Sterke cast in slap verhaal
Jeroen Krabbé, die voor het eerst sinds twaalf jaar weer in een vaderlandse productie speelt, en dan ook nog als tegenspeler van de Vlaamse steracteur Jan Decleir… Hoe veelbelovend moet een Nederlandse film zijn om genoeg publiek in de zaal te krijgen? Nog veelbelovender blijkbaar, want Off Screen trok nog geen drieduizend bezoekers. Maar in dit geval is dat niet erg verwonderlijk: de film maakt bij de kijker niet meer los dan een doorsnee Nederlands tv-drama.
De Belgische filmgigant speelt zijn rol met verve. Als een overblijfsel uit een andere tijd slentert hij door de chauffeurskantine, van iedereen vervreemd. Het is ontroerend om te zien hoe Voerman steeds meer vereenzaamt zonder het zelf door te hebben. Als hij min of meer toevallig in contact komt met Gerard Wesselinck, hoofd sound and vision bij Phillips (gespeeld door Jeroen Krabbé), wordt het voor de kijker pas echt interessant. De vileine, nonchalante rol is Krabbé op het lijf geschreven en steekt mooi af tegen het in zichzelf gekeerde personage van Decleir.
Onduidelijk
Helaas vormt het samenspel van deze karakteracteurs het enige hoogtepunt van de film. Illusie en werkelijkheid lopen in het verhaal door elkaar: bepaalde personen en gebeurtenissen lijken alleen door John Voerman waargenomen te worden. Dit gegeven vinden we ook terug in films als A Beautiful Mind en het kan dus een mooie film opleveren, maar waar het kassucces van Ron Howard een afgerond verhaal vertelt, roept het scenario van Heinen vooral onduidelijkheid op. Want waarom duiken ook de ‘echte’ personages plotseling op uit het niets? Wat is de betekenis van Voermans uitzonderlijke algemene ontwikkeling en zijn obsessie voor Astrid Joosten? En is zijn vrouw echt alleen maar bij hem weggegaan omdat hij ’teveel nadenkt’? Deze verwikkelingen, plus de hersenspinsels van Voerman, zorgen ervoor dat de film op een gegeven moment al zijn spanning en geloofwaardigheid verliest.
De montage van Kuijpers maakt het er niet beter op. Flashbacks worden ingeleid door flitsende, duidelijk van The Matrix gejatte shots, waarvan de snelheid totaal niet correspondeert met het ietwat trage tempo van de film. Want Off Screen kabbelt net zo rustig door als iedere willekeurige Nederlandse dramaserie van de publieke omroep, ondanks de inspanningen van de sterke cast. Bleven de bioscopen al leeg, een gang naar de videotheek is deze film eigenlijk ook al niet waard.