Film / Films
recensie: Murderball

Murderball is voor elke sportliefhebber een must om te zien, en absoluut hilarisch. Want zonder uitzondering zijn alle sporters die het spel spelen kenners van misplaatst sentiment. Hun Jet-stoelen zijn dan ook niets anders dan een middel om het spel gepassioneerd te spelen. Omgeven door het staal spelen ze agressief en razendsnel in een moordende competitie om de bal. Razend geliefd bij het uitzinnige publiek (en vooral de vrouwen) zijn het helden op het veld en winnaars buiten de arena; aan handicap, clichés of vooroordelen hebben ze allemaal maling.

~

Quadrugby (voorheen ‘Murderball’) is een snelgroeiende tak van sport voor zwaar gehandicapten. Ontwikkeld in Canada en in 1981 geïntroduceerd in Amerika zijn er tegenwoordig wereldwijd 36 landenteams, waaronder een Nederlandse. In Amerika zijn inmiddels 45 teams en veel spelers zijn prof. Alle spelers zijn te zwaar gehandicapt – aan armen en benen (‘quad’) – om te kunnen spelen met bijvoorbeeld een basket. Daarom zijn de regels aangepast en bevat het spel elementen van volleybal, hockey, rugby en basketbal.

De kracht van deze film zit hem naast de meeslepende sport, flitsend en snel gesneden, vooral in het kijkje achter de schermen in het leven van de concurrenten Mark Zupan en Joe Soares. Mark Zupan, speler en woordvoerder van het Amerikaanse team, ziet er niet uit als een lieverdje. Met zijn ringbaardje en vele tatoeages is de dertigjarige civiel ingenieur het toonbeeld van een vechtersbaas. De gezonde kijker krijgt dat meteen voor de kiezen als we hem in de openingsscène zijn broek zien uittrekken. Het kost tijd, heel veel tijd en geduld. De toon van de film is gezet.

Landverrader

Zupan is open en zonder gêne en daarmee de tegenpool van de driftige Joe Soares. In 2000 werd de drieënveertigjarige Soares als speler uit het olympisch team van Amerika gezet en sindsdien is hij coach van Canada. Door de Amerikanen wordt hij gezien als een landverrader. Zupan en Soares zijn dan ook felle tegenstanders van elkaar en dat steken ze niet onder stoelen of banken. Als Soares in de competitie als eerste eindigt en de Canadezen favoriet maakt voor de Paralympics van 2004 schreeuwt de partij van Zupan dan ook om wraak. Met veel humor en zelfspot over hun eigen zwakheden, verpakt in goede porties seks, drugs en rock-‘n-roll, volgen we hoe het Amerikaanse team zich opmaakt voor revanche.

~

De persoonlijke drama’s en de geestelijke frustraties die komen kijken om afhankelijkheid te accepteren en te overwinnen weet deze film meesterlijk te verweven met sport. Daarbij is de prijs die elke speler betaalt hoog. Niet voor niets zegt een van de atleten: “Er komt een moment dat de geest een groter obstakel is dan de rolstoel.” De illustratie van de intieme kwetsbaarheid, de kracht en tijd die nodig zijn om dat te overwinnen maken de film tot een monument van menselijkheid.

Publieksprijs

De inspiratie voor Murderball was een krantenartikel over de sport dat filmmaker Dana Adam Shapiro toevallig las. Samen met Henry Alex Rubin schoten ze, in de periode van tweeëneenhalf jaar dat ze het team volgden, ruim tweehonderd uur aan materiaal en brachten ze veel tijd door met de spelers, die ze bezien als unieke vrienden. Het is volgens de makers dan ook vooral hún film. Murderball maakte dit jaar zijn debuut op het Sundance Festival. Het won de publieksprijs en een speciale juryprijs voor de montage van Geoffrey Richman.