Amerika’s zelfkant, in your face!
In 1966 verscheen Don Carpenters debuutroman Hard Rain Falling. Veel opschudding veroorzaakte het boek niet in Amerika en het belandde al snel in de vergetelheid. Ook de Nederlandse vertaling De harde regen uit 1968 werd geen kassucces. In 2009 werd het boek herontdekt en nu is er een Nederlandse heruitgave: Noodweer.
Noodweer vertelt het verhaal van het keiharde en gewelddadige leven van de crimineel Jack Levitt, geboren in 1930 in de staat Oregon, aan de Westkust van Amerika. Hij groeit op in een weeshuis en heeft zijn ouders nooit gekend. Zoals we uit films en romans weten, is het weeshuis een harde leerschool. De sporen laten zich raden: Jack is cynisch, opportunistisch, agressief en laat niemand toe.
De zelfkant van de grote stad
In 1947 loopt de dan zeventienjarige Jack weg uit het weeshuis. In de stad Portland zwerft hij als kleine crimineel rond, op zoek naar snel geld voor onderdak, eten, drank en seks. In een van de poolcafés ontmoet hij Billy Lansing, een zwarte jongen met een bijzonder pooltalent die zojuist van huis is weggelopen. Vrienden voor het leven lijken ze niet te worden, en Jack bedenkt zelfs allerlei manieren om ‘die nikker’ te beroven van de dollars die hij bij elkaar poolt. Iets weerhoudt hem hiervan, maar wat?
Zeven jaar later, het is inmiddels 1954, ontmoet Jack Billy weer, nu in de beruchte gevangenis San Quentin. Jack is in de tussentijd van gevangenis naar gevangenis gerold, tussendoor zwervend van de ene naar de andere haveloze hotelkamer; drinkend, hoererend en stelend. Zijn leven is één grote doelloze litanie, maar hij komt er niet toe eruit te stappen.
In de isoleercel
Het hoofdstuk waarin wordt verteld van Jacks opsluiting in de isoleercel van het tuchthuis is briljant. Het is ijzingwekkend en verstikkend proza, maar tegelijkertijd extreem aangrijpend en vol leven. Misschien komen we hier wel heel dicht bij wat de gevangen op Guantánomo doormaken?
Het was de gedachte die hij zo lang mogelijk bleef koesteren en het was altijd de laatste die hem verliet als hij weer wegzakte in het niets: ze hadden hem zijn waardigheid ontnomen en hij zou ze daarvoor doden.
In San Quentin delen Jack en Billy een cel en eindelijk heeft Jack de tijd om over zijn leven na te denken. In de lange gesprekken met Billy spreken ze over de onrechtvaardigheid van het systeem. Het systeem dat kleine overtreders vastzet, maar dat de grote boeven, zittend in hun luxe kantoorgebouwen, geen strobreed in de weg legt. Tijdens de gesprekken begint Jack iets van zichzelf en de wereld te begrijpen, en niet minder belangrijk: hij leert wat liefde is. Hij ziet ook in waarom hij Billy vroeger niet kon beroven.
Roadmovie en Bildungsroman
Noodweer is niet alleen een literaire roadmovie over de zelfkant van de maatschappij. Het is ook een Bildungsroman en een meedogenloze aanklacht tegen de Amerikaanse maatschappij van de jaren zestig. En het is meer: het is een verhaal over liefde en vriendschap en hoe die je leven kunnen redden en breken.
De stijl van het boek is zonder enige opsmuk of onnodig literair gedoe en de woorden passen perfect bij de personages. Ondanks de keiharde buitenkant van Jack Levitt weet hij je uiteindelijk door zijn oprechtheid diep te raken. En dat is knap, want waar Jack aan het begin wordt neergezet als een opportunistische klootzak met veel zelfmedelijden, krijgt Carpenter het voor elkaar dat je steeds meer sympathie voor deze verschoppeling krijgt.
Irritant veel typefouten als enige kritiek
Ere wie ere toekomt. Dat uitgeverij Van Gennep de roman weer in druk heeft genomen, is zeer te prijzen. Wel jammer dat er blijkbaar geen geld meer was voor een fatsoenlijke eindredactie. De tekst staat vol met typefouten, en dat terwijl ze toch genoeg tijd hadden om die eruit te halen.
Don Carpenter is nu achttien jaar dood, in 1995 pleegde de ernstig zieke schrijver zelfmoord. Voor de overtuigd atheïst die Carpenter was, hoeft het niet meer, die postume roem. Maar doe de lezers een plezier: herdruk zijn boeken!