Nergens doet het echt pijn
.
Haul Away!, zo heet het tweede album van de Britse singer-songerwriter Liz Green, die in 2007 de talentencompetitie van Glastonbury won. Op het album staat veel om van te genieten, maar nergens is er ware euforie.
Toen Liz Green de talentencompetitie van Glastonbury won, schreef BBC dat ze klonk als ‘een verlegen Nina Simone’. Volgens The Guardian had zich hier een ‘excentrieke en bijzonder magische artieste’ aangediend. Greens debuutalbum, O, Devotion! (2011), kreeg overwegend positieve kritiek, en haar liedjes werden getypeerd als ‘een klein beetje chanson, een klein beetje blues, een klein beetje jazz, en een klein beetje cabaret’.
Echte kwaliteit is zeldzaam
Miss Green uit Manchester wordt in haar thuisland dus gezien als een toekomstig grote madame. Ongeveer een jaar werkte ze aan een opvolger van O, Devotion!, en het resultaat is een nieuwe verzameling liedjes getiteld Haul Away!. Maakt Green die lovende woorden waar met haar nieuwe album? De liedjes steken stuk voor stuk knap in elkaar, met rijke instrumentatie en geheimzinnige, intelligente teksten. Echte kwaliteit is echter zeldzaam; voor dat predicaat schiet Haul Away! dus tekort.
De songteksten zijn een van de sterke elementen van Greens muziek. Er wordt verhaald over kraaien, wolven, het bos, de nacht… Steeds om een mystieke, haast ongemakkelijke sfeer te creëren. Maar vooral de verwijzingen naar water vallen op. Green zingt over de zee, over rivieren, over eilanden. Ze gebruikt water als metafoor voor verdolen, verbinding, of isolatie. ‘Waar het waterig is, is het een beetje treurig’, zegt Green erover in een interview. Haar teksten en ideeën komen voort uit bijvoorbeeld de korte verhalen van Etgar Keret, en uit Dante’s Inferno.
Geen gemakkelijke luistermuziek
De diepe, licht nasale stem van Green is een ander sterk punt. Ze zingt voortdurend onvast en een beetje nerveus, alsof ze de mystieke vertellingen in haar liedjes op dat ogenblik meemaakt. Veel van de liedjes zijn in één take opgenomen. Als je de vele tempowisselingen en de rijke instrumentatie in ogenschouw neemt, is dat verbazingwekkend. Vaak lijkt het alsof alle partijen keurig op elkaar zijn afgestemd.
De betere nummers op het album zijn de meer uptempo nummers als titelnummer ‘Haul Away’, alsook ‘Rybka’, ‘Empty Handed Blues’, en ‘Where The River Don’t Flow’. Maar in elk liedje wordt getemporiseerd; na een snel, melodisch stukje volgt een pas op de plaats. Dat zorgt ervoor dat je aandacht steeds wordt vastgehouden. Nee, Liz Green schotelt ons geen gemakkelijk luisterplaatje voor.
Intelligent en zwaar
Twee andere hoogtepunten zijn ‘Into My Arms’ en het instrumentale ‘Little I’. ‘Into My Arms’ is een mooie ballade met een onnodig vrolijk Doris Day-introotje. Onwillekeurig roept dit nummer associaties op met het gelijknamige nummer van Nick Cave. ‘Little I’ is een pianoliedje met een prachtige cellopartij erin. Je verwacht het niet op dit album, en het is de vraag of het wel zo goed past. Laten we het erop houden dat het een alleraardigst intermezzo is.
Na dik 35 minuten ‘Liz Green’ blijft een aantal gedachten hangen. Dat je een boel moois hebt gehoord. Dat je bent meegesleurd in een geheimzinnig wereldje. Dat Green veel talent heeft. Maar ook dat alles een beetje panache mist. Dit is muziek die zwaar leunt op blues- en jazztradities. Dan hoop je toch dat je uitersten van het spectrum gaat meemaken. Haul Away! is intelligent en zwaar, maar ook bedaard. Nergens is er ware euforie. En nergens doet het echt pijn.