Kruidenmix smaakt naar meer
De 32ste editie van het North Sea Jazz festival vond dit keer voor de tweede keer plaats in de nieuwe thuishaven Rotterdam. Met de komst van het cruiseschip de Rotterdam, omgetoverd tot een ware jazzcruiser en gevuld met ruim duizend jazzfanatici en diverse artiesten van wereldfaam, begon de stad al te bruisen voor aanvang van het festival. De evenementenhal Ahoy, eigenlijk niet meer dan een betonnen kolos, vormt de vaste grond van North Sea Jazz. Het is de verdienste van de organisatie dat men in staat is deze enorme ruimte gedurende drie avonden en nachten om te toveren tot een sfeervolle en broeierige muziektempel.
Elvis Costello |
De programmering was dit jaar weer volgens de al jaren beproefde formule: men neme vele oude jazzrotten (onder meer Toots Thielemans, Ornette Coleman, Chick Corea) plus een dosis nieuwe jazzartiesten uit diverse werelddelen plus een flinke snuf kruidenmix bestaande uit alles wat niets met jazz te maken heeft, en klaar is Kees. Oftewel, voor ieder wat wils. Deze programmering garandeert al jaren de komst van een breed publiek. North Sea Jazz staat dan ook gelijk aan genieten van een ongedwongen sfeer, een weldaad aan keuzes tussen topartiesten (er spelen vaak wel tien acts tegelijkertijd) en tradities. Zo kun je naar dit festival nog steeds je eigen koelbox meenemen; een uitstervend fenomeen.
Snoop Dogg |
De eerder vermelde kruidenmix bestond dit jaar uit enkele grote namen uit onder meer de hiphop (Snoop Dogg, The Roots), soul (India.Arie), funk (Sly & The Family Stone), blues (Keb’Mo) en ‘kwaliteitspop’ (Steely Dan, Elvis Costello & Allen Toussaint Band, Gino Vannelli), aangevuld met een hele reeks minder bekende ‘niet onder jazz te rangschikken’ artiesten.
Uw 8WEEKLY-verslaggever van dit weekend opereerde alleen op een festival met ruim honderdvijftig optredens. Er moest dus een keuze worden gemaakt in het brede programma. Met een gezonde voorliefde voor niet-westerse muziek (ook wel ‘wereldmuziek’) en het singer-songwriter genre was er van te voren een zorgvuldige route uitgestippeld.
World fusion
De hippe kruising tussen allerlei muziekstijlen, door de North Sea Jazz-organisatie world fusion gedoopt, is populair. Bekende exponent van dit genre is de Spaanse band Ojos de Brujo. Deze groep rond de flamboyante zangeres Marina Abad sloot de vrijdagavond af in de Maas-hal. Met twaalf man op het podium had de band in eerste instantie last van de slechte akoestiek in deze hal en klonk hun mix van flamenco met hiphop en pop nogal rommelig. Tijdens het derde nummer, een rumba catalana, veranderde de sfeer. De uitstekende trompettist Carlos Sarduy gaf een sterke solo. De band uit Barcelona kwam ineens los en trakteerde het publiek op originele theatrale voorstellingen, zoals de ‘battle’ tussen de rapper Maxwell Wright en danseres Sonia. En waar zie je vandaag de dag een drumstrijd tussen twee cajón-spelers en een drummer?
In de intieme Congo-tent vonden op zondagavond twee van de meest memorabele optredens plaats van het festival, allebei passend binnen het world fusion genre. De Spaanse pianist Chano Dominguez, geboren en getogen in Cádiz, in het uiterste zuiden van Andalusië, bracht met zijn nieuwe band New Flamenco Sound een kolkende mengeling van jazz, flamenco en salsa. Het constante handgeklap (palmas) van flamencodanser Tomasito en Blas Córdoba zweepte de muziek op tot grote hoogtes, ondersteund door piano, blazers, vibrafoon, contrabas en drums. Slagroom op het Chano-toetje was het uitdagende schoengeroffel van Tomasito.
Ladino
Het fonkelende optreden van Chano Dominguez kreeg een opvallend sereen vervolg met de Joodse zangeres Yasmin Levy. Haar bijzondere muziek, die ook de roots van de flamenco in zich heeft, combineert de Spaanse volksmuziek met Jiddische tradities. Ze zingt in het Ladino, een bijna uitgestorven taal die ooit werd gesproken door Spaanse Joden. Tijdens de beginjaren van de inquisitie, in de vijftiende eeuw, vluchtten deze Sefardische Joden weer naar de Arabische wereld en later naar Israël. Yasmin Levy, een prachtige vrouw met een loepzuivere stem, bracht haar ballades met een enorme diepgang en begeestering. Het bezwerende geluid van de onalledaagse instrumenten als de zurna (primitieve hobo), de ney (Arabische fluit) en de darbuka trommels zorgden voor een muisstille tent.
