Film / Films

Creatief met klei

recensie: Wallace & Gromit: The Curse of the Were-Rabbit

Na een aantal bekroonde korte producties is het duo Wallace en Gromit nu in de bioscoop te zien in The Curse of the Were-Rabbit. Hoewel Chicken Run in Nederland een groot succes was, zijn deze oudste creaties uit de Aardman-stal hier nog redelijk onbekend. Deze eerste lange speelfilm rondom deze sympathieke klei-figuurtjes zal daar ongetwijfeld verandering in brengen. Als het al geen hype wordt.

~

In The Curse of the Were-Rabbit zijn de dorpsgenoten van Wallace en zijn hond Gromit geheel in de ban van de jaarlijkse groentewedstrijd. Iedereen heeft zich vol overgave gestort op de kweek van gigantische courgettes, pompoenen en winterpenen in de hoop de gouden wortel binnen te halen. Om hun oogst te beschermen tegen hongerige konijnen, hebben de fanatieke deelnemers hun moestuinen elektronisch laten beveiligen bij Anti-Pesto; het ongediertebestrijdingsbedrijf van Wallace en Gromit. Wanneer een konijn in een van de tuinen gesignaleerd wordt, schieten Wallace en Gromit in actie om het indringertje te vangen.

Vegetarisch monster

Alles gaat perfect, totdat op een ochtend alle tuintjes veranderd zijn in een complete ravage. Volgens de pastoor het werk van een enorm monster. De inwoners van het dorp zijn in rep en roer, want als dit groenteverslindende monster blijft toeslaan, kan de wedstrijd niet doorgaan. Omdat menigeen het laatste simpelweg niet zou overleven, besluiten ze dat het monster zo snel mogelijk uitgeschakeld moet worden. En wel door Wallace & Gromit.

Liefde

De eerste lange speelfilm van Wallace en Gromit is zo’n visueel spektakel, dat je je bijna niet kunt voorstellen dat alles wat je ziet van klei gemaakt is. Wetend dat een filmseconde uit 24 beeldjes bestaat en de makers voor elk beeldje iets aan de poppen moesten ‘verkleien’, kan je niet anders stellen dan dat de medewerkers van Aardman Productions veel liefde voor hun vak hebben. Een liefde die er bij elk beeld vanaf druipt, want het is duidelijk dat kosten noch moeite zijn gespaard om alles er zo sensationeel en levendig mogelijk uit te laten zien. De scène waarin Wallace en Gromit gewekt worden door een ingenieus alarmsysteem is zo duizelingwekkend snel en knap gemaakt, dat het onbegrijpelijk is dat er geen computer aan te pas is gekomen. Slechts bij een paar scènes was er sprake van digitale interventie, maar dan ook alleen voor ‘onschuldige’ zaken als het creeëren van mist en elekriciteitsgolven. Voor de rest is alles onvervalste handycraft.

Expressieve hond

~

Het is bijna wonderlijk hoe de makers van The Curse of the Were-Rabbit plasticine poppen hebben weten om te toveren tot persoonlijkheden van vlees en bloed. Van hoofdpersoon Wallace tot aan de konijnen toe hebben alle figuren hun eigen karakter. Vooral aan de hond Gromit herken je het ware vakmanschap. Omdat hij niet kan praten, ligt alle nadruk op zijn visuele en lichamelijke expressie, die zo knap zijn vormgegeven dat zijn persoonlijkheid even helder is als die van de sprekende figuren. Ook de stemmen zijn overigens (in de originele versie) bijzonder goed gecast. Als je Wallace (Peter Sallis) hoort, weet je meteen wat voor vlees je in de kuip hebt: een trage, ietwat simpele ziel met louter goede intenties. Ook Helena Bonham Carter en Ralph Fiennes zijn uitmuntend als dame van stand Lady Tottington en de arrogante Victor Quartermaine.

Humor

Naast het feit dat The Curse of the Were-Rabbit indrukwekkend is om naar te kijken, is de film vooral erg grappig. De humor zit hem voornamelijk in originele visualisaties en slapstick-achtige toestanden, maar ook in de karakters van Wallace en Gromit en hun onderlinge verhouding (simpel baasje versus slimme hond). Verder zitten er een aantal ‘verborgen’ geintjes in, zoals de titels in de boekenkast van kaasliefhebber Wallace (East of Edam en Fromage to Eternity) en het nummer Bright Eyes van Art Garfunkel dat op de radio voorbijkomt wanneer Gromit achter de Were-Rabbit aanzit. Kortom: The Curse of the Were-Rabbit is op en top vermaak voor jong en oud!