Communicatieproblemen aan het licht
Een ‘vluchtsmisdrijf’, zoals men het doorrijden na een ongeluk in België noemt, betekent het begin van Een ander zijn geluk. Een kleine jongen wordt daarbij dodelijk geraakt en van de dader ontbreekt elk spoor. Kort na het ongeluk is Christine (Ina Geerts) toevalligerwijs ter plaatse en waarschuwt ze de politie nadat ze het kind in de berm ziet liggen. Als de politie is gearriveerd is het dode kind verdwenen; het is door de vele regen de berm afgegleden en in de rivier beland. Omdat Christine een moeilijke periode in haar leven doormaakt – ze ligt in scheiding met haar man – twijfelt ze aan wat ze gezien heeft. Later blijkt de twijfel ongegrond, maar praten over wat ze gezien heeft lukt haar niet.
Bindende factor
Naast de onmacht tot communiceren bindt deze mensen het feit dat ze allemaal in het kleine Belgische dorpje wonen dat getroffen is door het onheil van het doodgereden kind. Alle bewoners die direct betrokken zijn bij het ongeluk kennen elkaar (dader, slachtoffer en getuige) of staan op zijn minst met elkaar in contact. Echter, doordat ze allemaal slecht communiceren hebben ze geen weet van elkaars rol binnen het vluchtsmisdrijf. De bestaande tekortkoming om te communiceren binnen relaties komt door de traumatische gebeurtenis die de bewoners van het dorp treft bovendrijven.
De kracht van de film zit hem in dit gegeven. Regisseuse Fien Troch weet op een aardige wijze de verhaallijn van het zoeken naar de dader van het vluchtsmisdrijf binnen een kleine gemeenschap te koppelen aan de algehele onkunde tot communicatie. Troch kiest ervoor om in de anderhalf uur die de film duurt een tal van personages en gebeurtenissen te introduceren. De personages, inclusief het personage van Christien, worden zo nooit helemaal uitgediept, met het voorziene en bijkomende voordeel dat het gissen blijft naar hun diepere emoties. Het gevoel van algehele communicatiemoeheid wordt daardoor op een mooie wijze duidelijk.Net te weinig
Ondanks de aantrekkelijke gelaagdheid van de film, mist zij nog wat brille. Troch heeft af en toe oog voor wat aardige toevoegingen, waaronder een aantal komische scènes waar de tragiek van afdruipt. Tevens heeft ze getracht een moment van reflectie in te bouwen. Tegen het eind van de film wordt een meisje met haar twirlstokjes, onder de klanken van klassieke muziek in slow motion door de camera gevangen. Spijtig genoeg worden deze elementen niet voldoende doorgevoerd om de film van een extra dimensie te voorzien. Toch is de pas 28-jarige Belgische regisseuse erin geslaagd om van haar eerste lange speelfilm een mooie psychologische schets te maken, van mensen die de macht niet meer hebben om zich in elkaar te verdiepen en om elkaar te begrijpen.