Spetterend optimisme
.
Tijdens het schrijven van Places Like This zat een deel van de band in New York, terwijl het andere deel thuis in Australië zat. Samen in de oefenruimte songs schrijven zat er daarom niet in, maar daar was al gauw een oplossing voor gevonden. “Ik schreef een nummer en zette dat op de server zodat de anderen hun partijen daar omheen konden bouwen”, vertelde zanger Cameron Bird onlangs in een interview. Op die manier hadden de bandleden alle tijd en rust om te schrijven, en te experimenteren met de nieuwe composities. Dat hoor je terug in de geluiden op het album waarvan er een aantal onmiskenbaar doen denken aan die gele apparaatjes die je als kind aan je fietsstuur kon bevestigen.
Verhalen
Dat de leden van Architecture In Helsinki barsten van de creativiteit hoor je al na een gemiddeld intro. Maar ook de teksten zijn een weerspiegeling daarvan. Voor hen geen dagelijkse taferelen of gebeurtenissen van de straat, maar vers verzonnen verhalen. Bijkomend voordeel: het voorkomt gezwijmel, waar veel tekstschrijvers zich maar al te vaak tot laten verleiden. Ook kun je het verhaal op die manier zo bizar maken als je zelf wilt, want “je hebt niet de beperkingen van de realiteit”, zo zeggen zij zelf. En het werkt. Behalve dat je door de muziek de plaat in wordt gezogen, leef je ook mee met de personages in de nummers. Daar komt bij dat de zinnen als “Throw your heart to the crows not the vultures” na twee keer luisteren in je geheugen vastroesten, om nooit meer te verdwijnen.
Hoe wijs je een hoogtepunt aan op een plaat met zoveel leuke nummers? Duidelijk is dat er meerdere tracks voor in aanmerking komen, waarvan Like It Or Not er een is. Het nummer start met een traag en absoluut hilarisch ‘gewah’, maar ontaardt al snel in een waar spring- en dansnummer. Met weliswaar een standaard gitaarriff als basis, maar aangekleed met een compleet bizarre zanglijn en vrolijke blazers. Toch is de absolute topper Nothing’s Wrong. Het nummer is een beetje macaber (“Shot an arrow in the head since the apple wasn’t there”) maar wordt evengoed opgewekt gebracht en zit vol bizarre elementen. Zo hoor je halverwege een slippende auto die vervolgens in volle vaart tegen een muur botst en een radio zonder ontvangst. Maar doordat het nummer zo aanstekelijk is, vallen de vreemde stukken weg tegen het geheel. En daaruit blijkt hoe professioneel deze Australiërs zijn. Ook leuk is dat Kellie Sutherland een groot aandeel heeft in de zangpartijen waardoor er een extra dimensie wordt gecreëerd.
Losgeslagen
Deze cd is als een puzzel waarvan alle stukjes precies op de juiste plaats liggen. Zo is de eerste track Red Turned White een echte opener en de laatste track Same Old Innocence een echte afsluiter. Hierdoor lopen alle nummers soepel in elkaar over en er is dan ook geen moment dat Places Like This verveelt. Rode draad is de positieve energie die je vanaf nummer één stevig bij de kraag pakt en je pas aan het einde van de plaat loslaat. Daarmee overtreffen de Australiërs zichzelf, want ook al was er op de vorige albums eenzelfde opgewektheid te vinden, het hield vaak niet de gehele cd lang stand. Zelfs bij het briljante The Cemetery van de vorige plaat In Case We Die leek het nog of de groep zich inhield. Die tijd is gelukkig voorbij want Architecture In Helsinki is losgeslagen. Wie ze live heeft gezien heeft alvast een voorproefje gehad, want de nieuwe nummers worden op de huidige tour al gespeeld. Voor wie ze nog niet heeft gezien, luidt de boodschap: “Kom ons live zien, dan kun je achteraf altijd nog besluiten een hekel aan ons te hebben.” Maar dat dat laatste gebeurt, lijkt hoogst onwaarschijnlijk.