Film / Films

De onvolmaakte drie-eenheid

recensie: Les amours imaginaires

Les amours imaginaires is de tweede speelfilm van de jonge Canadese regisseur Xavier Dolan. Thema is de liefde, of verliefdheid, gevat in verscheidene vormen. De kracht van het debuut J’ai tué ma mère wordt niet gehaald, maar Dolan weet met een knappe mix van muziek, sfeer en beelden wel de roes van verliefdheid te vangen.

~

Francis (een rol van Dolan) en Marie (Monia Chokri) zijn vrienden en ontmoeten tijdens een etentje Nicolas (Niels Schneider), die onlangs in de stad is komen wonen. Nicolas is met zijn fijne gezicht en blonde krullen net een jonge god en zowel Marie als Francis voelen zich tot hem aangetrokken. Er ontstaat een vriendschap, voorzien van een broeierige spanning. Marie en Francis proberen Nicolas voor zich te winnen en troeven elkaar om beurten af. De vriendschap komt onder druk te staan en Nicolas trekt zijn eigen conclusies.

Dolan debuteerde in 2009 met J’ai tué ma mère, een semi-autobiografisch verhaal over een homoseksuele jongen die de strijd aangaat met zijn moeder. De film was een verbale eruptie, in zijn overdaad versterkt door de lange close-ups, in het oog springende decors en kostuums en het gebruik van muziek. Vet aangezet en theatraal, maar het werkte wonderwel met de complexe belevingswereld van een worstelende tiener. In Les amours imaginaires is de stijl identiek, maar de toon ingetogener. De woede heeft plaatsgemaakt voor verlangen. Dolan speelt net als in het debuut de hoofdrol, maar is als Francis de tegenpool van de vuurspuwende Hubert: dromerig en gevoelig. Ook Anne Dorval, die in J’ai tué ma mère de ondankbare moederrol vertolkte, is in een korte rol te zien.

De film ademt een dromerige en artistieke sfeer. Alles, van een oud kopje tot een dure designertrui, heeft de aandacht van de camera. Marie lijkt met haar vintage kleding en dito haardracht en make-up gemodelleerd naar Anna Karina, de muze van Jean-Luc Godard. Niet gek als je bedenkt dat Godards Pierrot le Fou (1965, met Karina in de hoofdrol) in Dolans top tien van beste films aller tijden staat.

Sensueel en dramatisch

~

In Les amours imaginaires wordt veelvuldig gebruik gemaakt van lange shots, begeleid door muziek van onder andere The Knife, Vive la Fête en een Italiaanse uitvoering van Nancy Sinatra’s Bang Bang. Opvallend is dat Dolan de nummers vrijwel in zijn geheel laat horen en in het geval van Bang Bang zelfs herhaalt. Het geeft de film, die visueel al dramatisch en sensueel is, een extra lading mee. Alleen een seksscène van Francis, in groene tinten gefilmd en voorzien van klassieke muziek, is vrij banaal. 

De verhaallijn wordt zo nu en dan onderbroken door korte fragmenten met een aantal twintigers die vertellen over hun ervaringen in de liefde. Hiermee poogt Dolan zijn film een serieuze en soms hilarische draai te geven, als een greep uit het echte leven. Het voegt echter geen meerwaarde toe. Wat de film bijzonder maakt, is het — via kleurrijke beelden, pakkende decors en kleding en een hippe soundtrack — invoelbaar maken van de roes van verliefdheid. Om zich vervolgens in de tweede helft van de film te richten op de destructie. Relaties die kapot gaan, vriendschappen die niet meer hetzelfde zullen zijn. Maar het leven gaat door, ook voor Francis en Marie, en in het verrassende einde (met een gastrol voor de bekende Franse acteur Louis Garrel) lijkt er toch weer ruimte te zijn voor passie.

Les Amours Imaginaires is theatraal en uitgesproken, maar Dolan doet het allemaal met zoveel smaak dat daar tevens de kracht van de film ligt. Het debuut wordt niet geëvenaard, maar Dolan toont zich opnieuw een opvallend filmmaker met een eigen stempel.