is het beste zichtbaar in ’t Jagthuys, dat je onsympathiek zou kunnen karakteriseren als een vergaarbak van gekken en halvegaren. Die hang naar de randen van het normale – en soms eroverheen – pakt niet altijd goed uit: in deze bundel worden de novellen ‘Balthasar Tak’ en ‘Luchtkasteel’ er nogal door uit het lood getrokken. In het sferische slotverhaal ‘Kraaien in de schoorsteen’ vallen de stukjes dan wel weer op z’n plek.

Deze herdruk van Nestvlieders herinnert er dus bovenal weer aan dat Merijn de Boer zowel qua stem als qua thematiek een consistent schrijver is. Hij blijft risico’s nemen en nieuwe vormen zoeken. De eerste zin in deze bundel is als volgt: ‘Het complex was gebouwd in de vorm van een reusachtige dolfijn.’ Je vraagt je af wat de uiteindelijke vorm van De Boers oeuvre gaat worden.

Oorlog
Boeken / Non-fictie

Oorlogslessen

recensie: Martijn Kitzen - Oorlog onder de mensen
Oorlog

Voormalig militair en historicus Martijn Kitzen onderzoekt in Oorlog onder de mensen de koloniale Atjehoorlog en de Nederlandse missie in Afghanistan. Cruciaal voor het welslagen van beide interventies was, zo laat hij overtuigend zien, het verwerven van steun van de lokale machthebbers.

Veel hedendaagse oorlog draaien niet meer om het verslaan van een ander land. De conflicten van vandaag de dag spelen zich vaak binnen landgrenzen af en statelijke actoren zijn vaak maar één partij in het conflict. Denk aan Islamitische Staat, Al-Qaeda en Al-Shabaab: allemaal groeperingen die het opnemen tegen overheden.

Ook de oorlog in Afghanistan was zo’n asymmetrisch conflict. Wat zo’n conflict extra bemoeilijkt is dat het verschil tussen combattanten en burgers vervaagt. Hoe kun je in zo’n situatie nu het best militair interveniëren? Historicus en politicoloog Martijn Kitzen, die zelf in Afghanistan diende, promoveerde op militaire interventies in dit soort conflicten. Dit proefschrift is in boekvorm uitgegeven onder de titel Oorlog onder de mensen.

Allianties

Geweld is noodzakelijk, zo blijkt uit Kitzens boek, maar om de door hem onderzochte missies te doen slagen was meer nodig. Zowel in de Atjehoorlog (1873-ca. 1912) als bij de missie in Uruzgan (2006-2010) had het Nederlandse leger de steun nodig van lokale heersers. Met de aanpak wortel en stok (beloning voor samenwerking, afstraffing bij verzet) wist Nederland de plaatselijke machthebbers aan zich te binden.

Daarvoor is wel een gedegen kennis van de lokale machtsstructuur nodig, zo laat Kitzen zien. In Atjeh deden de Nederlanders daar decennia over, in Uruzgan twee jaar. Door goed inzicht te krijgen in de machtsverhoudingen en rekening te houden met de belangen van de lokale actoren, was Nederland beter in staat te voorkomen dat de Afghaanse stammen aansluiting zochten bij de Taliban.

Het meest succesvolle voorbeeld hiervan was de slag om de stad Chora. Daarbij werkte het Nederlandse leger samen met twee grote stammen tegen de Taliban. Zo werd de Taliban verslagen en werd de steun van de lokale bevolking gewonnen. Ongeveer de helft van de bewoners van Uruzgan behoort tot die stammen.

Leren van het verleden

Dat Kitzen in zijn boek zowel de oorlog in Atjeh als die in Uruzgan behandelt, maakt zijn centrale these sterker. De strategie werkte dus niet slechts op één plaats, maar in twee heel verschillende situaties. Vanuit wetenschappelijk oogpunt begrijpelijk. Voor de gemiddelde lezer maakt dat het boek er niet makkelijker op. Beide oorlog worden uitvoerig en zeer gedetailleerd beschreven en door het grote aantal namen, stammen en wisselende allianties, raak je als lezer snel de weg kwijt.

Toch is het boek razend interessant: het geeft een goed en gedegen inzicht in hoe oorlog er nu werkelijk uitziet in de dagelijkse praktijk. De manier van aanpak in Afghanistan was succesvol. Het succes was echter, gezien de te vroege terugtrekking, niet duurzaam. Misschien wel de belangrijkste boodschap van Kitzen is: laten we daar van leren.

