Wie is de debiel?

De debuutroman van de in Groningen woonachtige schrijver Stefan Nieuwenhuis (1972) heeft een ontzettend goed in het gehoor liggende titel: Ik ben omringd door debielen en ik voel me goed. In 184 pagina’s schetst de auteur een portret van een loser die zelf deze uitspraak als motto lijkt te hebben, maar die weinig inzicht heeft in zijn werkelijke plaats tussen ‘de debielen’. Een absurdistisch debuut in de stijl van Herman Brusselmans, dat zeker het lezen waard is.
Hoofdpersoon van Ik ben omringd door debielen en ik voel me goed is David. Hij is arbo-consulent en wordt bij een reorganisatie slachtoffer van een massaontslag. Omdat zijn vriendin Mandy met psychische problemen kampt, durft hij haar niet te vertellen dat hij zonder werk zit. “Het lijkt alsof ik debiele Katrien ga vertellen dat ze gaat verhuizen en dat het konijn niet mee mag.” Dit is het begin van de ene leugen na de andere. David hangt tegen de buurman een smoesje op dat hij een ziekte heeft die er voor zorgt dat hij zich raar gedraagt. Een van de hoogtepunten van het boek is het moment dat hij tijdens een bezoek aan dezelfde buurman doet alsof hij een aanval krijgt:
Om niet op te vallen, sla ik met beide handen op tafel, om precies te zijn op de rand van de bakjes. Hop, daar gaan twee slierten knabbelgoed door de lucht. Ze springen tegen mijn broek en hemd aan en ik maak van de verwarring gebruik om zoveel mogelijk pinda’s in het kleed te trappen.
Om naar buiten toe de suggestie van een normale werkdag te wekken, huurt David een stacaravan waar hij tijdens werktijd naartoe gaat. Langzaamaan ontrafelt zich het net van leugens dat hij heeft gesponnen, maar steeds weet hij zich er zo uit te lullen dat hij Mandy, de buren en Mandy’s ordinaire oom, woonwagenkamper Sjarrel, een rad voor de ogen weet te draaien. Naar het eind van het boek toe krijgt David het echter steeds moeilijker, en vreest hij zelfs voor zijn leven.
Zielige sukkel
~
Bestseller
Stefan Nieuwenhuis is een meester in het vertellen van grappige situaties. Daar slaagde hij eerder al goed in in zijn undergroundtijdschrift Van Speijk, waarvan vorig jaar de bundeling Dan liever de lucht in verscheen, en in zijn bijdragen in het tijdschrift Zone 5300. Nieuwenhuis’ stijl doet denken aan die van Herman Brusselmans: een beetje absurdisme in een alledaagse setting. Er is ook een sterke link met de lulligheid in het werk van stadsgenoot Meindert Talma (hoewel die autobiografisch schrijft), en met de snelheid en zelfdestructie in Para van Jacob van Duijn. De compressie van waanzinnige situaties in Ik ben omringd door debielen en ik voel me goed is soms wat aan de hevige kant, wat behalve de geloofwaardigheid, ook de kracht van het verhaal niet altijd ten goede komt. Iets meer subtiliteit zal een volgend boek zeker goed doen. Nieuwenhuis bewijst met dit debuut wel dat hij meer kan dan een korte satire schrijven. Met zijn rake titel en meesterlijke situaties is Ik ben omringd door debielen en ik voel me goed in potentie een bestseller. En dat succes is dit werkje zeker gegund.