Theater / Voorstelling

Lof der zachtheid

recensie: Noord Nederlands Toneel - Jeanne d'Arc

Het begint en het eindigt met kijken. De jonge, de volwassen en de oude Jeanne kijken ons alledrie aan. Ze kijken zo lang dat je er verlegen van wordt, je kunt niet langer naar zo veel rechtschapenheid en moed kijken.

Sinds 2005 is het Noord Nederlands Toneel aan het werk met een groot vierluik over macht, onrecht en verbeelding. Jeanne d’Arc is hiervan het eerste deel. Het is in het voorjaar van 2005 in hun eigen Machinefabriek en in de Stadsschouwburg Amsterdam opgevoerd en de voorstelling maakt nu een tournee langs de schouwburgen.

Ten oorlog!

~

Jeanne d’Arc vertelt het verhaal van de strijd van de jonge Franse boerendochter Jeanne die ten strijde trekt tegen de Engelse bezetter. Zij laat haar schapen achter op het veld en met de zegen van de Maagd Maria baant zij met haar zwaard de weg voor de bevrijding van de stad Orléans en voor het koningsschap van Karel VII. Als de strijd is gestreden en de koning zijn positie herwonnen heeft, blijft Jeanne strijden voor een zuivere en rechtvaardige wereld. Eenmaal terug op zijn plek wil de koning en zijn hofhouding niets meer weten van die strijd – ze hebben immers wat ze willen – en men keert zich van haar af. Jeanne d’Arc is een politiek gevaar voor hen geworden dat geëlimineerd dient te worden.

Aafke Buringh speelt Jeanne met overtuiging: haar transparante uitstraling geeft haar iets heiligs. Ze is zacht en onverzettelijk tegelijk. De rol van koning is op het lijf geschreven van Niels Croiset. In andere producties wist hij reeds te overtuigen met zijn speelse manier van acteren, in deze voorstelling kan het tot wasdom komen. Het laffe en wispelturige karakter van de koning is bij hem in goede handen. Sophie van Winden, die de vrouw van de koning speelt, weet met de overdreven invulling van haar rol de lachers op haar hand te krijgen.

C’est tout?

~


Maar Jeanne d’Arc is meer dan een leuk geschiedenisverhaaltje. Regisseur Koos Terpstra heeft meerdere lagen weten aan te brengen in de voorstelling. Er zijn veel parallellen met nu te vinden. Zo verwijst Terpstra naar de hedendaagse politiek met haar achterkamertjes en haar politici die hun idealen eerst nog voor onoverkomelijk verslijten aan het kiezersvolk om ze daarna snel weer te vergeten. Deze elementen zorgen vaak voor een komische noot in de voorstelling, hoewel het gezelschap de flauwe verwijzingen naar uitspreken van premier Balkenende achterwege had kunnen laten. Het contrasteert met de satirische humor van de rest van de voorstelling.

Het volk krijgt de politici die het verdient, wordt in de voorstelling gezegd en daarmee gaat de voorstelling een stap verder dan alleen kritiek geven op het verschijnsel politiek. Onze maatschappij beziet het bevlogen en geëngageerde individu met argusogen. Hij of zij wordt als arrogant en lastig beschouwd en aan de kant geschoven. Om deze reden is het beeld van de drie Jeanne’s die ons – het publiek – onafgebroken aanstaren zo sterk. Wat we zien is te maagdelijk, te wit en te ongeschonden. Die puurheid kunnen we niet hanteren. Wij projecteren onze idealen op haar en verloochenen haar tegelijkertijd.

Naast dit knappe staaltje politiek en maatschappelijk theater is Jeanne d’Arc ook een genot om naar te kijken. Het verhaal wordt verteld in een aaneenschakeling van indringende beelden, aangevuld met prachtige muziek. Dit komt prachtig bij elkaar in een scène waarin Jeanne voorbereid wordt op de hulde die ze gaat ontvangen, maar die haar daarna ook snel weer wordt afgenomen. Het lichtontwerp geeft het geheel geregeld een sprookjesachtige lading.

Misschien is Jeanne d’Arc ook wel een sprookje. De zuivere en eerzame boerendochter die het opneemt tegen de boze en corrupte buitenwereld. Dit is echter een sprookje met een wrang einde. In plaats van de held te huldigen om zijn standvastigheid en zuiverheid, wil je wegkijken en haar niet meer zien.

Jeanne d’Arc van het Noord Nederlands Toneel is nog te zien tot en met 31 maart 2007. Klik
hier
voor meer informatie en speeldata.