Huiveringwekkende spiegels, ontroerende anime en vechtende chicks
.
Dat Imagine meer is dan het succesvolle Night of Terror, bewijst het festival door een eigenzinnig programma. Een programma waarin de fantastische film breed uitgemeten is: zombies, bodyhorror, behekste spiegels, bedachtzame anime en vechtfilms. Zo was er de snel uitverkochte Indonesische vechtfilm The Raid 2, die eveneens goed scoorde na het in 2011 verschenen The Raid. Louter enthousiaste reacties, alleen jammer dat er geen kaartje meer beschikbaar was.
Voor diegenen die The Raid 2 gemist hadden was er compensatie met Raze. Zoë Bell, die de stunts deed voor Uma Thurman in de Kill Bill-films, laat in deze ‘WIP (Woman in Prison)’-film zien prima op zichzelf te staan. Hoewel het verhaal wat mager is, valt er veel te genieten van de vechtscènes. We zien een aantal vrouwen die gevangen genomen zijn en slechts hun cel uit mogen om het op te nemen tegen een medegevangene. Het uiteindelijke doel: degene die alle gevechten overleeft is de ‘ultieme vrouw’. Voor de vrouwen vormt hun wil om te overleven het redden van een naaste, die onder bedreigende omstandigheden wordt vastgehouden. Vermakelijke actie doch een dunnetjes uitgewerkt plot, met een stoer knokkende Zoë Bell als middelpunt en met een klein rolletje van, wie kent haar nog, miss Twin Peaks Sherilyn Fenn.
Horror was er in diverse vormen, waarvan spookfilms The Babadook en Oculus het meest in het oog sprongen. The Babadook verhaalt over een moeder geplaagd door de plotselinge dood van haar echtgenoot. Samen met haar zoontje probeert ze er het beste van te maken, maar dat is nogal lastig als je een kind hebt dat geobsedeerd is door monsters. De kleine Samuel is ervan overtuigd dat monsters bestaan en heeft een fort om zich heen gebouwd met zelfgemaakte wapens. Ondertussen wordt zijn omgeving gek van hem, want ieder kinderfeestje wordt verpest door Samuels angstaanjagende verhalen. Dan vinden moeder en zoon een kinderboek in huis, getiteld The Babadook. Wat een onschuldig kinderboek moet voorstellen, blijkt een angstaanjagende vertelling waarbij de geest, de ‘Babadook’, opgeroepen wordt en bezit wil nemen van Samuel. De humoristische toon van het begin van de film krijgt, zodra de Babadook het gezin terroriseert, een grimmige en tragische wending. Regisseuse Jennifer Kent weet een origineel geheel neer te zetten, waarbij de spookelementen vertrouwd aanvoelen maar geen platgetreden paden zijn. Het meest briljant? De vormgeving en de griezelige rijmpjes van het behekste boek.
Oculus, die afgelopen week zijn première kende, kent ook kwaadaardige krachten. Ditmaal fungeert een enorme antieke spiegel als drager van het kwaad. Kaylie en Tim hebben hun ouders op jonge leeftijd verloren. Kaylie is ervan overtuigd dat de spiegel, die zij toen in hun bezit hadden, de oorzaak was. Terwijl Tim een aantal jaren uitzit in een psychiatrische inrichting, verricht Kaylie onderzoek naar de krachten van de spiegel. Wanneer Tim en zij weer met elkaar herenigd worden, is Kaylie vastberaden de spiegel, die zij weer terug gevonden heeft, te vernietigen. Geleidelijk aan werkt regisseur Mike Flanagan toe naar een angstaanjagende ontknoping, waarbij de kijker steeds op het verkeerde been wordt gezet. Een ware mindfuck dus, waarbij het steeds de vraag is wat echt is en wat niet. Herinneringen aan vroeger vermengen met het nu, wat de positie van Kaylie en Tim tegenover een steeds krachtiger wordende spiegel zwakker maakt. Naar het einde toe doet de film je naar adem snakken. ‘Oh nee toch, oh nee toch?’ riep iemand uit het publiek. Het ultieme bewijs van een geslaagde horrorfim, die zijn credo ‘you see what it wants you to see’ meer dan waarmaakt.
Het vervreemdende Thou Wast Mild and Lovely was weer van een heel andere orde. Een soort arthouse-thriller, waarbij schone en idyllische natuurbeelden samengaan met een nare hillbillysfeer. Akin (Joe Swanberg, bekend van You’re Next, LOL, V/H/S) wordt ingehuurd om op de boerderij van Jeremiah en zijn dochter Sarah te werken. Al snel wordt hij door de sensuele Sarah uitgedaagd en trekt zij hem mee in haar erotische fantasieën. Wanneer blijkt dat Akin getrouwd is en zijn vrouw besluit hem op te zoeken, komen de ware bedoelingen van Jeremiah aan het licht. De film weet met zijn ongrijpbare sfeer en mix van surreële poëzie, thriller en horror te overtuigen. De vaagheid die erin doorschemert zal niet iedereen aanspreken, maar regisseuse Josephine Decker laat in ieder geval zien genoeg eigenheid en originaliteit in huis te hebben en een goed oog voor cinematografie.
