Film / Achtergrond
special: #7: Gespenster

Vergeten en verguisde cinema

Filmliefhebbers kunnen sinds de komst van de dvd zonder veel moeite een inhaalslag maken met talloze hoogtepunten uit de cinemageschiedenis. Maar door het gigantische aanbod is het koren soms moeilijk van het kaf te scheiden. Sommige topfilms zijn ondergesneeuwd door bekendere titels; andere zijn (nog) niet eens op dvd beschikbaar. De filmcritici van 8WEEKLY maken een maandelijkse selectie van onterecht vergeten of verguisde topfilms. Deze maand: Christian Petzolds vervreemdende identiteitsverkenning Gespenster.

~

Ondanks het feit dat er veel arthousefilms worden vertoond in Nederland, zijn er bepaalde regisseurs die nog ondervertegenwoordigd zijn in het filmhuis. De films van de Duitser Christian Petzold zijn hier, afgezien van wat festivalvertoningen, nooit uitgekomen, terwijl hij een strak oeuvre heeft opgebouwd waarin een herkenbare stijl is gekoppeld aan het verkennen van vaste thema’s. Op het eerste gezicht vormen zijn films kale verslagen van outsiders in een eigentijdse Duitsland dat nog moet bijkomen van een economische crisis. De cinema van Michael Haneke lijkt het eerste referentiepunt en Petzold geeft net als zijn Oostenrijkse deelgenoot zijn films iets onwerkelijks en vervreemdends mee. Dit is vooral merkbaar in zijn film Gespenster (2005), waarin hij aan de hand van twee meisjes en een verwarde vrouw de kwetsbaarheid van identiteit verkent.

Sensueel en gevaarlijk

Gespenster bestaat uit twee losse verhaallijnen, die in het midden van de film bij elkaar komen. De film begint als Pierre (Aurélien Recoing uit L’emploi du temps) Berlijn inrijdt. Hij gaat zijn echtgenote Francoise ophalen, die verblijft in een Berlijnse inrichting en van wie hij hoopt dat zij is genezen van haar depressies. Parallel hieraan volgt de film Nina (Julia Hummer), een eenzaam tienermeisje dat in een instelling woont en met andere jongeren in een park werkt om vuil te verzamelen. Als Nina in het park bezig is, ziet zij een ander meisje dat in elkaar wordt geslagen. Vervolgens ziet zij hoe het meisje er vandoor rent, zonder dat ze iemand om hulp vraagt. Later steelt dit meisje iets en Nina helpt haar om te vluchten.

~

Nina raakt al snel gebiologeerd door het impulsieve meisje, dat Toni heet en door actrice Sabine Timoteo (al eerder indringend in Matthias Glasners Der freie Wille) overtuigend gestalte krijgt. Timoteo geeft Toni een agressieve en onverwachte kracht mee, waardoor je nooit weet wat ze gaat doen. Voor Nina is Toni hierdoor sensueel en gevaarlijk – een contrast met haar eigen eenzame bestaan. De exacte achtergronden van de personages worden maar voorzichtig prijsgegeven, waardoor je als kijker moet gissen naar hun verleden. In een scène gaat Toni naar een ex-vriend om wat geld te lenen, maar ze wordt al snel door zijn boze moeder weggestuurd, die dreigt om de politie bellen. Nina lijkt geen ouders te hebben en leeft in een tehuis voor tieners. Zij laat zich snel meeslepen door Toni, met wie ze doelloos door de stad loopt. De twee verhaallijnen komen bij elkaar als Francoise Nina op straat ziet. Francoise denkt Nina te herkennen als haar dochter Marie, die al jaren vermist is.

Vervreemdende tradities

Gespenster hanteert de traditionele thema’s en stijlen van de Europese arthousefilm. De film is in zijn camerawerk realistisch en de narratieve lijn is los en niet causaal zoals in veel commerciële films. Wat opvalt, is dat Petzold thema’s die al zo vaak in arthousefilms worden behandeld, krachtig weet over te brengen. Het grote probleem met de arthousefilms van nu is dat veel van de methoden die worden gehanteerd om een serieuze film te maken, te vaak worden herhaald. De arthousefilm met zijn lange shots, zijn open einde en zijn realisme (dat net zo goed een gecreëerde illusie is als die in een Hollywoodfilm) begint de laatste paar jaren tekenen te vertonen van voorspelbaarheid.