Boeken / Poezie

Verslag van een veranderende wereld

recensie: Piet Gerbrandy - Steencirkels

Voordat 2016 de titel overnam, was 2015 het warmste jaar ooit gemeten. Daarvoor 2014. Klimaatverandering schept een nieuwe wereld, maar wat voor een? Op die vraag zoekt Piet Gerbrandy in zijn nieuwe dichtbundel Steencirkels een antwoord.

Piet Gerbrandy’s nieuwe bundel kan net zo goed epische prozapoëzie genoemd worden: aan genreafbakeningen lijkt de auteur niet zo gebonden. Het is in ieder geval een poëzieboek waarin verschillende verhalen verteld worden. Zo bevat Steencirkels, om maar wat te noemen, een scheppingsverhaal, het dolen van een man genaamd O en allerhande erotische escapades. En cirkels, natuurlijk, of circulaire bewegingen – die zitten al in die ‘O’ vervat. Veelzijdig, en daarnaast ook veelstemmig: niet alleen loopt dat scheppingsverhaal parallel aan de reis van O, tijdens die reis komen allerlei verschillende personages aan het woord.

Piet Gerbrandy (1958), naast dichter ook classicus en criticus bij De Groene Amsterdammer, laat in Steencirkels zien wat hij kan. Registers en thema’s lopen door elkaar heen in deze bundel. Gerbrandy plaatst thema’s als liefde en de plaats van de mens in de wereld tegenover, of soms juist naast elkaar, laat ze met elkaar in gesprek gaan of juist botsen.  Hij laat zich zo zien als een uiterst moderne dichter, die toch altijd gegrond staat in de literatuurgeschiedenis: zich bewust van genres kan hij de grenzen opzoeken en verleggen.

De schepping van de aarde

Naast die rijkdom staat wat menigeen zou aanduiden als engagement: in Steencirkels doet Gerbrandy verslag vanuit en over een veranderende wereld. Aan de ene kant is daar de schepping van de aarde: ‘Het geldt als beleefd eerst goden de woorden te laten,’ begint het. In de rest van het verhaal is er van alles in beweging: dingen veranderen van vorm, ontstaan, beginnen (‘Men zegt dat het begon met vliezen en strengen van steeds wisselende / binding en gedaante’), of houden juist op (‘Poolkappen trokken op. De zee viel droog’).

Ook de wereld van O verandert. Al het eerste gedicht is gevuld met beelden van een opwarmend klimaat: ‘een bed in de smeltende toendra’, en later is er sprake van een ‘grijze rivier zonder vis’. De hele bundel door blijft O – en daardoor de lezer – herinnerd worden aan de steeds fragieler lijkende relatie tussen mens en natuur. Wat ooit zo onschuldig leek – olie oppompen, bijvoorbeeld – keert wraakzuchtig terug: waar de mens eerst gebruik maakte van de natuur, slaat de wereld nu terug, bijvoorbeeld door klimaatverandering. Daarmee is deze bundel bij mijn weten een van de eerste pogingen een langzaam proces als klimaatverandering in de literatuur te vangen.

Zoektocht

In Steencirkels zoekt Gerbrandy naar manieren om verhalen te vertellen in en over een wereld die steeds kwetsbaarder blijkt te zijn, waardoor onze eigen plek daarin ook niet meer zeker is. Bij Gerbrandy gaat die zoektocht over een zekere spiritualiteit en mystiek. Goden worden aangesproken, en lijken af en toe als Grieks koor terug te spreken. Gerbrandy’s wereld is bezield, de mens is maar een klein onderdeel:

‘De lucht is van de wolken en de meeuwen.
Wij blijven aan de grond en halen adem.
De zee behoort aan vissen toe en wieren.
Wij koelen af in water dat ons wiegt.
Het vuur is van de stammen en de vlammen.
Wij warmen ons aan lijven die ontbinden.
Het land is van de aarde. Niet van ons.’

Als laatste lof voor het designfoefje op het voorplat: de pastelkleurige cirkels lijken te bewegen wanneer je de bundel dichter bij of verder van je brengt. Dat, en de zwarte punten op het voorplat en de grillige, cirkelende titelweergave, is een mooie metafoor voor deze ingenieuze bundel: bij herhaalde lezing verandert Gerbrandy’s poëzie telkens van vorm, inhoud en betekenis. Dat maakt dat Steencirkels misschien niet tot de meest toegankelijke poëzie behoort, maar wel tot de meest rijke die dit jaar zal verschijnen.

