Muziek / Album

Supergroep rockt stevig

recensie: Them Crooked Vultures - Them Crooked Vultures

Op Lowlands stonden ze dit jaar als surprise-act, vrijwel zonder enige naamsbekenheid. Daarom was het een aangename verrassing dat niemand minder dan drummer Dave Grohl (Nirvana, Foo Fighters), zanger/gitarist Josh Homme (Queens of the Stone Age) en bassist/toetsenist John Paul Jones (Led Zeppelin) daar ineens op het podium stonden, als een soort superband. Na het liveoptreden is er nu het album Them Crooked Vultures met, zoals verwacht, een stevige bak rock.

~

Superbands uit het verleden waren niet altijd een garantie voor succes (denk aan Temple of the Dog, UKZ, Oysterhead) noch voor kwaliteit of chemie tussen de muzikanten. Zeker voor dat laatste is meer nodig dan alleen het bijeenbrengen van beroemde en geroutineerde namen. Maar vanaf het begin is chemie juist het sleutelwoord voor Them Crooked Vultures geweest. Zelfs die allereerste optredens stonden al als een huis, volgens iedereen die erbij geweest is. Het is dan ook niet verwonderlijk dat we een hechte band horen op dit debuut.

Rode loper

Als je de achtergrond van de bandleden in acht neemt is dit stevige rockalbum geen verrassing. Bij de eerste noten is duidelijk wat voor vlees er in de kuip zit: stevige mokerslagen van Dave Grohl en typerende Josh Homme-riffs openen het album. ‘No One Loves Me & Neither Do I’ rolt direct een stevig rocktapijt – zeg maar gerust de rode loper – uit voor deze drie veteranen. Tussen ieder nummer wordt nog geen seconde rust gehouden voordat de volgende compositie alweer door de luidsprekers dendert. Een eerste kort rustpuntje wordt gevormd door het staartje van ‘Mind Eraser, No Chaser’, dat verrassend eindigt met blazers. ‘New Fang’ brengt ons echter in rap tempo terug in de hardrockwereld.

~

Het prijsnummer van het album is ‘Elephants’, waarbij de aanstekelijke gitaarriffs worden afgewisseld met meerstemmige zang. Hoewel de zang maar net boven het geweld uit kan komen, vormt het geheel toch een mooie harmonie. Een tweede hoogtepunt is ‘Bandoliers’. Deze song opent met een mooie gitaarlick die het hele verdere nummer doorspekt. Het is een van de rustigere nummers tussen het (hard)rockgeweld. Toch zit er ook een misser op het album. Het psychedelische ‘Interlude with Ludes’ valt niet alleen uit de toon, het is tevens een volledig overbodige track op deze verder goede plaat.

Gelukkig volgen er nog composities als ‘Caligulove’, dat lekker in het gehoor ligt en subtiel orgelwerk bevat maar ook lekker doorstampt. De finale wordt voorafgegaan door het snijdende ‘Gunman’. De laatste track, ‘Spinning in Daffodils’, opent met pianospel om vervolgens uit te monden in een dampend slot. Terwijl ‘Spinning in Daffodils’ langzaam wegebt is de conclusie helder: Them Crooked Vultures heeft een stevig en bijna perfect rockalbum afgeleverd dat nog lang mee zal gaan.