Film / Films

Waanzinnige mijlpaal

recensie: Avatar

Hij is terug! Twaalf jaar na Titanic (zijn laatste speelfilm) en na jarenlang ervaring opdoen met nieuwe filmtechnieken, heeft de Canadese bravoureregisseur James Cameron weer de voorhoede genomen op het filmfront. Zijn epische 3D science fictionspektakel Avatar zou niet alleen de duurste film aller tijden zijn, maar tevens zou de film grensverleggend en zelfs revolutionair zijn; filmkijken zou hiermee een andere dimensie betreden. De lat werd hoog gelegd, niet in de laatste plaats door Cameron zelf.

~

Spil in Avatar is voormalig marinier Jake Sully (Sam Worthington, Somersault, Terminator Salvation). Gekluisterd aan een rolstoel komt hij op de maan Pandora terecht, waar op grote schaal een kostbaar mineraal wordt gedolven. Op Pandora leven ook de Na’vi, maar omdat de atmosfeer giftig is voor mensen verloopt de communicatie met hen moeizaam. Om dit te vergemakkelijken wordt gebruik gemaakt van zogenaamde ‘avatars’; genetisch gefabriceerde Na’viklonen die op afstand door mensen bestuurd worden. Sully wordt verkozen om aan dit programma mee te doen.

Techniek
Toen James Cameron (The Terminator, Aliens) jaren geleden aankondigde zijn nieuwe film in 3D te schieten werd dat nog als een curiosum gezien. Inmiddels hebben de ontwikkelingen op dit gebied niet stilgestaan. De laatste jaren worden bezoekers veelvuldig vergast op 3D-films, waarbij het animatiegenre de boventoon voert. Dat was goed voor Avatar: de infrastructuur voor het groots uitrollen van deze prent ligt er immers al en het publiek heeft er aan kunnen wennen. Iemand die ook hard bezig is de grenzen van de techniek te verkennen is Robert Zemeckis met films als The Polar Express en A Christmas Carol. Hierbij maakt hij gebruik van iets wat ook in Avatar een belangrijke rol speelt: performance capture. De bewegingen van acteurs worden digitaal vastgelegd om ze vervolgens te kunnen bewerken en in elke omgeving te plaatsen die je maar kan bedenken. Het grote bezwaar hiertegen tot nu toe – hoewel de techniek wel steeds beter werd – was dat personages lijken te zweven in plaats van lopen en ze vaak een levenloze blik in de ogen hebben. Al die technische tekortkomingen veegt Cameron met Avatar in één keer van tafel.

Pandora

~

De wereld die Cameron heeft geschapen is, mede door de ontwikkeling die de techniek onder zijn leiding heeft doorgemaakt, een overtuigende. Pandora oogt levensecht: van de bizarre beesten die er rondlopen en -vliegen en het maffe plantenleven, tot het oerwoud dat ’s nachts oogverblindend mooi fluoresceert. De grens tussen ‘echt’ en digitaal is vaak nauwelijks meer zichtbaar. Belangrijk hieraan is dat de personages massa hebben en dat de emoties van hun gezicht en in hun ogen zijn af te lezen. De boomlange Na’vi worden hiermee ‘menselijk’ en daardoor kun je als kijker makkelijk een band met ze ontwikkelen. Cameron neemt volop de tijd en schetst met zoveel oog voor detail de wereld van de Na’vi (waarbij hij goed naar ‘Aardse’ culturen heeft gekeken), dat je je als kijker zo nu en dan een antropoloog voelt.

Er wordt her en der nog wel beweerd dat 3D een gimmick is. Dat werd destijds ook van de vorige revoluties (evolutie zou een betere benaming zijn) in de filmgeschiedenis gezegd: geluid en kleur. In feite is elke techniek (filmformaat, kleurgebruik, sound design, de toevoeging van een dimensie) niet meer dan gereedschap dat de filmmaker tot zijn beschikking heeft om een verhaal te vertellen. Het zijn allemaal elementen die kunnen bijdragen aan de onderdompeling in het verhaal en de actie. Opvallend aan Avatar is juiste de subtiele toepassing van 3D; Cameron is terughoudend in het gebruik van de techniek waarbij constant voorwerpen op je af lijken te komen. Hij gebruikt het vooral om het beeld ruimtelijker te maken; als je een enorme diepte in kijkt (en dat gebeurt nogal eens), dan voel je dat op een plezierige manier in je maag.

Cameron

~

Avatar is boven alles een herkenbare Cameronfilm. Een aantal van zijn vaste thema’s komen aan bod: de fascinatie voor het gebruik en misbruik van (militaire) technologieën, sterke vrouwelijke personages, en helden en heldinnen van vlees en bloed. En ook hier is weer sprake van een stel dat het moet opnemen tegen bijna onoverkomelijke moeilijkheden. Maar vooral heeft Cameron wederom een enerverende, ‘op het puntje van je stoel’-film gemaakt, waarin kritiek is verpakt tegen imperialistische politiek en het leegzuigen van onze planeet. Hij mag dan een tijdje uit het zoeklicht geweest zijn, hij heeft geen woord teveel gezegd: de lat ligt weer een stuk hoger. Cameron is wederom King of the world.