De logos, eros en thymos van Narcissus
Als er een pil zou bestaan die je intelligenter kan maken, zou je die dan innemen? De hoofdpersoon van Maarten Schinkels roman Narcissus aarzelt geen moment. Hij begeeft zich in een wereld waarin alles draait om geld en wil zich koste wat het kost staande houden.
David Stresemann heeft net een nieuwe baan aangenomen bij een hedgefonds, een nogal competitieve werkomgeving. Zonder de consequenties te kunnen overzien, neemt hij van een collega een pil aan die zijn intelligentie moet opstuwen tot ongekende hoogte. Die pil komt als geroepen. Stresemann moet namelijk om zijn plek in het bedrijf zeker te stellen met een ingenieus plan op de proppen komen waarmee veel geld kan worden verdiend. Dat lukt hem wonderwel, maar of dat echt door de pil komt betwijfelt hij.
Het mysterie Cho
Vlak na het innemen van de pil ontmoet Stresemann namelijk de bloedmooie en intelligente Cho, die hem dat ingenieuze plan tot twee keer toe aan de hand doet. Het klikt tussen hen en Cho zet zijn leven op zijn kop. Hij valt als een blok voor haar en wanneer zijn vriendin voor een werkbezoek in Londen is gaat hij met Cho helemaal los. Ze is eigenlijk te mooi om waar te zijn. Dat er uiteindelijk toch iets niet aan haar klopt, blijkt uit zinnen als ‘”Jezus,” had hij uitgeroepen toen ze hem masturbeerde, “je kan het even goed als ikzelf!”‘
Het verhaal uit de Griekse mythologie rond de figuur Narcissus die verliefd wordt op zichzelf en uiteindelijk daaraan ten onder gaat vormt het centrale thema van de roman. Dat de naam Cho wel erg veel op die van de nimf Echo lijkt, hoeft dan ook niemand te verbazen. Ook Stresemann voldoet moeiteloos aan het profiel van Narcissus. Hij wordt vanaf de eerste pagina geportretteerd als een zelfingenomen mannetje dat maar al te graag op anderen neerkijkt en over hen oordeelt.
Sterke compositie
Ondanks dat dit thema in eerste instantie nogal doorzichtig lijkt, staat de roman qua compositie als een huis. Er blijven naast het verhaal van Narcissus nog genoeg andere zaken over om te ontdekken. Voor de lezer die van literaire grapjes houdt, is het leuk de namen van de personages en bijvoorbeeld de naam van het huis van de baas van het hedgefonds online op te zoeken. Een aangename samenhang zal zich openbaren en zal het leesplezier zeker ten goede komen. Maar ook engagement is Schinkel niet vreemd. Het boek zet de lezer aan het denken en blijft mede daardoor steeds boeien.
Narcissus is een intelligente roman waarin de hebzucht op de financiële markt en de opgeblazen ego’s die daar de dienst uitmaken kritisch worden bekeken. Ook bevat de roman een interessante discussie over het gelijkheidsideaal van de afgelopen eeuw, dat op zijn einde dreigt te lopen. Schinkel laat zien goed op de hoogte te zijn van de visie van een aantal vooraanstaande moderne filosofen ten opzichte van het morele verval van de westerse samenleving als gevolg van het liberalisme. Gedachten over de relatie tussen intelligentie en bewustzijn geven het geheel uiteindelijk nog een aangenaam metafysisch jasje.