8WEEKLY

Kleed Máxima aan!

Artikel: De regen-outfit

.

dinsdag:

Hoewel het er vandaag goed uitziet, weet je het met het weer in Nederland nooit zeker. Als ’s ochtends de zon schijnt, kun je er niet van uitgaan dat het ’s middags nog steed zonnig is. Daarom heeft het speciale Outdoor Modehuis KRKS (’t Kan Regenen, ’t Kan Stormen) een weerbestendige outfit voor onze Máxima gefabriceerd.

Fraai afgewerkt met fluorescerende details is de toekomstige prinses ook in de zwaarste weersomstandigheden duidelijk te zien. Het speciale All Weather Fabric beschermt de Argentijnse huid tegen alle invloeden van buitenaf. De dubbelgestikte naden zorgen voor extra comfort en de snit is elegant en sexy. Een Argentijnse zal zich prima op haar gemak voelen in dit regenpak van KRKS.

Bijpassende laarzen zijn van Sompy, verkrijgbaar in groen, olijfgroen, legergroen en donkergroen.

 

8WEEKLY

Kleed Máxima aan!

Artikel: De koninklijke aankleedpop

.

Maandag:

Basics is het woord van vandaag. Frans Molenaar had het niet treffender kunnen omschrijven. Máxima kan kiezen uit een degelijk setje ondersteunend ondergoed van de Handels- en Eenheids Maatschappij of een wat meer frivole combinatie in de retro-look. Daarnaast is er een zijden onderjurk, afgezet met parels.
Voorts ziet u Máxima in een vorstelijk tricot, met haar eigen initiaal erop geborduurd. Een eenvoudige rok of spijkerbroek doen de letters extra mooi uitkomen. Bijpassende laarzen of gympen zijn voor alle weertypen.

Enthousiaste modeontwerpers, Photo-, en Paintshoppers kunnen zich uitleven en zelf een creatie sturen naar de redactie. De origineelste en mooiste creaties komen op de site, uiteraard met vermelding van de ontwerper en de
voorverkoopadressen.

 

8WEEKLY

Street Fighter Alpha 3 upper

Artikel: Street Fighter Alpha 3 upper

Toch nog niet zo heel erg lang geleden schreef ik op deze site een recensie van Street Fighter 2 Turbo. Een mooie en degelijke port van de Super Nintendo naar de GBA. Misschien een beetje blikkerige muziek, maar wel erg leuk. En wat schetst mijn verbazing? Nu ligt hier zomaar ineens Street Fighter Alpha 3 op mijn bureau? Een blik op het doosje doet vermoeden dat ze gewoon nog een keer hetzelfde spel hebben uitgebracht.

~

Met enig argwaan schoof ik het spel in mijn GBA. De reden waarom ik destijds Mortal Kombat op de Mega Drive leuker vond dan Street Fighter was het feit dat MK2 en MK3 ook echt andere spelletjes waren. Street Fighter bleef steeds nieuwe versies uitbrengen met slechts één extra karakter of een extra turbo speelmode. Nadat Capcom Street Fighter in een stuk of vijf versies had uitgemolken op de SNES, deden ze het nog eens dunnetjes over op de PSX. En nu lijkt de GBA aan de beurt.

33 karakters

~

Street Fighter is een vechtspel. In dit deel kan de speler maar liefst kiezen uit 33 karakters, en er zitten nog enkele “hidden characters” in het spel. Daarover valt alvast niet te klagen. Vervolgens is het knokken geblazen. En tja, wat kan ik zeggen dat ik al niet mijn vorige stukje gezegd heb? Minus wat extra vechters en achtergronden is dit spel qua graphics en gameplay gewoon exact hetzelfde als Street Fighter II Turbo.

Conclusie

Street Fighter Alpha 3 upper is een eersteklas vechtspel, laat daar geen misverstand over bestaan. De conversie naar de GBA is prima gelukt, en als je nog geen dergelijk spel bezit voor de GBA, dan is dit spel een goede keuze. Mocht je echter Street Fighter II Turbo al hebben, dan mag je wat mij betreft gaan klagen bij Capcom. Ze hadden dit deel net zo goed een jaar eerder uit kunnen brengen, dan had jij ook alle 33 vechters gehad. Absolute geldklopperij!

