Indrukken van Albanië
Een tijdje geleden was er een indringende reclame van de organisatie War Child op televisie te zien. De leus was ‘je kunt een kind wel uit de oorlog halen, maar hoe haal je de oorlog uit een kind?’. Beklemmende zwart-wit beelden van sombere volwassenen werden ondersteund door teksten die duidden op de traumatische ervaringen in hun jeugd. Als kijker werd je geconfronteerd met een acuut besef van de onmogelijkheid van deze personen terug te keren naar een ‘gewoon’ bestaan. De boodschap is duidelijk, deze mensen zijn onklaar gemaakt.
Maar wat gebeurt er als het beleefde trauma niet zo herkenbaar is voor een buitenstaander, maar zich wel kundig in je geestelijk weefsel heeft genesteld? Is het eigenlijk niet veel enger als de grenzen vervagen tussen wat normaal heet en wat crisis wordt genoemd? Adrian Paci, afkomstig uit het arme en onderontwikkelde Albanië legt in zijn werk de vinger op de zere plek. Slechts de subtiele haperingen in het dagelijks leven, veroorzaakt door het woelige decor van een land in oorlog, krijgen een plek in zijn verhalende video’s.
Lichtpuntjes in het donker
Adrian Paci, Turn on, 2004, video-installatie, video still, courtesy Peter Kilchmann Gallery, Zürich. |
Direct bij de entree wordt je aandacht getrokken door een hard dreunend geluid; achter een gordijn bevindt zich de installatie Turn On (2004). Een korte film, geprojecteerd op een enorm scherm, toont een aantal Albanese mannen in de leeftijd van dertig tot zeventig die zich hebben verzameld op de trappen van een openbaar gebouw. Eerst wordt er nog in stilte afzonderlijk op hun gezichten ingezoomd. De groeven in hun gelaat lijken nog dieper door de schaal waarop de film vertoond wordt. Als het geleidelijk gaat schemeren, zwelt het geluid van generatoren aan, en de gezichten van de mannen worden verlicht door de apparaten die zij in werking hebben gezet. Het flikkerende licht maakt het geheel tot iets schilderachtigs, Caravaggiaans bijna, en de gerimpelde gezichten worden nog sterker geaccentueerd. De generatoren lijken symbool te staan voor het Albanese volk, dat gewend aan beproevingen, geleerd heeft van de nood een deugd te maken, en uit tegenspoed iets moois weet te creëren.
Adrian Paci, Albanian Stories, 1997, video still, courtesy Peter Kilchmann Gallery, Zürich. |
Het gevoeligste van de vier tentoongestelde werken is zonder twijfel Albanian Stories(1997), een reeks verhaaltjes uit de mond van Paci’s dochter. Het lijken onschuldige sprookjes over een koe, een varken en een haan. De onschuld wordt echter al snel vertroebeld als er in de verhaallijn opeens figuren als ‘de internationale machten’ opduiken om de dieren te redden van ‘de duistere machten’. De luchtige manier waarop de kleine Jolanda vertelt over bomaanslagen en het vertrek van het gezin naar Italië, is aangrijpend door de misplaatste vanzelfsprekendheid waarmee de gebeurtenissen besproken worden. Toch schuilt er hoop in de vertellingen; ze laten zien hoe een kind zich deze dramatische ervaringen eigen weet te maken en te verwerken. Misschien vervagen ze daarmee wel tot een herinnering, zoals een slechte droom.
Sporen van verdriet
Een ogenschijnlijke eenvoud maakt Paci’s werk zo indrukwekkend. Hij kiest voor een persoonlijke benadering: hij richt een simpele handcamera op zijn onderwerpen en laat hen praten, als in een intiem gesprek. Zonder veel poespas of drama worden dagelijkse ervaringen verteld, er wordt niet te veel getreurd, al schemert het verdriet wel door. Hierdoor ontstaat niet een gevoel van medelijden bij de toeschouwer, maar eerder een gevoel van ontzag voor de kracht van deze mensen om moeilijke situaties te overwinnen.
De sporen die zijn nagelaten in hun ziel worden soms expliciet zichtbaar, zoals in Turn On, waar het zware bestaan zichtbaar wordt in de gelaatstrekken van de mannen, maar ook in het meer documentaire Klodi (2005). Klodi vertelt over de toestanden van zijn eigen emigrantenbestaan, steeds op zoek naar een thuis – een thuis dat door de heersende bureaucratie nergens te vinden is. Zijn kinderen draagt hij bij zich als tatoeages, al voelt hij eigenlijk niets voor deze manier van lichaamsdecoratie. Maar het is dat of zijn kinderen meeslepen van uitzetcentrum naar uitzetcentrum. Net als alle andere personen uit Paci’s werk is Klodi voor het leven getekend. De solotentoonstelling van Paci laat bovenal zien hoe het dagelijks leven gewoon doorgaat na het trauma, al is het op een ietwat verwrongen wijze.