Muziek / Achtergrond
special: Interview met The Revs

Je speelt in eerste instantie voor jezelf

De loopbaan van The Revs zal herkenbaar zijn voor sommige Nederlandse bands. Drie jongens richten een band op en treden zoveel op als ze kunnen overal in eigen land. Zo creëren ze een eerste aanhang die ze ook weer aantrekken bij bandcompetities. Ze winnen een prijs en scoren een bescheiden hitje in de hitparade. Ze raken bekend bij het grote publiek en spelen op verschillende university gigs waarbij ze telkens zo’n 2000 man trekken. Maar net zoals succesvolle bands in Nederland liep het Ierse drietal al snel tegen de grenzen aan. En in een klein land ben je al snel niet zo’n sensatie meer, dus besloten ze nieuw publiek aan te boren in de rest van de wereld. En zo kregen ze vorig jaar na hun optreden op Eurosonic in Groningen voet aan de grond in Nederland en Duitsland. De wereld ligt aan hun voeten, te beginnen bij de kleine veertig bezoekers in de bovenzaal van Paradiso in Amsterdam.

~

The Revs klinken vertrouwd. Niks aan de muziek van deze jongens is vreemd of onwennig. Deze guys next door zijn niet de nieuwe U2, ze beschikken niet over een gitaar- of drumvirtuoos, ze zijn niet buitengewoon vernieuwend in hun benadering van popmuziek en ze ogen niet bepaald als rock & rollsterren. Rechttoe rechtaan popliedjes maken kunnen ze wel, waarvan je de beste na een keer luisteren al makkelijk kan meezingen en na twee keer luisteren zelfs kunt naspelen. Het is verleidelijk om ze te vergelijken met zeer succesvolle bands als de gladde Stereophonics of het na-aperige Gem, maar ze beschikken ook over de subtiliteit van de Belgenpop en ze voelen zich gelukkig niet te stoer voor een hoge falsetstem of tweestemmige zang.

Zelfs The Beatles leken op Buddy Holly

Op het podium is het drietal goed op elkaar ingespeeld, maar backstage krijg ik te maken met drie totaal verschillende personen. Rory Galagher is bassist, zanger en maakt de meest serieuze indruk van het stel. Geduldig en ontspannen staat hij me te woord. Gitarist en zanger John McIntyre daarentegen komt een stuk nerveuzer over en probeert steeds jolig uit de hoek te komen met zijn grapjes. Drummer Michael Daniel O’Donnell is de stille. ‘Moe’, verklaart hij kort.
De vergelijking met de Stereophonics wordt meteen weggehoond. “UUUGH! Nou, dan hebben we nog een lange weg te gaan…” gruwt John. Gem valt duidelijk meer in de smaak. Rory: “Ja Gem. Met hen hebben we nog opgetreden op Haldern pop in Duitsland. Aardige jongens, wat ik uitzonderlijk vindt voor een rock en rollband. Ze mogen dan veel lijken op The Strokes, maar dat komt doordat ze jong zijn. De meeste beginnende bands lijken op hun voorgangers. Zelfs de Beatles leken op Buddy Holly toen ze begonnen. Je moet toch ergens beginnen.” John vult aan: “Je bent daar ook helemaal niet mee bezig als je begint met muziek maken. Dat je toevallig ergens op lijkt is meer onbewust, dan dat je het opzettelijk nastreeft.”

~

Met wie worden The Revs vaak vergeleken? Rory: “Meestal met andere trio’s zoals The Jam of The Police. Nee, ook zelf zijn we niet zo vernieuwend zoals bijvoorbeeld Arcade Fire of Broken Social Scene. Dat komt doordat we onze liedjes schrijven vanuit een ouderwets singer/songwriterformat. Bij ons is het een liedje zodra je het kan meezingen met de akoestische gitaar. Dat zou bij bovengenoemde bands niet eens mogelijk zijn. Bij hun liedjes komt veel meer kijken. Nu klinkt het misschien vrij simpel wat we doen, maar ik hoop dat het zich in de loop van de jaren ontwikkelt tot iets heel bijzonders, net zoals bij The Flaming Lips. Zij begonnen ook met simpele liedjes, maar vanwege hun vele jaren ervaring kennen ze zo veel muzikale trucs dat hun muziek nu echt geweldig klinkt. Hopelijk gaat het bij ons ook op die manier.” Zegt hij, terwijl hij met zijn hand de lucht in wijst.

Ierland hoort bij Schotland

Waarom beginnen The Revs niet eerst in Engeland met hun tour? “Omdat het eten vies is!” Roepen Rory en John in koor. Na enig aandringen blijkt de belangrijkste reden anders. Rory: “Engeland neemt Ierland niet zo serieus. Het betekent niet zo veel als je groot bent in Ierland. De enige bands die het ver geschopt hebben in Engeland waren U2 en The Cranberries en dat was ook pas na hun succes in Amerika. Voor de rest zien ze Ierland gewoon als een extra deel van Schotland. Ze hanteren de regel dat de cutting edge-muziek uit Londen komt. Om gehoord te worden zouden we daar dus moeten wonen of veel vrienden moeten hebben, maar dat is niet zo, dus kunnen Engeland beter links laten liggen. Nee, momenteel zijn we hard bezig met optredens en promotionele activiteiten in Amerika. We hebben daar zelfs al een advocaat, die ook voor The White Stripes heeft gewerkt. We hopen op een goede platendeal daar en daar kan hij ons bij helpen. In Europa hebben we vorig jaar voet aan de grond gekregen door een optreden op Eurosonic in Groningen. Ik hoop dat we het succes in Europa en Amerika ook weer mee kunnen nemen naar Ierland. Dan wordt je toch weer een stukje serieuzer genomen. Maar daarbuiten is reizen over de wereld sowieso erg leuk.”

The Revs stralen op het podium opvallend veel energie uit. Ze lijken zich weinig aan te trekken van de afwachtende houding van de krap veertig mensen, losjes verspreid over de zaal. Ze geven een energieke show die op het hoogtepunt ontaardt in een gezamenlijke drumsessie. Rory bekijkt het van de positieve kant: “Och, er waren misschien weinig mensen, maar de sfeer was goed. Je speelt in eerste instantie voor jezelf. Zolang het goed voelt voor mezelf haal ik er alles uit wat er in zit. Het is toch prachtig als er veertig mensen bij jou staan te kijken terwijl op hetzelfde moment in de benedenzaal Gary Numan staat te spelen?”

Dat klinkt sportief. In Nederland zijn deze Ierse jongens op 2 juni te bewonderen in Ekko in Utrecht.