Dramatiek met uitroepteken
In vrijwel elke scène van The Station Agent wordt een shagje aangestoken. Een pakje Drum ligt achteloos in beeld. Een van de hoofdpersonen beweert zelfs met droge ogen dat zij op haar negentiende met een jongen naar bed ging, om de eenvoudige reden dat hij zijn eigen sigaretten kon rollen. Is dit een vorm van product placement? Wil regisseur Thomas McCartney benadrukken dat dit zo’n typische lowbudget, Amerikaanse, ‘independent’ film is? Hoe dan ook: het wordt zó benadrukt, dat het bijna een grap lijkt.
Bijna alles in The Station Agent krijgt een uitroepteken. De lilliputter en treinenfanaat Finbar McBride (Peter Dinklage) verliest zijn enige vriend, die hem een oud stationsdepot nalaat. In het kleine dorp waar hij vervolgens terechtkomt, ontmoet hij een kunstenares met trauma, Olivia Harris (Patricia Clarkson) en de Latino Joe Oramas (Bobby Cannavale). Er groeit een schuchtere vriendschap. Boodschap: ieder mens heeft vrienden nodig, die hem door moeilijke tijden heen kunnen helpen. Uitroepteken.
Symboliek
Debuterend regisseur McCartney, bekend als acteur in bijvoorbeeld The Guru en Meet the Parents, volgt vaak de veilige route van clichés. Uiteraard is Fin in zichzelf gekeerd: hij wordt voortdurend bespot en nagestaard op straat. Olivia is een kunstenares, en dus een chaoot die geen auto kan besturen zonder brokken. De Latino Joe zit vooral te bellen over vrouwen. Door gedoseerde informatie worden de karakters wel iets meer uitgediept, maar dat geeft ook de dramatische lading steeds meer een uitroepteken. Zelfs de symboliek – Fin stoot een miniatuurpoppetje om en nog geen vier seconden later valt zijn vriend dood neer – is over the top.En op moeilijke momenten zwelt de muziek nog wat aan. Humor zou het nog wat kunnen relativeren. De enige die wat dat betreft voor wat lichtpuntjes zorgt is Joe, die met zijn opdringerigheid de barrière bij Fin en Olivia enigszins kan doorbreken. McCartney lijkt de grappige momenten alleen wél te doseren.
Simpele mensen
The Station Agent kreeg lovende recensies in Amerika. Op het Sundance Festival won de film de publieksprijs en de prijs voor beste scenario. In die categorie haalde hij zelfs een BAFTA binnen. Ongetwijfeld heeft het te maken met het tempo van de film: het verhaal kabbelt prettig, bijna Straight Story-achtig voort. Het trio rookt en eet en drinkt en wandelt kalm door het vredige dorpje in New Jersey, vol simpele mensen. McCartney weet bovendien het beste te halen uit zijn acteurs, die hij ook in gedachten had bij het schrijven van de film. Maar het grootste pluspunt van The Station Agent zijn de decors. Het desolate stationsgebouw, omgeven door rails en verlaten wagons, het kleine vrolijk beschilderde busje van Joe waarin hij café con leche verkoopt, het grote, lichte huis van Olivia. De omgeving waarmee elk zich omringt en waarin ze steeds vaker hun nieuwe vrienden durven toelaten, ademt persoonlijkheid uit. En dat is dan wel weer subtiel gedaan.