Muziek / Album

Wereldband uit Groningen

recensie: Whipster - Strange

Op Noorderslag speelden de Groningse heren van Whipster een thuiswedstrijd. Het kon ze niets schelen dat ze tegenover de bekendmaking van de winnaar van de popprijs stonden geprogrammeerd. Het spelen op zich was al te gek. En in principe had Whipster eigenlijk geen last van concurrentie, want de ware muziekliefhebber wist het kleine zaaltje waarin de band speelde wel te vinden.

~

Vooral na de release van het door insiders welgeprezen prachtige album Strange. Een album dat zeven geweldig meeslepende nummers telt en door muziekkrant Oor is uitgeroepen tot een van de beste nederpopplaten van vorig jaar. En terecht, want Strange bevat alle ingrediënten die horen bij een absoluut meesterwerk. Omschrijvingen als spannend, gedreven en intens zijn zeker van toepassing op de veelal instrumentale muziek van het drietal: Henk Drent op de bas, Marinus de Lange op de drums en zanger Peter van der Heide op gitaar.

Illuster

~

Muziek die past in undergroundgelegenheden als het Groningse Vera, waarvan ook zo’n beetje de hele staf wordt bedankt in het overigens erg mooie cd-boekje. In Whipsters muziek hoor je aanknopingspunten met grote namen uit die underground, zoals Sonic Youth en Yo La Tengo. Strange is in elk geval van dezelfde kwaliteit als de albums van deze illustere Amerikaanse muzikale geloofsgenoten.

Aanzetten tot emotie

Zeven nummers van in totaal meer dan 53 minuten, maar geen seconde teveel. De composities worden zorgvuldig uitgesponnen en voorzien van prachtige loopjes en sfeerelementen, onder meer door het gebruik van een accordeon en de immer prachtige cello. De mooie persoonlijke teksten van Peter van der Heide zijn slechts aanzetjes tot de werkelijke emotie opgeroepen door zijn zingende en huilende gitaar. Hij lijkt zijn overpeinzingen kracht bij te zetten door het gebruik van zijn instrument. Deze gitaar zegt meer dan alle teksten ooit zouden kunnen doen.

Prachtplaat

Na een paar keer geluisterd te hebben en meegevoerd te zijn door de prachtige muziek, kan ik maar één ding constateren: Nederland mag trots zijn op bands als Whipster, die uit het niets dergelijke prachtplaten maken. Ik dacht dat Spinvis afgelopen jaar de Nederlandse popplaat had gemaakt, maar Whipster komt toch ook behoorlijk in de richting.

Links

www.whipster.nl

Film / Achtergrond
special: Troetelkind van de alternatieve scène

Kevin Smith

In 1994 verraste een onbekende comicfanaat de filmwereld met Clerks. Deze comedy over het wel en wee van twee winkelbedienden was geheel zwart-wit geschoten, en werd in het alternatieve circuit een enorme hit. Niet door een geweldige verhaallijn of prachtige beelden, maar door waanzinnige dialogen en fantastische verhandelingen over bijvoorbeeld het pijpen van je eigen penis en linkse radicalen in Star Wars. Smith bekostigde de film door het verkopen van zijn comic-collectie. Comix lopen door al zijn films als een rode draad.

~

Smith kreeg door zijn talenten voet aan wal in de filmindustrie en kon zo zijn eigen productiebedrijfje oprichten; View Askew. Met meer geld kon hij in 1995 zijn tweede grote productie maken: Mallrats. Wederom gaat het plot niet erg diep: twee vrienden worden op dezelfde dag gedumpt door hun vriendinnetjes en besluiten hun zorgen te vergeten in het plaatselijke winkelcentrum.
In het alternatieve circuit onstonden enkele geluiden dat Smith met Mallrats commercieel was geworden, maar de dialogen bleven geestig, snel, grappig en voor sommige grote filmmaatschappijen vulgair. Wat te denken van onderwerpen als: Supermans sperma, afrukken voor je sterft, katten in kontgaten en een 15-jarig meisje dat onderzoek naar de seksdrift van mannen. Misschien iets te veel onderbroeken los, maar wel weer uitermate geslaagde dialogen.