Theater / Voorstelling

Wie schrijft Zohre’s happy end?

recensie: Marjolijn van Heemstra - Zohre, een Afghaans-Nederlandse soap

In Zohre, een Afghaans-Nederlandse soap geven Marjolijn van Heemstra en Zohre Norouzi een indrukwekkend pleidooi voor medemenselijkheid.

De toekomst van Zoraya en Zohre

Hoe loopt het af met Zoraya, het hoofdpersonage uit de Afghaanse soap The Secret of this House? Blijft ze in haar verstandshuwelijk of vlucht ze met haar grote liefde Kabir? Zohre Norouzi zal het nooit weten. De dreiging van de Taliban betekende het einde van een soap waar zij zich in herkende en hoop uit putte. Na een vlucht uit Afghanistan is haar eigen toekomst even ongewis: hoe kan zij in Nederland een nieuw leven opbouwen?

En bovendien: met wie? Norouzi mag in Nederland blijven, maar haar familie niet. Een ontmoeting met Marjolijn van Heemstra blijkt het begin te zijn van een waardevolle vriendschap. Wat begint als een bijverdienste als oppas en een onverwacht verzoek om te overnachten, groeit uit tot een jaar van talloze gesprekken op het dak van Norouzi’s flat en verwoede pogingen van Van Heemstra om haar door het doolhof van de Nederlandse bureaucratie te helpen. Een sollicitatie bij de Broodzaak vereist een examen waar ook Van Heemstra niet uitkomt, en bij verlate betalingen kan ze rekenen op een muur van regelgeving en ambtelijke onmacht. Hoe vastbesloten ze ook is om Zohre’s verhaal tot een goed einde te brengen, de realiteit is overweldigend ingewikkeld.

De grote gevolgen van kleine gebaren.

Daarnaast doemt de vraag op waar de scheidslijn ligt tussen behulpzaamheid en zelfgenoegzaamheid. Het redden van vluchtelingen aan de Griekse kust voelt veel heldhaftiger dan het begeleiden van een integratie, overweegt Van Heemstra. En wanneer wordt dit begeleiden paternalistisch? Hoe vermijd je in het patroon te vallen van Marleen, de dame uit Zohre’s bezoekcentrum die de kinderen het liefst in ‘kleine Marleens’ wou veranderen? Met aanstekelijke bravoure en humor laat Van Heemstra al deze vraagstukken de revue passeren, zonder haar vastberadenheid om te helpen ironisch te maken. Ze behoort tot een handjevol Nederlandse theatermakers die de valkuilen van idealisme blootleggen zonder daarmee hun eigen idealisme te ontkrachten. Het belang om een ander te helpen, zelfs als je dat nooit helemaal goed kan doen, staat buiten kijf.

Zohre Norouzi is de kalme tegenpool in deze voorstelling. Terwijl Van Heemstra worstelt met ambtenaren en instanties, en ontmoedigd raakt door haar onvermogen om Norouzi’s verhaal een happy end te geven, blijkt het contact tussen de twee vrouwen een wezenlijk verschil te hebben gemaakt. Zittend op een verhoging – verwijzend naar het dak waar zij hun gesprekken voerden en wellicht een televisiescherm waarin Zoraya’s/Zohre’s verhaal zich afspeelt – wordt duidelijk dat het hebben van iemand om verhalen mee te delen al genoeg is om Zohre’s toekomst iets gelukkiger te maken.

 

 

Muziek / Concert

Knappe releaseshow

recensie: Sue the Night@Tolhuistuin

Wanderland is het nieuwe album van Sue The Night. Vanavond vindt de release ervan plaats in de Tolhuistuin te Amsterdam. Het podium staat volgebouwd met verschillende instrumenten, en de verwachtingen zijn hooggespannen.

Waar Sue The Night tegenwoordig de hele groep representeert, stond de naam vroeger alleen voor singer-songwriter Suus de Groot. Sinds zij met een band optreedt gaat het hard. Inmiddels is Sue The Night al een tijdje geen onbekende naam meer in Nederland. Het succes van nu is mede dankzij De Wereld Draait Door die haar tot huisband vernoemde.

