Afrika is erg, maar ook huisje-boompje-beestje kan een hel zijn
De realistische idealist Peter De Graef kreeg van Het Zuidelijk Toneel de ruimte zijn eigen ding te doen, zowel in tekst als regie. Met De gebroeders Ouedraogo brengt hij verhalen over Afrika tot leven in een uitgesproken Nederlandse context. Niet door ze tegenover elkaar te zetten, maar door ze in elkaar te weven. Het is immers allemaal een kwestie van perspectief.
Hoewel deze ‘huiselijke’ scènes erg sterk zijn, duurt het wat lang voordat de levens van de Afrikaanse jongens en die van het Hollandse stel elkaar kruisen. En als dat dan gebeurt, komen alle opgedane aannames en vooroordelen over elkaars werelden tot uiting. Aan tafel bij Anna en Karel, tussen, euh, de soep, de aardappelen en niet te vergeten het toetje wordt duidelijk dat gastvrijheid heel makkelijk omslaat in egoïstische vijandigheid als je eigen ‘onbezorgde’ leventje bedreigd wordt. Ieder huisje heeft z’n kruisje. Niks is relatief, je eigen ellende is altijd het ergst. Het is allemaal een kwestie van perspectief.
Door weinig tot geen kleine momenten, het overschreeuwen van wezenlijke emoties en de humor in harde passages komt De gebroeders Ouedraogo nergens echt direct je hart binnen. Maar Peter De Graef gebruikt de mogelijkheden om via de ratio een boodschap over te brengen optimaal, zowel in spel, sfeer als taal. Hij schept met bestaande gebeurtenissen, ware verhalen en ervaringen en – soms ietwat gekunsteld aandoende – verzonnen verbanden een ons bekend voorkomende wereld en reikt daarbinnen nieuwe perspectieven aan. Tamelijk oordeelloos, maar met rake prikjes. Geeft geen antwoorden, maar zet je aan het denken met de talloze vragen die hij oproept. En schenkt zo aandacht aan het vergeten continent, zijn inwoners en hun drijfveren om huis en haard op te geven om het aan de andere kant van de wereld te gaan proberen, in een land waar de meeste mensen hun handen meer dan vol hebben met het vormgeven van hun eigen leventjes.