Dukes of Hazzard

~

Smith begreep dat met nu toch echt iets meer van hem ging verwachten en in 1997 wist hij opnieuw te verrassen met misschien wel zijn beste werk tot nu toe: Chasing Amy. Dit verhaal over de opbloeiende liefde en vriendschap tussen een striptekenaar en een lesbische tekenares was intelligent, diepzinnig, geestig en hier en daar zelfs ontroerend. De dialogen waren nog steeds briljant, maar iets volwassener: wat definieert seks en maagdelijkheid, en is het erg als je partner meer ervaring heeft als jij?
Smith voert een Malcolm X-achtige homoseksuele neger naar voren om zo de rassenscheiding op zijn manier neer te zetten. Smith over homoseksualiteit:

Gay or straight has never been a big issue with me. Sex is sex, as far as I’m concerned. Some cats dig on the opposite gender, and some cats dig on their own. Sexual identity will always be as mystifying as why The Dukes of Hazzard was once the number one television show in our country: there’s no point in getting bent out of shape about it; it just IS. Some cats will always gravitate toward Daisy Duke, and some will always pine over Boss Hogg.

Superman

Nadat zijn relatie met Joey Lauren Adams (de hoofdrolspeelster uit Chasing Amy) op de klippen loopt, trouwt hij met Jennifer Schwalbach. In 1999 krijgen ze een dochter genaamd Harley Quinn, naar het karakter uit de Batman-tekenfilmserie. Vervolgens wordt hij gevraagd om het script te schrijven voor de nieuwe Superman-film. Het gaat faliekant mis.
De producers vragen hem een liefdesscène tussen Lois en Superman te schrappen. Smith weigert omdat het de beste dialoog zou zijn die hij geschreven heeft. De producers reageerden met: dit is een speelgoedfilm, doe het nou maar. Het werd allemaal nog een stapje erger toen Smith Tim Burton voor de regie suggereerde. Burton vond het script van Smith niet geweldig en dat was dat. Smith stapte uit het project, dat tot op heden nog immer niet van de grond lijkt te willen komen. Waarschijnlijk is het misgelopen omdat filmmakers nu eenmaal niet dezelfde ideeën hebben over een superheldenfilm als comicliefhebbers.

In 2000 produceerde en schreef Smith Dogma, zijn visie op religie en de kerk. Dat de kerk de film in de ban deed was te verwachten, Smith is namelijk niet te zuinig met verwijten naar dit ouderwetse instituut. Smith is echter wel degelijk gelovig, en ook dat komt naar voren in deze film. Dogma toonde echter ook de beperkingen van Smith als regisseur: actiescènes en grootse beelden zijn niet zijn sterkste punt.

Druk baasje

~

Tegenwoordig is Smith een druk mannetje. Hij heeft net zijn nieuwste film afgeleverd: Jay And Silent Bob Strike Back. Verder is hij al weer bezig met zijn nieuwste project, Jersey Girl, dat eind 2002 dient uit te komen in de bioscopen. Verder schrijft hij voor Marvel Comix enkele delen van de Marvel Knights-series (Daredevil) en de serie Green Arrow voor DC Comix.

Links

Kevin Smiths officiële site: View Askew

Boeken / Fictie

Lange halen snel thuis

recensie: De klopgeest

Komrij mag dan Dichter des Vaderlands heten, zijn nieuwe roman De klopgeest is een flop. Dat is het unanieme oordeel van de gevestigde Nederlandse critici. Zeeman zou zich afvragen waar de noodzaak van dit boek ligt, Arjan Peters ziet Komrij met de slaapmuts opzitten en schrijven bij kaarslicht, “zo sloom wordt het potentiële conflict uitgewerkt”. Er blijft op voorhand al niet veel meer over van De klopgeest.

~

Wie van elke staccato zin een alinea weet te maken heeft al gauw een boek van het formaat van een roman. Komrij laat bewuste stiltes vallen tussen de korte zinnetjes die de gedachten van hoofdpersoon Hector weergeven. Hector is een nadenkend figuur. Hij denkt in afgeronde, korte zinnetjes, en zwijgt tussendoor veel om weer nieuwe zinnetjes te bedenken. Dat klinkt alsof De klopgeest een moeizaam verhaal is, maar die uitwerking heeft het staccato proza nu juist weer niet. Binnen de kortste keren is het boek van kaft tot kaft gelezen.