~

Gespenster slaagt er echter in om duidelijk binnen een traditie te vallen zonder te vervallen in een te generieke aanpak. De grootste troef die Petzold heeft, zijn zijn acteurs. Julia Hummer en Sabine Timoteo werken als krachtige tegenpolen van elkaar. Ze weten subtiel, met lichaamstaal de onderliggende psyche van hun personage over te brengen. De krachtigste scène speelt zich af als Toni Nina zo ver krijgt om mee te doen aan een auditie voor een banaal tv-programma over hartsvriendinnen. Voor de auditie moeten ze een sceptische regisseur en zijn verveelde crew vertellen over hoe zij elkaar ontmoet hebben. Toni vertelt nerveus een verzonnen verhaal waar de regisseur niet door geboeid is. De ongemakkelijkheid van de meisjes is gelijk tastbaar. Als de ongeduldige regisseur ietwat geïrriteerd aan de stille Nina vraagt of zij nog iets te zeggen heeft, begint Nina met een verhaal dat werkt als intieme bekentenis en een beschrijving van een droom die uit het niets naar bovenkomt. De scène is vooral krachtig omdat Hummer in de scènes daarvoor verlegen en kwetsbaar is. De kijker krijgt hierdoor het gevoel dat ze een intieme deelgenoot zijn geworden van haar onderbewuste en sluimerende gevoelens voor Toni.

Duistere regionen

~

De scène is schatplichtig aan soortgelijke monologen in oudere arthousefilms, die werken als een plotselinge blik in het gevoelsleven van de hoofdpersonen en als een equivalent van de pijnlijke openbaringen die op de sofa van een psychotherapeut worden verteld. Nina en Toni zouden de jongere varianten kunnen zijn van de twee vrouwelijke protagonisten in Ingmar Bergmans Persona (1966). In die film vertelt Bibi Andersson plotseling een intiem en seksueel geladen verhaal aan een zwijgzame Liv Ullmann. Ook in Godards Week End (1967) wordt een vrouw gefilmd die een lange erotische bekentenis levert aan een vreemde. Wat fascinerend is aan deze voorbeelden, is dat het hier vooral mannelijke regisseurs betreft die in hun films de duistere regionen van de psyche onderzoeken aan de hand van een vrouw. Films als Roman Polanski’s Repulsion (1965) en Robert Altmans Images (1972) passen ook in deze onderzoeken naar identiteitsconflicten en mentale problemen vanuit een vrouwelijk perspectief.

~

In Gespenster (dat vertaald kan worden als ‘spoken’) begeeft Petzold zich in het grensgebied tussen realisme en het vervreemdende. Het is een plek waar personages als verdwaalde zielen gevangen zijn in een leven zonder richting of zin. Deze thematiek komt ook terug in Petzolds laatste films. In Yella (2007) moet een Oost-Duitse vrouw zich redden in de harde zakenwereld in het westen, waardoor ze verward raakt. Een ongeluk aan het begin van de film, waarbij ze op miraculeuze wijze aan de dood ontsnapt, werkt als onwerkelijke overgang tussen haar oude en nieuwe leven. Petzolds laatste film is Jerichow (2008), een bewerking van The Postman Always Rings Twice, verplaatst naar een verarmd, eigentijds Duitsland. In die film maakt hij net als in Yella gebruik van actrice Nina Hoss, die een vaste vertolker is geworden in zijn oeuvre. Dit zijn films van een regisseur die een eigen visie heeft en tegelijk ook teruggrijpt naar een lange traditie van artistieke films, maar voor een Nederlands publiek nog vrijwel onbekend zijn.

Gespenster is in Duitsland op dvd verschenen bij distributeur Good!Movies. Yella en Jerichow zijn ook in Duitsland op dvd verkrijgbaar.

Lees ook de vorige delen van deze serie:
#1:
Testament
#2:
Your Friends & Neighbours
#3:
13 Conversations About One Thing
#4:
Last Action Hero
#5:
Seconds
#6: The Innocents