Film / Achtergrond
special:

Op de set bij Pietje Bell

“Op de set moeten de telefoons uit!” werd ons op het hart gedrukt. Nou was dat geen probleem, want mijn abonnement reikte niet verder dan de landsgrenzen, en dit was het verre, buitenlands Belgische Brugge. De geluidsvrouw had echter niet goed geluisterd (ondanks haar apparatuur) en staat tijdens een repetitie geconcentreerd te sms’en. “Lot, jij ook de hele dag met je sms’jes!”, roept een voorbijlopend crewlid. Geluidsvrouw Lot luistert niet en in het voorbijgaan grijpt het pesterige crewlid de hengel met de microfoon. “Lot, jij met ge ge-sms!” roept hij in de pluizige microfoon. Lot schrikt op en weet niet hoe snel ze de koptelefoon van haar oren moet rukken. Het crewlid grijnst van oor tot oor. Lot lacht ook, maar niet helemaal van harte.

~

Tijd genoeg voor grapjes op de set van Pietje Bell. Iedereen lijkt ontspannen. Vandaag worden drie scènes gefilmd, of eigenlijk shots. Eerst één waarbij Pietje met zijn vriendjes de gracht probeert leeg te vissen, dan een shot waarin een circusoptocht door de stad loopt en tenslotte een scène met een arme vrouw in een kerk. In de film is het hoogzomer, maar Brugge brengt deze maartse dag door onder een dik wolkendek waar zo nu een dan een druppel uitvalt. Met grote lampen wordt het wat lichter gemaakt. De sfeer op de set is gemoedelijk, maar het tempo is niet al te hoog. Een grote film als deze kost veel tijd en voorbereiding en bovendien werkt het weer niet mee.

Blauwe vinvis

~

Pietje, oftewel Quinten Schram, is aan het begin van de dag geen vrolijke belhamel. Het vakantiehuisje waarin hij logeerde had problemen met de verwarming waardoor het laat is geworden gisteravond. Hij zit in zijn jas weggedoken in het bootje. Samen met zijn vijf vriendjes wacht hij totdat er gefilmd kan worden. De voorbijroeiende figuranten liggen niet op hun plaats en de grote lamp wordt weerspiegeld in de gracht.
De andere jongens vermaken zich intussen prima. Ze moeten straks doen alsof ze aan het vissen zijn, maar nu hebben ze plotseling een echte vis in het grachtwater gezien. “Zag je hem?” vraagt het ene jongetje. “Straks is het een blauwe vinvis! De blauwe vinvis is de grootste walvis ter wereld.” Het jongetje heeft een iconisch brilletje op. De rol van wijsneus in de film ligt hem ook in het dagelijks leven goed.

Wanneer het shot erop staat, heeft regisseuse Maria Peters even tijd om vragen te beantwoorden. De Brugse stadstelevisie is komen kijken waar al die verkeersopstoppingen vandaan komen en wil ook wel wat weten. Pietje Bell is een onbekende in België en Maria moet het verhaal vertellen. “Het is een serie van acht boeken over een jongetje dat altijd kattekwaad uithaalt.” De film is een samenvoegsel van elementen uit een aantal boeken. “Pietje maakt wel altijd problemen, maar nooit zonder reden. Hij wil geld verdienen, omdat de recessie van de jaren dertig eraan komt. Hij wil zijn vader helpen, omdat die het met zijn winkel ook niet makkelijk heeft.”
Pietje Bell is het zoontje van Maria en producent Dave Schram, maar hij is wel eerlijk gekozen uit de 1200 gegadigden voor de rol. De regisseuse zegt dat het geen verschil maakt dat zij zijn moeder is. “Ja ik aai hem wel en de andere jongetjes niet. En hij noemt mij gewoon ‘mam’ in plaats van ‘Maria’ of ‘regisseur’.”

Bonte verzameling

~

Voor het volgende shot is een hele karavaan aan circusartiesten opgetrommeld, inclusief kamelen, een witte hengst en een echte olifant. Tussen de middag zitten de clowns en de vuurspuwers tussen de andere figuranten te lunchen. Het is een bonte verzameling verklede mensen. Björn, met blauwe broek en gestreepte kiel, moest in het vorige shot in een roeibootje voorbijvaren. Niet iets wat hij elke dag doet. “Maar het ging wel goed vond ik.”
Tegenover hem zit een moeder met drie kinderen, aangekleed als een gezinnetje uit de jaren dertig. Moeder heeft blauwe nagellak op, maar ze krijgt straks handschoenen aan, zodat niemand het ziet. “Mijn grootmoeder ging nooit uit zonder haar handschoenen,” vertelt ze. Haar dochtertje, met strik maar zonder voortanden, somt in enthousiast Brugs de verjaardagen van haar familieleden op. Onverstaanbaar, maar wel schattig.

Het zou zo mooi zijn als de zon op de kleurige circusstoet zou schijnen, maar die laat zich vandaag niet zien. Er is om twaalf uur al een hoogwerker besteld, zodat daar een felle lamp op gemonteerd kon worden, maar om kwart over twee is de kraan er nog niet. “Dat heb je met Belgen,” moppert opnameleider Michiel. “Zeg je twaalf uur, dan moet je rekenen op drie uur.”
Er worden uiteindelijk drie lampen in stelling gebracht, die er zowaar voor zorgen dat er schaduwen op het plaveisel vallen. Het ziet er niet echt zonnig uit, maar op de monitor lijkt het inderdaad alsof het dertig graden is.

Circusoptocht

~

Maria Peters kijkt naar het beeldscherm en controleert het eindproduct. De opnameleider bepaalt wanneer de circusoptocht moet beginnen, wanneer de muziek wordt gestart en wanneer de camera gaat lopen en de figuranten bewegen.
Er wordt eerst een paar keer geoefend, met jassen aan. Het mag er dan zonnig uitzien, het is maar elf graden. Vooral het schaars geklede meisje op de olifant zit te blauwbekken. Pietje Bell en de andere belhamels zingen de circusmars wanneer de geluidsband niet snel genoeg opstart. De man van het haar loopt alle figurerende moeders af om speldjes te verschikken en scheidingen recht te leggen.

De stoet loopt drie keer over de brug. Op een “actie” van de opnameleider moeten kinderen uit alle windrichtingen naar de circusstoet rennen. Drie jongetjes op een hoek van de straat doden de tijd met een discussie: “Ik heb nog nooit van Pietje Bell gehoord,” zegt de een. “Pietje Bell,” zegt de tweede en hij steekt zijn tong uit bij de l. “Het is een hele goede film,” zegt het derde en kleinste jongetje, met afgezakte kousen en een gebreid vestje. “Hoe weet jij dat?” zegt de eerste. “Nou, hij komt op video. Alle goede films komen op video.”

Pietje Bell komt naar alle verwachting eind november in de bioscoop, en pas daarna op video.