Lui en traag

~

Het verhaal van de dandy Hector begint traag. Eind negentiende eeuw presenteert Hector zichzelf als medium, iemand die met geesten communiceert en aan hypnose doet. Zijn levenskunst is overal van te genieten, de eeuwige toeschouwer te zijn die met een glimlach om de lippen aan de zijlijn staat. Maar wanneer er tijdens een van zijn seances bij een rijke familie wordt ingebroken, lijkt er aan dat luie leventje een einde te komen.

Even wordt De klopgeest opgeschrikt door een vleugje spanning, als Hector in een obscuur kamertje een deel van de gestolen goederen terugvindt. Maar Komrij hecht de draad niet af. Voorbij de laatste bladzijde mogen we nog altijd raden naar wie het gedaan heeft. Net zoals we mogen raden naar het nut van die diefstal voor de voortgang van het verhaal. Wat wil Komrij duidelijk maken aan zijn lezer?

Schande

Een beschouwing op het negentiende-eeuwse gevoel wellicht. Een weemoedig terugdenken aan die tijd van pruiken en koetsen en wereldhervormers. Komrij voelt zich thuis in die tijd, zoveel is duidelijk. Maar waarom hij daar een roman over schrijft die niemand kan boeien, blijft een raadsel. De klopgeest leidt helemaal nergens toe. Schande, voor iemand van het kaliber van Komrij. En schande voor de uitgever, die dit keer alleen op de grote naam is afgegaan. Papierverspilling.

Boeken / Non-fictie

35 Jaar te laat naar bed

recensie: Drumsolo

De oude rocker Hans Waterman heeft een boek geschreven over zijn rock ’n roll leven als drummer bij bands als Cuby and the Blizzards, Jan Akkerman en The Pretty Things. Inderdaad een mooie staat van dienst, maar is het een boek waard? Een boek van een muzikant wordt in het algemeen slechts in de kring van fans goed ontvangen, want literaire waarde heeft het doorgaans weinig.

~

Muzikaal hoogtepunt

Op de achterflap staat te lezen dat het boek een mengeling van Watermans eigen rock ’n roll leven vormt met een beschrijving van de hoogtijdagen van de Nederlandse popmuziek. Uiteraard kun je twisten over de vraag of de jaren ’60 en ’70 tot de hoogtijdagen van de Nederlandse popmuziek behoorden. Deed in die tijd niet iedereen de Engelse en Amerikaanse bandjes na, en is het niet zo dat de emancipering van de Nederlande popmuziek pas in de jaren ’80 is begonnen en momenteel haar hoogtepunt heeft met bands die in de eigen taal zingen?

Persoonlijk hoogtepunt

Als je het boek echter leest, valt op dat het ook helemaal niet gaat over de hoogtijdagen van de Nederlandse popmuziek. Waterman schrijft met name over zijn eigen leven. Hoe hoe met zijn eerste bandje in het voorprogramma van Cuby and the Blizzards speelde en dat die enige tijd later op de stoep stonden om hem als 16 jarige in de band te krijgen. Hoe hij grote successen doormaakte met Cuby en met welke grote namen hij allemaal gespeeld heeft. Het meeste draait het boek echter om zijn persoonlijke hoogtepunten; het boek wordt voor een groot gedeelte bijelkaar gehouden door een plakkerig mengsel van drank, drugs, geiligheid en sperma.

Krampachtig rock ’n roll

Vooral in de eerste helft van het boek schrijft Waterman vol vuur over zijn toenmalige veroveringen. Het is alsof alleen de gedachte eraan hem weer ouderwetse orgasmes doet beleven. Als het boek vordert wordt Waterman evenredig ouder en zijn de sexuele uitspattingen minder geworden. Hij verhaalt daar meer over oude rockers die nog krampachtig rock ’n roll willen zijn, maar het eigenlijk niet meer aankunnen. Zo heeft het hele boek uiteraard voldoende stof tot een lekker verhaal, en dat is het dan ook geworden.
Literair gezien speelt echter ook deze schrijvende muzikant niet veel klaar. Maar dat is geen enkel probleem; het boek leest als een tiet. Dat geeft ook meteen een middel om Drumsolo uit te lezen; het boek boeit bij vlagen namelijk helemaal niet en lijkt soms ook nergens heen te gaan, maar door de vaart die er in zit kom je ook snel weer bij een stuk dat wel interessant is.

