Film / Films

Meer van hetzelfde in Land of the Dead

recensie: Land of the Dead

Ze zijn langzaam, ze zijn dood en ze hebben honger. In 1968 maakte George A. Romero de zombie voor altijd beroemd op het witte doek met zijn zwart-witte horrorklassieker Night of the Living Dead. Met de vervolgen Dawn of the Dead (1978) en Day of the Dead (1985) vestigde Romero zijn naam als zombie-guru, en vele tientallen rip offs volgden. De laatste jaren werd het genre weer wat leven ingeblazen (denk aan 28 Days Later, Dawn of the Deadremake en parodie/horrorcomedy Shaun of the Dead), en Romero vond het blijkbaar tijd voor een vierde deel in zijn zombieserie. Land of the Dead sluit perfect aan op de originele trilogie. Hij brengt heel veel zombies en de nodige gore, maar voegt helaas ook weinig nieuws toe.

~

Nu zombies over de wereld heersen heeft een groep overlevenden zich teruggetrokken in een zwaarbewaakte stad. Hier leven de rijken in luxe in een wolkenkrabber en moeten de armen het op de straat zien te redden. Onder leiding van Riley (Simon Baker) trekt een groep mensen er regelmatig op uit om voedsel en andere benodigdheden te zoeken. Wanneer één van Riley’s mannen doorslaat, de peperdure tank Dead Reckoning steelt en de stad dreigt op de blazen, wordt Riley er door miljonair Kaufman (Dennis Hopper) op afgestuurd, samen met prostituee Slack (Asia Argento, dochter van horrorregisseur Dario Argento). Ondertussen vindt in de straten een verontrustende ontwikkeling plaats: onder leiding van de denkende zombie Big Daddy rukken de zombies op naar de stad…

Moreel vraagstuk

In de originele trilogie was men nog enigszins terughoudend met het vermoorden van de ondode medemens. Het bleven toch mensen die werden afgeschoten, en de vraag was of dat wel verantwoord was. Brak er aan het begin van Dawn of the Dead niet bijna een rel uit omdat een wetenschapper opperde de zombies in het hoofd te schieten? In Land of the Dead is dit morele vraagstuk vrijwel geheel aan de kant geschoven. De overlevenden gebruiken de zombies als vermaak, schietschijf en huisdier. In ondergrondse clubs kun je zelfs met gefrustreerde zombies op de foto (let op de rolletjes van Simon Pegg en Edgar Wright, de mannen achter Shaun of the Dead). Land of the Dead richt zich duidelijk meer op vermaak en actie en iets minder op morele vraagstukken dan zijn voorgangers.

Menselijk

~

Zoals ook in de vorige Dead-films vallen de meeste doden door stommiteiten van de mensen zelf, in plaats van door de intelligentie van de zombies. Toch worden de zombies in Land of the Dead slimmer dan ooit. De lijn die in de originele trilogie, en dan met name in Day of the Dead, werd uitgezet, wordt in Land weer opgepakt. Want was het eerst Bub the Zombie die intelligente tekenen vertoonde, nu is het Big Daddy die het initiatief neemt. Zo ontdekt hij al snel hoe hij wapens moet gebruiken en leidt hij de zombies in hun opmars tegen de mensen.

Witte schmink

Uiteraard komt hier de nodige gore bij kijken: Romero heeft zich gelukkig beseft dat hij tegenwoordig niet meer kan komen aanzetten met een laagje witte schmink en maakt gebruik van moderne hulpmiddelen om zijn zombies tot leven te wekken. Het resultaat is zeker geslaagd: de zombies zien eruit als uitgemergelde, rottende lijken en dat is natuurlijk ook precies de bedoeling. De een mist overtuigend een arm, bij de ander zit een gat in de wang. Uiteraard worden hier en daar wat ledematen verwijderd en mensen uit elkaar getrokken.

Meer van hetzelfde

Ondanks de vernieuwde special effects die de zombies goed tot hun rottende recht laten komen, brengt Land of the Dead niet veel nieuws binnen het zombiegenre. Het verhaal is zwak en hier en daar zelfs belachelijk, van de nachtclubzombies tot de overdreven tank Dead Reckoning. Om nog maar niet te spreken van het uitermate slappe einde waar de moraal opeens losbarst. De film faalt jammerlijk op het gebied van originaliteit, en na twintig jaar wachten blijft het helaas bij een opgepoetste herhaling van Romero’s eerdere werk.