Theater / Voorstelling

Gezellig choatische Jan Klaassen en Katrijn

recensie: Jan Klaassen en Katrijn of Hoe een houten huwelijk kraken kan (Theatergroep De Kale)

Poppenkastfiguur Jan Klaassen kennen we als een goedaardige sul die het zwaar heeft te verduren dankzij de grillen en de deegroller van vrouwlief Katrijn. Maar wat de kindertjes in het publiek doorgaans niet te zien krijgen, is een Jan Klaassen die regelmatig buiten de deur neukt en een Katrijn die 24 uur per dag laveloos van de brandewijn is. Want dat zijn de twee figuren die Theatergroep De Kale ons voorschotelt.

Met Jan Klaassen en Katrijn brengt De Kale, na De klucht van de Molenaar van Bredero, opnieuw een oud-Amsterdamse klucht. Gevuld met authentieke 17e-eeuwse types vertelt dit stuk de geschiedenis van deze twee figuren. Jan (gespeeld door Vastert van Aardenne) werd door zijn moeder op jonge leeftijd achtergelaten en groeide op in achtereenvolgens een hoerenhuis, een smidse (waar hij in de blonde dochter Jannetje zijn eerste liefde vond) en eindigde in het leger van de prins als trompetter. Bij terugkomst in Nederland vindt hij Jannetje reeds getrouwd, maar inmiddels woont ene Katrijn (Marieke de Kruijf) naast de smidse, dus maakt haar maar het hof, bij gebrek aan beter. Dat is geen gezonde basis voor een huwelijk en het ontaardt dan ook al snel in een relatie vol haat, nijd en dronkenschap.

Chaotisch en gezellig

~


Het decor waarin ons de geschiedenis van Jan en Katrijn wordt verteld, heeft zelf ook veel weg van een poppenkast. Over de hele breedte van het toneel hangt een smoezelig bruin doek, van waarachter de personages telkens opduiken. Maar niet zonder dat het publiek duidelijk ziet dat achter dat doek de extra kledingstukken en pruiken hangen, de attributen klaarliggen en heen en weer gerend wordt door de vier acteurs.

Het maakt de voorstelling lekker chaotisch en gezellig. Precies zoals de sfeer in het Amsterdam van 1706, toen de kerkenraad de censuurgevallen in de stad besprak en besloot dat het huwelijk van Jan en Katrijn één grote farce was en ontbonden zou worden. Voor dat gebeurt, hebben we op het toneel de jeugd van Jan, de ontmoeting met Katrijn en de ontsporing van hun huwelijk gezien in een geschiedenis die gevuld is met de meest authentieke Amsterdamse types.

Mooi stel

De twee acteurs maken een mooi stel van Jan en Katrijn; Van Aardenne heeft geen moeite met het dragen van de voorstelling en De Kruijf krijgt de vele plat-Amsterdamse scheldwoorden mooi uit haar strot. Maar echte sterren zijn ditmaal de vele bijfiguren, neergezet door Celia van den Boogert en Mark van der Laan. Met simpele ingrepen – een snelle jas, een pruik, een ander stemmetje – weten ze iedere keer een compleet ander, maar niet minder hilarisch typetje neer te zetten. Met name Van den Boogert is fenomenaal als zowel hoerenmadam, nuffige kakmevrouw, conservatieve koster, krijsend viswijf, cynische moeder Klaassen en de verleidelijke Jannetje. Zelfs de muzikale intermezzo’s gaan haar en Van der Laan prima af.

Na de pauze wordt de voorstelling wat minder sprankelend. De toon is wat serieuzer, al hoeft dat niet erg te zijn, maar de vlotheid wordt minder en naar het einde toe is Jan Klaassen en Katrijn eigenlijk een half uur te lang. Niettemin een zeer vermakelijke voorstelling die ons uitlegt hoe deze twee figuren ooit in een poppenkast terecht zijn gekomen en waarom ze ondanks alles toch steeds bij elkaar blijven.

Jan Klaassen en Katrijn is nog tot en met 8 december te zien. Klik hier voor meer informatie.