Cultboek

Het probleem van Drumsolo is dat het slechts het leven van Hans Waterman beschrijft. Dat heeft tot gevolg dat het boek niet voor veel mensen er een zal zijn die je gelezen moet hebben. Het zou beter zijn geweest als Waterman behalve zijn eigen optredens ook daadwerkelijk de, in zijn ogen, hoogtijdagen van de Nederlandse popmuziek zou bespreken. Dan weet je de muziekliefhebber in het algemeen ook nog aan te spreken. Vandaar ook dat dat achterop staat, waarschijnlijk. Nu worden slechts zijn eigen optredens beschreven, en daar moet je maar net in geinteresseerd zijn. Ik vermoed dat dit boek niet aan jongere generaties verkocht zal worden, maar aan mensen die zich de tijd van Q65 en The Pretty Things nog levendig kunnen herinneren. Als je zo’n boek echter door een jonge nieuwe auteur laat schrijven over de hedendaagse popmuziek denk ik dat je een cultboek in handen hebt.

Muziek / Concert

Bauer live

recensie:

Berend Dubbe was maar wat blij dat de grote zaal van Vera Groningen toch behoorlijk gevuld was. De zeer humoristische grote man achter het Amsterdamse gezelschap Bauer grapte dat hij zeer recentelijk geconfronteerd was met een zaal in Heiloo, waar slechts drie of vier mensen een kaartje hadden gekocht. Iets dat mij zeer vreemd in de oren klinkt voor een band die door de pers bewierookt werd voor het maken van de twee geweldige albums On the move en Can’t stop singing.

~

Bauer bestaat naast de keyboardspelende Berend Dubbe uit nog drie muzikanten. Een drummer, een gitarist en een keyboardspeelster. Sonja van Hamel is haar naam en zij vormt samen met Dubbe de spil van de band. Van Hamel verzorgt net als Dubbe de zang, die zeer belangrijk is voor de muziek van Bauer. Een ander belangrijk aspect van deze zeer levendige muziek is het gebruik van samples. Gitaarloopjes, cinemastemmen en andere geluiden worden live ten uitvoer gebracht met behulp van de computer. Wat moet je anders als je het standaard distortion geluid van de elektrische gitaar zat bent.

~

Berend Dubbe is zeer terecht zijn eigen weg gegaan en afgestapt van het zang-gitaar-bas-drum-concept van al die andere bands. Het is dan ook eigenlijk irrelevant om zijn Bettie Serveert verleden erbij te halen. Dat is iets wat alleen voor de compleetheid van het verhaal ter zake doet. Bauer is een op zich staand fenomeen in de Nederlandse muziekwereld met een stijl die op een positieve manier nergens op lijkt.

Toch vraag je je bij het beluisteren van Can’t Stop Singing af hoe deze muziek in hemelsnaam tot uitvoer kan worden gebracht op het podium. De liedjes zijn vaak behoorlijk breekbaar en ingetogen. Dat zijn kwaliteiten die al gauw verloren gaan in een grote zaal die over het algemeen niet stil te krijgen is. Al deze vraagtekens blijken echter compleet overbodig te zijn, want Bauer weet zich op het podium voor honderd procent staande te houden. De muziek is live veel rauwer dan op de plaat en de energie spat er van af. Met als hoogtepunt het opzwepende The Ohio and Maine, waarmee de band haar reguliere set afsloot.

Het concert in Groningen was gepland buiten het normale toerschema. Na het uitkomen van de nieuwe plaat (waarschijnlijk in september), zal de band waarschijnlijk weer een volledige concertreeks afwerken. Wellicht wordt het tijd dat Bauer voor het nieuwe album video’s gaat maken, zodat de verwende MTV-kijker eens geconfronteerd wordt met muziek die wel uitdagend en gedurfd is. Misschien raakt dan zelfs Heiloo uitverkocht.

Film / Achtergrond
special:

Binnenkort Indy 4?

.