Dansbaar duo

Tussen alle instrumenten op de bühne past nog net de apparatuur van Nosoyo. Dit duo bestaat uit een frontvrouw, die met haar stemgebruik geïnspireerd lijkt door Florence Welch van Florence and the Machine, en een drummer, die alle geluiden op haast magische wijze uit zijn vingers tovert. Door deze samenstelling mist het geluid van de act weliswaar de gelaagdheid van een volledige band, maar de nummers zijn dansbaar, en de uitvoering professioneel. Nosoyo zet een vlotte en strakke set neer van zeven nummers en warmt hiermee de toeschouwers goed op.

In duistere sfeer komen na een korte pauze de zes leden van Sue The Night op. Het optreden duurt slechts een uur, maar zit heel goed in elkaar. Zowel oude nummers als tracks van het nieuwe album worden gespeeld. De kracht van de band zit ‘m vanavond vooral in de variatie die ze laten zien. Waar het openingsnummer donker is, klinkt het volgende nummer juist weer licht en vrolijk. De set bevat nummers die gedomineerd worden door synths, afgewisseld met overwegend akoestische liedjes. Allemaal hebben ze één ding gemeen, en dat is het kenmerkende geluid van Sue The Night: indiepop met een wat klassieke sound, dat vaak wordt vergeleken met bijvoorbeeld Fleetwood Mac.

Slim optreden

Dat Sue The Night vroeger solo optrad is nog te zien. In de eerste plaats is ze een prima zangeres, met een heldere stem waarmee ze alle kanten op kan. Halverwege de set doet ze een nummer alleen, en met afwisselend en krachtige zang veroorzaakt ze kippenvel bij menig luisteraar. Maar daarnaast neemt ze de rol van de charmante frontvrouw perfect op zich. Met soepele heupen en bijna constant een lach op haar gezicht neemt ze het publiek mee in haar teksten. Een goede frontvrouw kan echter alleen bestaan met een minstens zo goede band achter zich, en ook dat zit vanavond goed. De band speelt strak en is goed op elkaar ingespeeld. Ook de samenzang is prachtig en de stemmen van de twee andere zangeressen passen er perfect bij.

De keerzijde van dit alles is dat het optreden bijna te braaf is. Het is knap, strak en zuiver, maar nergens springen ze echt uit de band. Pas tijdens het laatste nummer van de toegift is er iets meer vrijheid en ruimte voor creativiteit en met een lang uitgerekt muzikaal stuk wordt het optreden afgesloten. Het mag allemaal net iets losser, maar buiten dat is succesformule Sue The Night een act waar Nederland hopelijk nog lang van mag genieten.

Solnit
Boeken / Non-fictie

Waarom mannen van uitleggen houden

recensie: Rebecca Solnit - Mannen leggen me altijd alles uit
Solnit

Ondanks de flinke slagen die het feminisme door de jaren heen gemaakt heeft, laat Solnit in de essaybundel Mannen leggen me altijd alles uit zien dat onze samenleving nog steeds bol staat van ongelijkheden tussen mannen en vrouwen.

De term inmiddels wijdverspreide term mansplaining (een samenvoeging van man en explain) wordt vaak aan Solnit toegewezen, ook al geeft ze zelf aan de term niet bedacht te hebben. In het krachtige titelessay opent Solnit met een sprekend voorbeeld van mansplaining. Op een feest raakt ze in gesprek met de gastheer, die haar vraagt naar de boeken die ze heeft geschreven. Wanneer ze vertelt over haar destijds meest recente boek – River of Shadows: Eadweard Muybridge and the Technological Wild West – valt hij haar in de reden: ‘Ah, wist je al dat er dit jaar een héél belangrijk boek over Muybridge is verschenen?’ De gastheer blijkt natuurlijk het boek van Solnit te bedoelen, maar dat wil er niet zo een-twee-drie in. Pas wanneer een vriendin van Solnit hem meerdere malen op dit feit wijst, lijkt het kwartje te vallen en trekt de man in kwestie wit weg.

Herkenbaarheid

Het voorbeeld dat Solnit geeft is helaas geen op zichzelf staande gebeurtenis. Solnit is in staat een gevoel dat veel vrouwen herkennen te verwoorden. Het gevoel niet gehoord te worden, een mening te hebben die toch niet relevant is. Het ergste is dat vrouwen dit dikwijls láten gebeuren. Gewend als ze zijn aan dit patroon, gaan vrouwen soms zelf geloven dat ze inderdaad niets te melden hebben.