Vervreemdend was ook Enemy, de nieuwe film van de Canadese regisseur Denis Villeneuve (Incendies, Prisoners). In de film, opgebouwd als een thriller, laat Villeneuve zien hoe dubbelgangers Adam en Anthony (Jake Gyllenhaal in topvorm) een weg in elkaars leven banen. Adam is een wat suffe hoogleraar, die per toeval stuit op het bestaan van zijn dubbelganger. Die overigens een spannender leven leidt: Anthony is een B-acteur die toevallig een rolletje speelt in een van de spaarzame films die Adam gezien heeft. Geleidelijk aan ontvouwt zich een kat-en-muisspel, waarbij de mannen niet nader tot elkaar komen, maar vanuit angst en territoriumdrift handelen. Met trefzekere regie (denk aan duistere spanningsopbouw, pakkende soundtrack, goed ingezette montages) werkt Villeneuve toe naar een einde dat een waar ‘what the fuck!’-moment kent. De enige smet op een verder perfecte film: je zit er zo in, dat je het onverwachte en wereldvreemde einde totaal niet aan voelt komen.
Voor liefhebbers van role playing games viel er ook wat te halen bij Imagine. Komedie Zero Charisma mag met recht de leukste film van het festival genoemd worden en was een welkome afleiding voor wie even genoeg had van bloed en gore. Dertiger Scott woont bij zijn oma en zijn enige passie in het leven is zijn zelfgeschreven fantasy board game. Samen met drie andere nerds vormt dit spel een wekelijks terugkerend ritueel bij Scott thuis. Maar dan wordt zijn leven op zijn kop gezet door de komst van een nieuwe speler, die al snel de confrontatie met Scott opzoekt over de regels van het spel. Tel daarbij op de onverwachte intrek van Scotts egoïstische moeder in het huis en Scott ziet al zijn zekerheden als sneeuw voor de zon verdwijnen. Filmmakers Katie Graham en Andrew Matthews weten een perfecte mix van humor en drama neer te zetten, waarbij zij de fantasy board game op de hak nemen maar tegelijk voldoende heel laten van Scott om met hem mee te doen voelen.
En dan was er nog ontroerende anime in de vorm van het gebalanceerde en bedachtzame The Wind Rises, naar zijn zeggen de laatste film van anime-grootheid Hayao Miyazaki (Howl’s Moving Castle). In deze film draait het om vliegtuigbouwer Jiro Horikoshi, die al van jongs af aan een passie koestert voor vliegtuigen. Op serene wijze wordt in beeld gebracht hoe Jiro vorm geeft aan zijn dromen. Buiten zijn passie voor vliegtuigen speelt ook zijn liefde voor Nahoko een grote rol, die nergens te zwaar aangezet of gedramatiseerd is. Soms vergeet je even dat The Wind Rises een anime is: zo echt voelen de personages aan. Dromen, liefde en de harde werkelijkheid (de film speelt zich af tijdens de Tweede Wereldoorlog) vermengen zich tot een ontroerende geschiedenis van een man die alles wat hij in zich had gaf.
Het filmaanbod kende ook wat kanttekeningen. Voor The Creep Behind the Camera werd je gewaarschuwd. ‘Ontzettend slechte film’ waren gehoorde reacties van andere festivalgangers. Met zijn mix van speelfilm, documentaire, matige acteren en softcore pornokleurgebruik was de film geen succes. De voorstelling van 10 uur dus maar overgeslagen en nog wat langer in bed blijven liggen. I Am a Ghost van H.P. Mendoza kwam ook niet helemaal uit de verf. Het gegeven, namelijk dat het verhaal zich afspeelt vanuit het perspectief van een geest, is origineel maar de uitwerking had treffender en vooral ook korter gekund. Er zitten wel wat verrassende elementen in, maar het repeterende karakter van de handelingen van geest Emily duurt wel erg lang. Als de actie en de ontknoping eenmaal volgen, roept iemand heel hard: ‘Wat een slechte film zeg!’ Niet helemaal terecht, want de sfeer (decor, oude familiefoto’s) is wel creepy neergezet. Na de mislukking van Het bombardement besloot regisseur Ate de Jong zich vol overgave op een nieuw project te storten. Zijn nieuwste film Deadly Virtues: Love. Honour. Obey. is van een heel ander karakter: een home invasion-film met flink wat bloederige martelingen. De film is in zijn opzet en ontknoping best aardig, maar de belager, die het huis van twee geliefden binnendringt, is gewoonweg niet bedreigend genoeg. Dat de ware dreiging elders ligt is dan ook niet vreemd. Het geheel is vrij over the top met een storende soundtrack die aan muzak doet denken. In ieder geval laat Ate de Jong wel zien dat hij niet voor één gat te vangen is en zal Deadly Virtues: Love. Honour. Obey. ongetwijfeld beter scoren dan Het bombardement.
Het festival voelde, mede doordat het plaatsvond op een locatie (Night of Terror buiten beschouwing gelaten) aan als een get together van mensen met een passie voor cultcinema. De sfeer was licht en ongedwongen, vaak werd er tijdens voorstellingen wat geroepen, of hardop gelachen op bloederige of spooky momenten. En het blijft een mooie ervaring om ’s ochtends vroeg met nog niets in je maag naar een gore-film te zitten kijken. Op naar Imagine 2015? Zeker weten.