Els (E) heeft Melson (M) een berichtje gestuurd dat op de site moet: Je leest het goed: er komt een Indiana Jones 4.

M: Je leest het goed: er wordt GERODDELD over een IJ4. Ga ik niet plaatsen, sorry…

E: Zet het IJ4 stukje er toch maar op, schatje… weg primeur.

M: Liefje… deze geruchten gaan al jaaaren! En Spielberg heeft de vervelende gewoonte om heel veel films te plannen, waardoor er een heleboel niet doorgaan.

E: Aaah, doe mij een pleziertje! Spielie laat deze pic niet lopen, de naam van Indy staat garant voor minstens 60 miljoen aan opbrengst, en dan hoeft het nog niet eens een leuke film te zijn… en als Spielberg het niet doet, doet een trouwe vazal het wel. ik kan me voorstellen dat Ford nog wel eens een zweepje wil laten knallen…

M: Nee joh, die Harrison is fuckin’ comatose!

E: 58, but still walking! hij komt dan in het Guinnes Book of Records met zijn prestatie: Oudste Acteur die Superheld Speelt.

Els stelt vervolgens voor om deze discussie te publiceren. Melson vindt dat een goed idee, maar kan dat zelf niet doen omdat hij het te druk heeft. Els zet alles in HTML, stuurt dat naar Melson en die zet het er vervolgens op, met het bericht erbij, omdat we de lezers natuurlijk niet het onderwerp van discussie kunnen onthouden!

Indiana Jones and the resurrection of Ancients

Je leest het goed: er komt een Indiana Jones 4. Steven Spielberg, Harrison Ford en Kate Capshaw (mevrouw Spielberg) kwamen na de uitreikingen van de Golden Globes samen om de plannen voor een nieuwe Indy-pick te bespreken.

Er schijnt ook al een titel te zijn, maar niemand wil wat kwijt. Spielberg wil wel wat anders verklappen: “Kate doet mee. En niet in flashback, maar in de tegenwoordige tijd.” Kate Capshaw (48) speelde in Indiana Jones and the Temple of Doom de rol van gillende nachtclubzangeres.

Harrison Ford (59) kreeg op de Golden Globes-uitreiking de Lifetime Achievement Award. Hij is klaar voor het laatste hoofdstuk van het leven van de beroemde avonturier. “Er waren altijd problemen met passend maken van het script, maar dat is nu gelukt.”

Wie echter naar de koppen van Ford en Capshaw kijkt, zal voorzichtig denken dat IJ4 zich in een bejaardenhuis vol antieke kunstvoorwerpen afspeelt. Rechts Capshaw en Ford in Indiana Jones and the Temple of Doom, in het midden een recente mevrouw Spielberg en links een frivole Ford met zijn Golden Globe. Indiana Jones and the Mystery in the Elderly Home of The Resurrection of Ancients zijn wellicht goede werktitels.

8WEEKLY

FIFA 2002

Artikel: FIFA 2002

Wat doet een weldenkend mens tegenwoordig met een celeron 333? Natuurlijk, een printerserver! Of een firewall! Nee nee, een cadeautje voor oma! Tenminste, dat zou de gemiddelde gamer doen met een celeron 333. Welnee. Uw game-reviewer heeft een veel nobeler doel voor dit stuk al prakisch afgedankte hardware. Hij investeert nog eens driehonderd (300) gulden aan add-ins. Dat is hetzelfde als, noem eens wat, 200 miljoen dollar pompen in de verkiezingscampagne van de oppositieleider in Zimbabwe. Niettemin zijn de resultaten er wel naar. XP start op binnen de minuut en zelfs UT gaat tegenwoordig zonder morren op het hoogste detail-level als een spreekwoordelijke trein.

~

Het tweede deel van deze ‘zuigende hardware’ kruistocht is een sneer richting Electronic Arts. Ik heb het in een review van Nascar 2000 ook al eens gezegd. Software-in-elkaar-braggelaar Electronic Arts komt elke herfst/winter met een nieuwe uitgave van al haar spellen. Zo dus ook met de immens populaire voetbalreeks Fifa xxxx (turn of the millennium, vandaar 4 ipv 2 x’en). Het handelt hier om editie 2002, met alle personele verschuivingen van dien. Stam speelt keurig bij Lazio, Zinezedine (…) Zidane bij Real en Sjolka (…) nog steeds bij Man Utd.