Patroon

Solnit ziet een gevaarlijke correlatie tussen de behoefte van mannen om de boventoon te voeren tijdens gesprekken en de gewelds- en verkrachtingscultuur tegen vrouwen. In al deze situaties is sprake van een schijnbaar vanzelfsprekende hiërarchie, een machtsverschil dat geuit wordt. Met haar essays legt Solnit de vinger op de zere plek. Nee, natuurlijk zijn niet alle mannen aanranders, verkrachters en/of moordenaars. Maar dat het overgrote deel (90%!) van alle misdaden door mannen gepleegd wordt, is een feit waar we niet omheen kunnen.

Solnit komt met harde feiten op de proppen. Iedere zes minuten wordt er een verkrachting gerapporteerd in de Verenigde Staten. Het wordt tijd om geweld door mannen tegen vrouwen als een structureel probleem te beschouwen. Die erkenning vindt nu nog te weinig plaats. Verkrachtingen en moordzaken worden als incidenten beschouwd, de oorzaken gewijd aan psychische problemen van de daders. Terwijl we volgens Solnit geen oogkleppen op moeten hebben voor mansplaining, de achterliggende gedachtegang dat de vrouwelijke opinie er niet toe doet.

Het was de hoogste tijd dat Solnit vertaald zou worden in Nederland en ook hier de nodige reacties zou uitlokken. De essays in Mannen leggen me altijd alles uit bevatten hier en daar wat overlap, wat te verklaren is doordat ze oorspronkelijk afzonderlijk zijn verschenen (tussen 2008 en 2014). Daar staat tegenover dat de bundel is aangevuld met afbeeldingen van de sprekende schilderijen van Ana Teresa Fernandez. Haar verstilde beelden, van anonieme vrouwen in huiselijke taferelen, roepen een zekere spanning op die de toon zet voor Solnits krachtige essays.

Muziek / Concert

The Simon & Garfunkel Story @ Theater aan de Parade

recensie: Onderhoudend eerbetoon

Het Theater aan de Parade ligt op een steenworp afstand van de Sint Jan in het centrum van ‘s-Hertogenbosch. Op de zonnige avond van deze vroege zomerse aprildag zit de grote zaal tot de nok toe gevuld met liefhebbers van de muziek van Simon & Garfunkel.

De muziek van dit duo trekt zelfs op het allerlaatst nog fans naar de zaal, ondanks het fraaie weer. Bij binnenkomst horen we van bezoekers dat ze nog op het laatste moment kaarten hebben gekocht om toch maar bij de show aanwezig te zijn.

Geen platgetreden paden

De band start de show met de vertolking van de eerste hit van Simon & Garfunkel: ‘The Sound of Silence’. Gevoelig geopend met de akoestische gitaar en eindigend in de folkrock, zoals we het nummer in de hit-uitvoering kennen.

Al snel is duidelijk dat het duo, dat de rollen van de hoofdpersonen vertolkt, wordt bijgestaan door een zeer vakkundige en energieke band, bestaande uit een bassist, drummer en toetsenist/gitarist. Met zijn vijven zetten ze regelmatig de volle zaal in vuur en vlam met de hits van Simon & Garfunkel. Toch weten de twee ook minder bekende liedjes, als ‘Patterns’ voor het voetlicht te brengen. Ze betreden daarmee niet alleen de meest platgetreden paden van de grootste successen. Al zijn er in het oeuvre van Simon & Garfunkel eigenlijk geen liedjes te bedenken die we te vaak gehoord zouden kunnen hebben. Geen enkel nummer verveelt, dus platgetreden paden komen we daardoor eigenlijk niet tegen.

De kers op de taart

In de tweede helft van de show ligt de nadruk op de laatste twee studioalbums die het duo maakte. Bookends en natuurlijk het megasuccesalbum Bridge Over Troubled Water. Dat laatste album was zowel in 1969, 1970 en 1971 het meest verkochte album van het jaar! Een prestatie van formaat die nog maar zelden eerder vertoond was.

De show van The Simon & Garfunkel Story kent niet alleen de vertolking van de liedjes, maar ook het verhaal van het duo wordt verteld. Alles bij elkaar maakt dit de avond tot een onderhoudend eerbetoon. Zo horen we hoe ze elkaar leerden kennen en hoe ze naar het succes toewerkten. Dit werd ondersteund met een diashow en filmbeelden op de achtergrond. Soms aangevuld met voice-overs en geluidsfragmenten uit het nieuwsarchief of het concertregistratiearchief van het duo.

