Beperkt door eigen producties
Thomas Azier treedt op in een uitverkocht Doornroosje in het kader van zijn sterke debuutplaat Hylas (003). Tijdens het een na laatste optreden van de Hylastour blijkt die plaat zowel een vloek als een zegen.
Voordat de Doornroosje zal verhuizen naar het centrum van Nijmegen staan er nog een aantal optredens gepland. Aziers support act, Tepr, toont nog maar eens aan dat de Doornroosje weliswaar op instorten staat, maar de muziekinstallatie nog prima werkt. Door zijn gekantelde sampling pad – zodat je gebiologeerd naar alle lichtjes blijft kijken – ziet het publiek de artiest uit Parijs aan het werk, alsmaar drukkend op oplichtende knopjes waaronder elke dertig seconden een nieuw geluidje schuilt. Moeiteloos worden beats aan elkaar geregen en vinden aanstekelijke, simplistische melodieën hun weg naar het publiek. Het enige dat eigenlijk ontbreekt zijn (samples van) vocalen.
Springend en dansend
Het grootste gedeelte van het optreden staat Azier achter de microfoon en laat hij coproducer, sound designer en beste vriend Robin Hunt de begeleiding verzorgen. Al springend en dansend brengt Azier zijn muziek met veel enthousiasme, terwijl Hunt zich vooral concentreert op het drumpad en de vocoder. Die laatste is een mooie aanvulling op de intrigerende stem van Azier, die live nog beter tot zijn recht komt dan op het album. Ook worden er beelden op een scherm geprojecteerd. Bij enkele nummers (‘Yearn Yearn’, ‘Shadow of the Sun’) hoort een clip, maar veelal lijken de visuals door Windows Media Player geproduceerd te worden.
Voorgeproduceerd
Voor degenen die goed bekend zijn met Aziers album biedt het liveoptreden op muzikaal vlak weinig verrassends. Dat komt met name omdat veelal voorgeproduceerde tracks worden ingeladen die maat voor maat overeenkomen met de tracks op Hylas. Azier zingt weliswaar live en de tracks klinken live net zo lekker als op het album, maar omdat het verloop van de tracks al vaststaat, is een muzikaal uitstapje maar zelden mogelijk.
Wanneer die muzikale uitstapjes wel plaatsvinden, levert dat direct mooie momenten op. Een kort intermezzo op synthesizer voordat ‘Angelene’ wordt gestart, doet verlangen naar meer. De cover die Azier ten gehore brengt – ‘Wicked Game’ van Chris Isaac – klinkt verfrissend en origineel. Het ‘Sirens Of The Citylight’ waarmee Azier de avond afsluit, wordt live uitgebreid en is daardoor meteen een stuk levendiger.
Azier zou serieus moeten overwegen zijn muziek uit te voeren in een bandsetting, zodat met enkele oogopslagen tussen bandleden besloten kan worden om een nummer te continueren. Nu lijkt Azier soms door te willen gaan, zeker wanneer het publiek enthousiaster wordt, maar wordt hij beperkt door zijn eigen producties.