Boeken / Fictie

Geen waardige dorstlesser

recensie: Guido Conti (vert. Manon Smits) - De duizend monden van onze dorst

De jonge Marzia en Emma worden verliefd tijdens de nasleep van de Tweede Wereldoorlog. Hun relatie is overdonderend, hartstochtelijk, explosief en bovenal ondenkbaar. Een mooi idee voor een roman, maar allesbehalve bijzonder uitgevoerd.

Guido Conti is hoofdredacteur van een Italiaanse uitgeverij en ziet zodoende vele parels (en het tegenovergestelde daarvan) voorbijkomen. Een goede positie om zelf te gaan schrijven. Je zou tenminste mogen verwachten dat hij, door jarenlang het kaf van het koren te scheiden, niet in dezelfde val als zo veel middelmatige schrijvers zou vallen. Maar met De duizend monden van onze dorst bewijst Conti maar weer eens dat schrijverschap en redacteurschap niet inwisselbaar zijn.

De gretigheid van jonge geliefden
Vers terug van kostschool wordt Marzia meegenomen naar het verjaardagsfeest van de dochter van haar vaders zakenrelatie. Daar ziet ze een mooi meisje, ongetemd, enthousiast en aanwezig, dat op blote voeten door het gras drentelt. In de drukte van het feest zien de meisjes elkaar en het is alsof de wereld stil blijft staan. Het is een scène die het op film vast en zeker fantastisch zou doen, maar ook dan zou ze bol staan van de clichés.

Het verjaardagsfeest is het begin van een ontluikende liefde tussen Marzia en Emma, een liefde die onacceptabel is in het milieu van de jaren veertig waarin de meisjes zich bevinden. Hun gevoelens voor elkaar zijn onweerstaanbaar en gaan gepaard met de nodige onzekerheden en het leren kennen van elkaar, zichzelf en de volwassen wereld. Vol overgave, zoals jonge mensen zonder levenservaring dat zo onherroepelijk kunnen, storten ze zich in hun ontdekkingsreis.

Voelt aan als bekend terrein
Prettig aan de roman is de snelheid waarmee het verhaal wordt verteld. Conti houdt de spanning erin door de onbetrouwbare personages in de omgeving van de hoofdpersonen: de ouders van beide kanten en de mannen die de meisjes het hof willen maken. Maar hoewel de auteur heus een aardige roman heeft afgeleverd, is niet te ontkennen dat er van vernieuwing geen sprake is.

Sporadisch komt Conti met een metafoor op de proppen waarvan ons hart sneller gaat kloppen, maar de clichés in stijl, beschrijvingen en karakterontwikkeling zorgen ervoor dat deze mooie momenten nauwelijks opvallen. Zo is Marzia het rustige meisje dat alles maar over zich heen laat komen, zoekend naar antwoorden. Emma is het opvallende, wilde meisje dat intens gelukkig, maar ook heel ongelukkig kan zijn. En de mannen zijn allemaal even ondersteboven van de schoonheid van de jongedames, maar kijken amper verder dan dat.

Het had zo mooi kunnen zijn
Aan de ene kant is het bewonderenswaardig dat de roman nauwelijks ingaat op het geslacht van de hoofdpersonen: voor de meisjes is het gewoon een vanzelfsprekende liefde. Zoals het ook moet zijn. Maar aan de andere kant stapt de auteur hier te gemakkelijk overheen, waardoor ook dit aspect van het verhaal aan de oppervlakte blijft hangen. Van meeleven met de hoofdpersonen is zelden sprake. De lezer voelt hun emoties niet. Conti vertelt veel, maar toont weinig.

Het verhaal biedt niets nieuws op literair vlak. Jammer, want het plot heeft alle ingrediënten voor een intrigerend verhaal, dat niet alleen de psychologie van de liefde had kunnen blootleggen, maar ook een prachtig tijdsbeeld had kunnen scheppen van het opbouwende Italië na de oorlog. Voor wie een doorsnee boek wil lezen, is deze roman de overweging waard. Maar voor fervente en ervaren lezers is De duizend monden van onze dorst geen dorstlesser.