Is er dan niets op de show aan te merken? Natuurlijk wel, want als je zit te wachten op dat ene persoonlijk favoriete liedje van Simon & Garfunkel, dan kan het gebeuren dat de tijd gewoonweg te kort is om het hele liedjesarchief te spelen. Zo zat ik persoonlijk te wachten op de uitvoering van de laatste hit samen na het scheiden van de artistieke wegen: ‘My Little Town’. Dat kwam dus niet langs. Is dat erg? Nee, natuurlijk niet; het maakt de show niet minder. Maar het had het persoonlijk wel helemaal af gemaakt.

Ronald Snijders
Theater / Interview
special: Interview met Ronald Snijders
Ronald Snijders

Wat zeggen de asperges?

Cabaretier Ronald Snijders tourt momenteel door het land met zijn voorstelling ‘Welke Show’. 8WEEKLY sprak met hem over absurde humor, Toon Hermans en kopdichten. “Er is veel mogelijk als je je fantasie gebruikt.”

Hoe zou je de voorstelling omschrijven?

‘Ik maak een specifiek soort humor. Je vindt het leuk of niet. Het is erg talig, absurdistisch, en vrij melig. Ik doe ontzettend veel grapjes in een show, sommige mensen vinden het zelfs te veel. Verder is het een vrolijk, open programma waarbij het bijna gezellig wordt. Ik heb de ambitie om de boze buitenwereld buiten te laten. Al ben ik ook wel van de vervreemding natuurlijk.’

Toon Hermans lijkt een inspiratie te zijn …

‘Klopt, in deze voorstelling heb ik me erg door hem laten inspireren. Ik heb zijn oude shows veelvuldig teruggekeken. Mijn voorstelling is een kleine ode aan hem, een buiging zou je kunnen zeggen. Wat hij deed wordt niet meer gedaan in het theater. Toon Hermans was een heel innemende man, het leek bij hem alsof je op een verjaardag was en getrakteerd werd op zijn komische kijk op de dingen.’

Absurdisme speelt een grote rol in je teksten.

‘Zeker. Ik maak in mijn shows veel gebruik van miscommunicatie, bijvoorbeeld als je een woord verkeerd verstaat, of een verschrijving of een verspreking. Ook doe ik veel met de verschillende betekenissen van een woord. Voor het bedenken van nieuwe woorden heb ik een soort zesde zintuig ontwikkeld.’

Je hebt ook een nieuwe vorm van gedichten bedacht: de kopdichten. Hoe kwam je daar op?

‘Toen ik tafelgast was bij DWDD werd ik vooraf gevraagd naar het nieuws van de dag. Ik ging kijken op Telegraaf.nl en zag daar hele poëtische nieuwskoppen, o.a. over de schoonheid van vrouwen, dikke billen, harde werkers en Yolanthe. Van een aantal koppen heb ik toen een gedicht gemaakt: mijn eerste kopdicht.’

En dat bleek een succes?

‘Ja, ik heb het toen voorgedragen en zag dat de sociale media het ook oppikten. Korte tijd later vroeg Het Parool me om een lege pagina in de krant in te vullen. Het leek me een goed idee om dat te doen met iedere keer een nieuw kopdicht.’

Welke onderwerpen zijn daar het meest geschikt voor ?

‘Als het gaat om emotie, drugs, seks of geweld is een kop als snel bruikbaar. Zoals: ‘Sparta-doelman wordt met lul op voorhoofd wakker na wedstrijd.’ Je ziet de film al voor je haha.’

De schoonheid van verval

We hebben het beter dan ooit
Mijn sekspartners vinden mij meer ontspannen in bed

De vrouw vecht
Ik hoorde krak in mijn knie
Stoppen bitch. Zie je dit? Ik heb een mes
Mag het licht aan?
Kinky erotiek voor onderweg
Het leek vooral iets voor losers

Machines dagen ons uit een nieuw doel te gaan zoeken
Alles beter dan nietsdoen.
Luister naar dat stemmetje in je hoofd
Jaarcijfers vertellen niet alles

Wat zeggen de asperges?

Waar let je verder op?

‘Ik laat de actualiteit erbuiten zodat het gedicht een soort eeuwigheidswaarde krijgt. Je zou ook kunnen zeggen dat ik een onwaarheid creëer uit een waarheid. Er ontstaat zo een rare geschifte wereld die op zichzelf staat.’

