Boeken / Fictie

Voor de vuurpeletons aan

recensie: Amos Oz - Een verhaal van liefde en duisternis

Portretten van schrijvers sieren vaak de achterflap van een boek en in interviews wordt vaak geprobeerd een schrijver bepaalde uitspraken te ontlokken over zijn privéleven. Veel mensen zullen een soort heimelijke nieuwsgierigheid hebben naar ‘de persoon achter het boek’. Toch heeft een lange ‘autonomistische’ traditie ertoe geleid dat niemand zich al te openlijk afvraagt of de schrijver over eigen ervaringen schrijft, laat staan dat iemand de ik-figuur in de roman gelijk zal stellen aan de schrijver. Toch geven sommige boeken daar aanleiding toe, zo ook Een verhaal van liefde en duisternis van Amos Oz (1939).

De vergelijkingen tussen de schrijver en het romanpersonage Amos dringen zich al in het begin van de roman op. Afgezien van het feit dat ze dezelfde voor- en achternaam hebben, vertonen hun levensverhalen veel gelijkenissen, zoals hun leven in de kibboets. Oz maakt echter korte metten met diegenen die alleen deze vergelijkingen trekken. De roman is niet geschreven om te vertellen wat er echt gebeurd is in het leven van Oz; het blijft een roman. Lezers die Een verhaal van liefde en duisternis enkel zo beschouwen, noemt Oz ‘slechte lezers’: “De slechte lezer verlangt van mij dat ik het boek dat ik geschreven heb voor hem afpel. Hij eist van mij dat ik eigenhandig mijn druiven voor hem in de vuilnisbak gooi en hem alleen de pitjes serveer.” Die lezer is alleen op zoek naar de kale feiten over Oz in deze roman: wat is er echt gebeurd?

Onzichtbaar zijn

~

Amos is de hoofdpersoon in Een verhaal van liefde en duisternis. Deze persoon, die alle lotgevallen vertelt, groeit op tussen boeken in zeventien talen in een kelderwoning, waar hij samen met zijn geëmigreerde ouders woont. Afkomstig uit Oost-Europa zijn zij voor de oorlog naar Palestina vertrokken, maar in de verhalen over hun Europese belevenissen, die voor Amos’ geboorte plaatsvonden, lijken ze voor een groot deel daar nog te leven. Hun vroegere verlangen naar een terugkeer naar het beloofde land Kanaan, lijkt omgeslagen in een leven vol op je hoede zijn, je daarbij schikkend naar de wil van anderen om maar vooral geen woede op te wekken bij de Britten, de Palestijnen en andere Joden – ofwel: om maar zo onzichtbaar mogelijk door het leven te gaan.

Onpartijdigheid

Een verhaal van liefde en duisternis is een omvangrijke roman. In het lijvige boek wordt niet alleen de indrukwekkende geschiedenis van een familie verteld, maar ook de ontwikkeling van een schrijver en de omstandigheden in een verdeeld Israël. De politieke omstandigheden spelen wel een rol in het verhaal, maar vormen slechts een achtergrond, een eerste laag waarop Oz verder schildert. Soms maakt Oz het wel persoonlijk, als hij bijvoorbeeld vertelt over een vriendin van zijn moeder die door een verdwaalde granaat wordt getroffen. Het is schrijnend, maar door alleen Joodse gevallen te vermelden lijkt Oz toch te kiezen voor een van de twee kampen. Die partijdigheid – hoe begrijpelijk ook voor een Joodse schrijver – doet deze passage geen goed. Elders in de roman is er gelukkig geen sprake van soortgelijke keuzes of wordt de lezer niet gedwongen te oordelen over een van de twee volken.

Zoekend schrijven


De geschiedenissen, gebeurtenissen, grappige en ontroerende personages worden nog mooier door Oz’ bijzondere schrijfstijl. Soms maakt hij lange zinnen waarin hij, door kleine nuances, dingen telkens opnieuw probeert te verwoorden. Het is alsof hij nog een andere formulering probeert die de sfeer, zijn gedachten of zijn gevoelens beter weergeven. Dat wat Oz soms niet goed kan bevatten, een situatie, of moment, probeert hij in taal te zoeken en zo precies mogelijk te beschrijven, zoals in zijn eerste liefde voor het Hebreeuws, dat hij leert op de Tachkemonischool:

Mijn hart ging uit naar het plechtige idioom, naar de bijna vergeten woorden, naar de vreemde zinsconstructies en naar de afgelegen plekken in de dichte wouden van de taal, daar waar honderden jaren lang nauwelijks een mens een voet gezet had, naar de doordringende schoonheid van de Hebreeuwse taal

Niet alleen de pitjes


De ‘slechte lezer’, waar Oz in het begin van zijn roman over schreef, zal in deze roman niet genoeg hebben aan de pitjes, of aan een antwoord op de vraag of Een verhaal van liefde en duisternis nu wel of niet helemaal autobiografisch is. Zodra je het boek openslaat, beland je in een andere wereld, vol verwarrende of ontroerende verhalen of bladzijden die je doen vergeten dat je leest.
Toch kun je niet ontkennen dat deze roman dichtbij Oz staat. En omdat hij zo zeer sterk verbonden lijkt met dat autobiografische aspect wil ik liever de lezer zijn, die niet hoeft te oordelen, maar die leest en het gevoel heeft dat Oz nog vlak achter hem/haar zit mee te lezen. Hij is dan nog niet weg bij zijn werk, maar kijkt nog mee, is deelgenoot van je leeservaringen. Na de lezers echter, “komen de literaire experts, de geleerden, de critici en de vuurpelotons. Maar dan ben ik al weg.”