Boeken / Fictie

Verhaal van verbinding strandt in stereotypen

recensie: Mathias Enard (vert. Katrien Van den Berghe) - Vertel hun over veldslagen, koningen en olifanten

Mathias Enard vertelt ons hoe de jonge Michelangelo Buonarroti, hofkunstenaar van de paus, kennismaakt met de entourage van de sultan in Istanboel. Een ontmoeting tussen twee werelden, die volgens Enard veel van elkaar konden leren. Toch werpt de novelle de vraag op hoe zo’n ontmoeting eigenlijk beschreven moet worden.

In het jaar 1506 vertrekt Michelangelo Buonarroti, dertiger en al befaamd beeldhouwer, in het geniep naar Istanboel. Op uitnodiging van sultan Beyazid II zal hij daar werken aan het ontwerp voor een prestigieuze brug over de Gouden Hoorn. De reis naar het oosten is tevens een sneer naar paus Julius II, met wie de trotse Michelangelo in ongenoegen leeft over een opdracht. Behalve een uitnodiging en een schets ontbreken de concrete aanwijzingen dat deze reis daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Een mogelijk bezoek van de huisartiest van het Vaticaan aan het centrum van het islamitisch wereldrijk was voor arabist Mathias Enard niettemin aanleiding voor een vrije interpretatie van de feiten.

‘Een uitbarsting van creativiteit’


De hardwerkende, ascetisch levende kunstenaar weet niet wat hij meemaakt als hij in aanraking komt met de feesten in de omgeving van de sultan. Het bruisende Istanboel trakteert hem op ware liefde en op wat zijn eerste kater lijkt. De achterflap van het boek verklapt dan ook alvast waar dat toe leidt: ‘een uitbarsting van creativiteit die hem een subliem ontwerp voor de brug oplevert’.

Constantinopel blijkt kortom een welkome inspiratiebron, en Enard benadrukt meermaals de invloed die de kennismaking met het Osmaanse Rijk op Michelangelo’s latere werk heeft. Michelangelo is onder de indruk van de mate van tolerantie die het Osmaanse Rijk kenmerkt. Terugdenkend aan de in 1492 uit Spanje verjaagde joden, mijmert hij: ‘Vreemde mensen, die mohammedanen, met hun tolerantie voor alles wat christelijk is.’

Stereotypen


In een interview met het Franse weblog Le globe-lecteur zegt Enard over zijn boek dat hij graag het verleden gebruikt om over het heden te spreken. Door eeuwenoude contacten en uitwisselingen tussen de islamitische en de christelijke wereld als uitgangspunt te nemen, positioneert hij zijn novelle dan ook in het maatschappelijk debat rond de positie van de islam in Europa.

Ironisch genoeg verzandt Enard op zijn beurt eveneens in stereotypen van een exotische wereld; zij het niet die van bebaarde, in esoterische bewoordingen fatwa’s over homoseksuelen uitroepende imams. Michelangelo vindt bezieling in pure, androgyne mensen die sensueel dansen, en van wie hij pas na meerdere ontmoetingen het geslacht kan achterhalen. Het is een wereld waar homoseksualiteit even wijdverspreid en geaccepteerd lijkt als heteroseksualiteit.

Alles in teken van het Schone

Te midden van dit alles worstelt de kunstenaar Michelangelo met zichzelf. Hij is immers niet zomaar een kunstenaar, hij is Kunstenaar. Alles wat hij doet staat in het teken van het Schone. Zoals het een waar Kunstenaar betaamt, is Michelangelo onnavolgbaar in zijn buien en temperament, en worstelt hij met de liefde. En hoewel hij over de gehele spanne van het boek geldproblemen heeft, blijft zijn missie helder:

[H]ij ziet dat hij in de greep is van een lichamelijk en geestelijk genot zoals alleen Kunst, en misschien ook opium en wijn, dat kunnen verschaffen.

Zo blijft Vertel hun over veldslagen, koningen en olifanten hangen in stereotypen. Het romantische stereotype van de kunstenaar die zichzelf buiten de maatschappij plaatst voor het ideaal van Ware Schoonheid, maar ook dat van de wereld die deze kunstenaar aantreft. Het is het klassieke Midden-Oosten als verwoord door schrijvers en dichters, en zo sensueel afgebeeld door romantische schilders als Gérôme en Délacroix. Het is precies deze traditionele weergave van het Midden-Oosten waar Enard zich van bedient die door Edward Said, en andere postkoloniale denkers na hem, als ernstig beperkt werd afgedaan.

Worsteling


De naoorlogse, ‘politiek correcte’ relativering van cultuurverschillen ligt de laatste jaren hevig onder vuur. Mensen willen weer kunnen oordelen over hun medemens; bij voorkeur aan de hand van, zogezegd, onverenigbare culturele tegenstellingen. Het is daarom opmerkelijk dat een verhaal dat onmiskenbaar is geschreven om deze tegenstellingen te overbruggen, eveneens put uit aloude stereotypen. Enard schetst een positieve en rijke weergave van het Oosten, maar put daarvoor uit typeringen van een wereld die onverenigbaar met het Westen zou zijn. Misschien is de novelle daarmee ook wel illustratief voor de intellectuele en maatschappelijke worsteling met globalisering en multiculturalisme; balancerend tussen een universeel cultuurrelativisme en het accentueren van onoverbrugbare culturele scheidslijnen.