Door welke humor laat jij je zoal inspireren?

‘Toon Hermans en Herman Finkers vind ik erg goed, maar mijn echte helden zijn de mannen van Monty Python. Ik was een jaar of twaalf toen ze op tv kwamen, en ik was toen erg bevattelijk voor die volstrekt nieuwe vorm van humor. Ze hebben ermee een eigen idioom gecreëerd die tot de dag van vandaag navolging kent. Mij werd toen duidelijk dat er veel mogelijk is als je je fantasie gebruikt.’

Muziek / Album

Mews spontane energie strandt op Visuals of…

recensie: Mew-Visuals

Helemaal anders: eerst de beelden, dan de nummers. Op Visuals, Mews zevende album, gooit de band het roer van de methode rigoureus om. Spannend. Dan werd de plaat ook nog eens in recordtempo bij elkaar gespeeld. Wat daarvan te verwachten? Duisternis en wonderlantaarns gapen de luisteraar vanaf de plaathoes aan.

De band heeft echter weinig tijd nodig om de verwachtingsvraag te beantwoorden. Dat doet het namelijk met weinig meer en minder dan het beproefde geluid: tot kosmische proporties opgestuwde ruimterock en duizend confettikanonnen. Dezelfde engelhuil van Jonas Bjerre scheert met dezelfde vaart door hetzelfde sterrenvacuüm. Vertrouwdheid alom. De criticus ziet het spektakel minzaam van een afstand aan en doopt voorzichtig zijn pen in azijn.

Pijnloos

Pijnloos glijdt Visuals langszij, rechtstreeks uit de creatieve slipstream van voorgangers +- en No More Stories Are Told. Het persbericht schrijft over intenties om eens een spontane plaat te maken. Dit keer geen marathons van drie of vier jaar, maar gewoon snel. Vlam. Met de demo’s onder de arm uit de tourbus rechtstreeks de studio in. Er is bijgevolg geen groter concept, geen overbruggend geheel. Mew blaast nummer na nummer met verve de stratosfeer in. Wolken van sfeer en synthesizers. Duisternis en wonderlantaarns gapen de criticus aan. De criticus gaapt mee, en doopt voorzichtig zijn pen in azijn.

Sterrenstof

Wat is er aan de hand op Visuals? De spontane energie, het enthousiasme heeft Mew gebracht op off all places één zonder inspiratie en urgentie. Dat de plaat complexe multi suites ontbeert als die op And the Glass Handed Kites is tot daar aan toe, maar dat er verder helemaal geen spanning te beleven valt is met maar één banaal woord te omschrijven, namelijk: jammer. De luister uitdaging van werk van Mew is op het bloedeloze Visuals volledig absent. Een stuurloze vlaag sterrenstof galmt drie kwartier, lost op en verdwijnt. De criticus legt resoluut zijn pen neer. Vlam. Tijd voor thee.

Theater / Voorstelling

Toneelspeler in de advocatuur

recensie: Toneelgroep Maastricht - De Advocaat

Bram Moskowicz, telg uit de advocatenfamilie Moskowicz, maakte van de advocatuur één grote show en van iedere rechtszaak een businessevenement. Een eigen voorstelling is de kers op de taart voor de mediageile Bram. De meest bekende advocaat van Nederland heeft het maar getroffen dat die voorstelling zo perfect gepolijst is.

Je kunt niet om hem heen, of beter gezegd: je kunt niet om zijn elitaire ego heen. Brams gezicht verschijnt niet alleen in de rechtbank, maar ook op de televisie. Bij RTL Boulevard, Pownews, Zomergasten en College Tour overrompelde hij presentator en publiek met zijn puntgave retorica en zeer nette voorkomendheid. Nimmer afwijkend van de jasje-dasje etiquette, is hij in een net pak met stropdas en gelakte schoenen uit te tekenen. Hij is een ware karikatuur geworden. Een intrigerend en complex genoeg personage voor de rol van protagonist, moet Toneelgroep Maastricht hebben gedacht. Een personage dat een lange lijdensweg aflegt onder de druk van een strenge vader die als Auschwitz-overlevende een heftig verleden met zich meesleept. Een perfect scenario voor een tragedie of – zoals de toneelgroep het zelf verwoord – een Shakespeareaans koningsdrama over de zelfverkozen ondergang van een topadvocaat.