Amos Lee |
Singer-songwriters
Het populaire singer-songwriter genre werd deze editie onder meer vertegenwoordigd door de Amerikaanse haantjes Amos Lee en Jason Mraz. De eerste mocht North Sea Jazz op vrijdag openen in de Maas-zaal. Amos Lee uit Philadelphia is doorgebroken dankzij zijn support-optredens voor Norah Jones en heeft intussen een aardige reputatie opgebouwd als vertolker van zwoele ballades en uptempo popliedjes. Met zijn weeïge liedjes en de sexappeal van een augurk op sterk water maakte Lee echter geen indruk. Dit in tegenstelling tot Jason Mraz, die gortdroog meldde dat het de eerste keer was dat hij voor een jazzfestival was uitgenodigd. Mraz is in de Verenigde Staten al een gevestigde naam en toonde zich een rasentertainer met humor. Zijn strakke, funky gitaarspel gecombineerd met zijn schitterende stem, maakten zijn show tot een knap staaltje vakmanschap.
Afrika en Cuba
Africando, de band die de zondag opende op het Maas-podium, biedt ook een mix tussen diverse stijlen. Deze mengeling van Cubaanse en Afrikaanse artiesten die graag de twee Amerika’s met elkaar willen verbinden, zingen in diverse talen zoals het Spaans, het Frans en het Afrikaanse Wolof. Deze band had ook als afsluiter van één van de avonden geboekt kunnen worden want het werd een prachtig salsafestijn met dertien man op het podium.
Een andere Cubaanse zanger is Raul Paz. De in Parijs woonachtige Paz maakte indruk met zijn set vol Cubaanse ritmes afgewisseld met vlotte latinopop. Op zijn vijfde en laatste plaat En Casa keert hij terug naar huis en brengt hij een ode aan het Cubaanse lied. Zijn optreden op North Sea Jazz, ondersteund door een vijfkoppige band, stond in het teken van de roots met een hoofdrol voor de pianist met de langste naam van het festival, José Ramon Cabrera Montes de Oca.
Marcus Miller |
Terwijl Maceo Parker zaterdagnacht zijn funky jazz ten gehore bracht in de Nile-zaal, nam Lura namens de Kaapverdische eilanden de honneurs waar. Deze dertigjarige zangeres wordt ook wel de opvolgster van Cesaria Evora genoemd. Haar zwierige voorkomen, haar zwoele stem en de Afrikaanse ritmes van haar band (vooral de vele gitaarnoten van Aurélio Borges Dos Santos vielen op) zorgden voor een bijzondere energie waar helaas maar weinig mensen oor voor hadden.
Ook de virtuoze gitarist Lionel Loueke uit Benin, die regelmatig optreedt met Herbie Hancock en Marcus Miller, kon rekenen op een klein publiek. Jammer, want zijn optreden met een trio (contrabas en drums) vlamde van energie en passie.
De laatste Afrika-connectie ligt bij de legendarische hiphop-groep The Roots uit Philadelphia. Deze band walste op vrijdagavond het Maas-podium plat met een zevenmansformatie, die rockte en stoomde aan alle kanten. Terwijl rapper Tariq Trotter zijn woordenbrij de microfoon inknalde en gitarist Captain Kirk er nog maar een riff tegenaan gooide, bezweek een van de bandleden bijna onder zijn loodzware tuba. The Roots maakten hun live reputatie waar, maar hadden wel last van vervorming van het geluid in de holle Maas-hal.
Roemeens elftal wint
Voor de afsluiting van het festival op zondagavond had de organisatie een aantal troeven in handen met Snoop Dogg, Bajofondo Tango Club en Fanfare Ciocarlia. De laatste act liet in ieder geval de hele zaal badend in het zweet achter. Dit Roemeense elftal, bestaande uit allemaal blazers, staat garant voor een ouderwets hoempapafestijn. Met een woordenschat die zich beperkt tot “zenk you ferry muts” en een totaal gebrek aan modieusheid, wist de fanfare een grote club achterblijvers te charmeren. Jammer van de strakke programmering op North Sea Jazz, want er is weinig ruimte voor toegiften of uitloop van de agenda. Met de Fanfare Ciocarlia zou je de hele nacht willen doordansen. De afsluitende treffer was dit jaar voor een Roemeens collectief.