Nieuwe verhalen van Bernhard Schlink
De voorlezer (1995) van Bernhard Schlink, waarvan boek en verfilming nauwelijks voor elkaar onder doen, zal door de halve wereldbevolking genoten zijn. Van zijn hand zijn nu negen verhalen in vertaling verschenen als Afscheidskleuren.
Het prettige van Schlinks stijl is dat hij niet veel op heeft met (poëtische) beschrijvingen, die andere schrijvers vaak nodig hebben om sfeer aan een verhaal te geven. Hij concentreert zich op wat er gebeurt, het waar en wanneer wordt zakelijk aangeduid. Deze aanpak laat ruimte voor wat er in de personages omgaat en ook dat doet hij eerder per centimeter dan per meter. Hier verraadt zich de auteur van detectiveromans: eerst achterhouden en pas later prijsgeven van oorzaken en gevolgen roept spanning op. Daar is hij goed in, al valt dan wel het gemeenschappelijke in de opbouw van zijn plots op.
Vreemd
De bundel begint met de beste verhalen. De daaropvolgende verhalen laten vreemde ingrepen zien en vallen mede daarom wellicht tegen. Zo is het langste verhaal geschreven als een samenvatting ervan. Na het exposé wordt een bezielde ontwikkeling node gemist. In plaats daarvan ontrollen in vogelvlucht de compacte jaren. De figuren die daarin inderdaad nogal figureren worden daardoor hun karakters onthouden. In een ander verhaal lees je alleen gebeurtenissen en weinig dialoog die die zou kunnen verlevendigen. Merkwaardig en al te kaal is dat de hoofdpersoon steeds als de zoon of de jongen wordt aangeduid en geen naam krijgt toebedeeld. In de laatste twee alinea’s zit het verhaal pardoes twee jaar verder.
Verhalen
In alle verhalen speelt afscheid als motief niet al te letterlijk een rol. Mensen raken op veel verschillende manieren uit elkaar. Daaraan voorafgaand is een en ander verkeerd gegaan, soms noodlottig. Later wordt, soms toevallig, het hoe en waarom in gesprekken, waar mogelijk met betrokkenen, tegen het licht gehouden in een poging ermee in het reine te komen. Voor het centrale personage kiest Schlink bij voorkeur een al wat oudere man, waardoor er een autobiografisch zweem over de verhalen lijkt te hangen.
Afgaand op boekbesprekingen door de jaren heen lijkt Schlink beter in zijn verhalen te slagen dan in zijn romans, genres die hij zo te zien om beurten geschreven lijkt te hebben, alsof hij geen keuze kan of wil maken. Goede reden om voorgangers van Afscheidskleuren te gaan lezen, zoals De liefdesval en Zomerleugens.