Eloquente woordenbrij

Iets wat zal uitgroeien tot een waar circus vol rariteiten, agressie en tranen, begint op rustig tempo. Mirjam (Karien Noordhoff) solliciteert naar de functie van secretaresse bij het advocatenkantoor Moskowicz. Ze blijkt een verborgen agenda te hebben: Mirjam is een slinkse onderzoeksjournalist die het seksisme op de werkvloer van de Moskowicz-familie wil vastleggen. Met dat seksisme krijgt ze al snel te maken: “De Neus”, een topcrimineel, loopt de ganse dag het kantoor van Bram Moskowicz (Porgy Franssen) binnen om de meest denigrerende sneren te maken naar het muurbloempje Mirjam. De Neus, vertolkt door een zeer energieke Viktor Griffioen, brengt behoorlijk veel pit in het toneelstuk dat zeer zakelijk en rustig voortstuwt. Voordat Bram de grande entrée maakt, staan broer Mordechai (Dries Vanhegen) en algemeen secretaris Freek Zonderland (Hans van Leipsig) Mirjam te woord. Mordechai is de belichaming van de drie echte broers van Bram, te kennen David, Max jr. en Robert. Door de handelingen en woorden van Mordechai en Freek wordt meteen duidelijk dat er een spel van macht wordt gespeeld. Nog meer is het een spel met de taal. Het eloquente taalgebruik van de spelers getuigt van een perfect geschreven script. Hiervoor was de in Italië woonachtige Nederlandse auteur Ilja Leonard Pfeijffer verantwoordelijk. De teksten zijn prachtig en lijken recht uit het hart te komen. Daarbij komt dat de tekst op een treffende manier wordt uitgesproken. Zo weet acteur Porgy Franssen alle finesses van Bram zich toe te eigenen en is hij tot de laatste minuut het evenbeeld van Bram Moskowicz. Het niveau waarop de spelers met elkaar spreken doet denken aan de intelligente conversaties tussen Mr. Darcy en Elizabeth Bennet in Pride & Prejudice. Iedere tegenstander in hun debat wordt gevloerd met uiterst rake en overdachte zinnen. Zo is dat ook met de gebroeders Mordechai en Bram, die door hun welbespraaktheid altijd een voorsprong zullen hebben op anderen.

Spel der advocaten

Het verhaal van Bram Moskowicz is er een waarin verdriet en teleurstelling als hoofdthema’s gelden. De levens van Bram en Mordechai worden gekenmerkt door het leed dat hun vader heeft doorstaan. Als Holocaust overlevende heeft vader Max sr. een zware stempel gedrukt op de familie. Dat wordt hem kwalijk genomen door Mordechai – in dit toneelstuk de ‘jongere broer’ – die daarnaast ook altijd moest aanzien hoe zijn broer Bram werd voorgetrokken. De geest van Max sr. is sterk aanwezig in deze voorstelling. Hans Trentelman, in de rol van Max sr., is een uiterst gevatte man die weet wat voor effect hij heeft op zijn zoons. Max sr. heeft, voordat Bram ten tonele verscheen, roem verworven met zijn naam zonder de nodige poespas en glamour die zijn zoon zich toe-eigent. Het idee dat zijn zoon Bram hem voorbij zal streven, is ondraaglijk voor Max sr. Alle ingrediënten voor een toneelstuk zijn compleet. De advocatuur en het leven van de familie Moskowicz worden dan ook voortdurend gekoppeld aan het theater. De vierde wand wordt doorbroken als de spelers verwijzingen maken naar het bedrijf en de scènes waarin ze spelen. Ook maakt Bram voortdurend vergelijkingen tussen de advocatuur en toneelspelen en uit hij de diepe wens om acteur te worden.

De Advocaat is een verzorgd toneelstuk geworden. Ieder woord en iedere handeling klopt. Zelfs de ingelaste aria’s en de aanwezigheid van een pianist op de achtergrond doen niet vreemd aan, maar maken deze voorstelling juist gevarieerd. Dit alles tegen een minimalistische achtergrond – lange en hoge kasten vol lades met papieren – die als een zelfstandig mechanisme het toneelstuk aanvult. De acteurs, de scènewisselingen, de liederen, het pianospel, het decor, de kleding en de attributen: het vormt een prachtig samenspel. Dit is totaaltheater zoals het hoort.