In grote-mensentaal betekent dat simpelweg dat EA wederom een nieuwe Fifa Soccer heeft uitgebracht, en dat uw reviewer daar de hand op wist te leggen. Voetbalspellen zijn niet mijn favoriet, aangezien er al een spel bestaat waar ik normaal gesproken bijzonder opgewonden van raak (International Super Star Soccer voor de Super NES), maar ik was toch blij verrast met de onweerstaanbaarheden van editie 2002. Mijn huisgenoot had als eerste hier in huis de demo binnengehaald, en dat was dusdanig veelbelovend dat ik het tijd achtte dat de volledige versie aan den lijve ondervonden diende te worden. En terecht…

Garantie voor de toekomst

~

Want wat is dit een onwaarschijnlijk mooi spel! Natuurlijk ben ik bevooroordeld omdat ISSS er op 420×300 zo crappy uitziet en F2002 op 1024×786 zo lekker, maar dan nog. Als je eenmaal een beetje aan de gameplay gewend bent (naast de cursortoetsen nog eens minstens acht keys, met al hun combinaties), dan heb je werkelijk uren en uren achter elkaar plezier. En dat voor minstens drie maanden.
Beginners zullen verguld zijn dat een friendly match met Real Madrid tegen Sankt Pauli het gewenste resultaat brengt, een gevorderde speler is blij dat EA weinig veranderd heeft en dat resultaten behaald in het verleden dus WEL garantie bieden voor de toekomst.

Ziekenhuisacties

Fifa Soccer 2002 is ronduit een geweldig spel. De geanimeerde voetballers zijn ondanks hun soms wat anonieme voorkomen bijna niet van de werkelijkheid te onderscheiden, de acties zijn voor een dagelijkse (dat kan tegenwoordig) Champions League kijker vertrouwd en de ambiance is werkelijk om te genieten (speakers op 10). Grafisch is Fifa 2002 onovertroffen, elk detail is onder de hoede van de capabele vormgevers van EA geperfectioneerd tot in den treure, waardoor vlot verlopende combinaties prima op een zondagmiddag door RTL5 uitgezonden zouden kunnen worden. De alom aanwezige replays wijzen je op gepaste of ongepaste momenten op het al dan niet door de beugel kunnen van ziekenhuisacties, en schitterende doelpunten kun je tot in den treure terugzien (of bewaren als replay) om je huisgenoten bang te maken. De gevorderde meedogenloze killer zal deze optie trouwens al snel uitschakelen, het kost toch alleen maar tijd.

Niet voor de faint-hearted

~

De gameplay zal voor newbies zeker in het begin wat wennen zijn, want zoveel toetsen in zo’n korte tijd gebruiken valt niet mee. Maar het is zeker de moeite waard om te oefenen. Het geluid is wederom bijzonder te genieten. De fx zijn pijnlijk echt, dus niet voor de faint-hearted. De soundtrack is een bijzonder opwindend dance-geheel met ook wat Nederlandse inbreng (Tiësto), maar ook hier geldt dat deze uit te schakelen is. Dus als je liever Tool erbij hoort dan kan dat zeer zeker ook.

Fifa 2002 is een aanrader, ook voor al die mensen die niet van voetbal houden; als je ziet hoe lekker het is om een mooi uitgespeelde aanval te verzilveren met een doelpunt, dan smaakt dat naar meer (ja, er zijn mensen op deze aardkloot die dat in het echt kunnen).

Graphics:

De anonimiteit van de spelers dient gewaarborgd te worden :) (90/100)

Geluid:

Lekker vol, de stadion-ambiance is zeer overtuigend. Een aangeslagen speler kermt het uit, en dat horen we graag. (90/100)

Gameplay:

Het vergt wat oefening, maar als je motoriek het toelaat dan heb je ook wat. (90/100)

Draaibaarheid:

Ik klaag nog steeds niet met m’n 333/256/Viper550. (85/100)

Longevity:

De hele Champions League is na te spelen, dus wat valt er te zeuren… (95/100)

Overall:

Een absolute must-have. Tjek al die Nederlanders bij die buitenlandse teams… (90/100)