To Zeeuw or not to Zeeuw
In de slotgracht van Fort Rammekens, het oudste zeefort van West-Europa gelegen aan de Westerschelde nabij Vlissingen, verenigt het erfgoed van Staatsbosbeheer zich met het heldenepos van Homeros: de Odyssee. Tegen de achtergrond van het fort maakt onze held, in deze eigentijdse bewerking niet Odysseus maar Ilias, zijn omzwervingen op een drijvend toneel waarop de Walcherse wateren afgebeeld zijn.
Scenarist en regisseur Tom de Ket geeft in O Die Zee een dikke knipoog naar de Griekse heldendichten. Zo is Penelopes vader een Griekse restauranteigenaar met kenmerkende bolle buik en snor die zijn schoonzoon aanspoort zijn geliefde om haar hand te vragen. Aan de vooravond van zijn huwelijk wordt Ilias, door Steijn de Leeuwe tot een man gemaakt waarmee gemakkelijk geïdentificeerd kan worden, door zijn Zeeuwse vrienden in het vissersbootje mee op zee genomen om zijn laatste avond als vrij man te vieren. De beproevingen die hij tijdens deze avond moet doorstaan gelijken op die van Odysseus; op vindingrijke wijze worden de mythische figuren die door Homeros worden beschreven door De Ket de 21ste eeuw binnengehaald, waarbij de referentie intact blijft. Zo laat Ilias zich aan het begin van de avond verleiden om van de lotusbloem te drinken, waarna een wilde vrijpartij met in roze glanspakjes gehulde dames volgt. Na het ontwaken blijkt de seks betaald te zijn geweest en de drie vrienden van hun bezittingen beroofd. Dat gelegenheid de dief maakt, blijkt als een opstekende wind de mannen naar een eiland vol met blurayspelers en iPhone Negens voert. Net als Odysseus weet Ilias de eenogige reus, eigenaar van het smokkelwaar, dronken te voeren. Ditmaal met Xanax verstopt in een Zeeuwse babbelaar, waarna de bedwelmde reus het oog uitgestoken kan worden. Hulde ook aan de vormgeving van de personages, zowel door de uiterlijke verschijning van de reus als door de sterke timing van Harpert Michielsen, eveneens schitterend als voice-over (wederom een vermakelijke verwijzing naar de Homerische verteller) en vader van Penelope. Ook het heerlijk kluchtige spel van Tijn Docter en Boy Ootema als de Zeeuwse vrienden (met dito accent) Joost en Kees doen de eerste helft van O Die Zee in vliegende vaart verlopen.
Van komedie naar tragedie
In de tweede helft domineert een zwaardere toon het handelingsverloop. De grappige kwinkslagen van voor de pauze, zoals de citaten van Marco Borsato in een ironische liefdesdialoog tussen Circe en de door haar betoverde Ilias onderwijl zijn vrienden in het all-inclusive wellnessresort als varkens aan het spit geregen zijn, keren helaas niet meer in optima forma terug. Nadat de sirenen met Jerney als opperhoofd Ilias niet met hun stem maar met een contract dat de weg tot beroemdheid plaveit proberen te verleiden, gaat het bergafwaarts doordat de originaliteit niet hoog gehouden kan worden. Verwend door de eerdere vindingen zijn de motoren die van Helios gestolen worden niet het meest geestig, al zegt dit meer over de zeer hoge kwaliteit van de eerste helft waardoor het in het vervolg bijna onmogelijk is deze nog te overtreffen. Niet de tragedie maar de komedie is de kracht waar O Die Zee op drijft, ondersteunt door diverse ijzersterke composities uitgevoerd door muzikanten die het theater doen rocken. Hierbij staat het volume vaak net een tikkeltje te hard, dat de zuiverheid op het randje doet balanceren en de goed geschreven liedteksten soms het onderspit doen delven. Maar in dit totaalspektakel dat met veel liefde voor (Zeeuwse) cultuur gemaakt is, vergeeft mijn theaterhart snel. O Die Zee heeft dit gedurende twee uren sneller doen laten kloppen, waarbij ik tijdens dit schrijven nog steeds op de nagolven ervan voortvaar.