Muziek / Album

Charmante droompop

recensie: Musée Mécanique - Hold this ghost

Melancholie is snel bereikt. Breekbare stem, gitaar, gevoelige tekst en een pakkend refrein. Vele bands en singer-songwriters leunen er ongegeneerd op. En terecht, eenvoud in muziek is wellicht het mooiste dat er is. Ook Musée Mécanique dwingt haar luisteraar tot weemoedigheid aan de hand van gitaar en tengere vocalen. Grote verschil: de toevoeging van een arsenaal aan andere instrumenten. Resultaat: een prachtplaat.

~

Micah Rabwin en Sean Ogilvie uit Portland zijn de drijvende krachten achter Musée Mécanique, vernoemd naar het gelijknamige museum van mechanisch verkregen muziekinstrumenten. Hun debuutalbum Hold this ghost lijkt geen uitschieter te kennen. Hoewel de gehele plaat zich in een autonome sfeer bevindt, staat elk nummer op zich. En dat is knap. Musée Mécanique heeft een bijzonder sterk en overtuigend karakter, dat het fundament biedt aan een verscheidenheid aan stijlen. Zij lijken dus geen stijlen te gebruiken, maar opereren vanuit een eigen, open karakter en bieden toegang aan een lading genres.

Winterse droom

De triphop van Air, of de minder bekende Poolse Andrzej Smolik, in de melodische lijnen en minimale ritmes komt voorbij. Ook de prachtige gelaagdheid van het eveneens meeslepende Loney Dear zal de Amerikaanse groep niet onbekend zijn. En voeg daarbij maar een flinke portie Nick Drake voor de zwaarmoedigheid. De productie zit knap in elkaar en neemt je mee in een grote, winterse droom. De constant zweverige en dromerige sferen vormen een fijne eenheid met de hoge, frêle vocalen.

~

Het glockenspiel, de accordeon of de zingende zaag, deze voor het popgenre originele instrumenten zijn belangrijk in elk nummer. Ze maken Hold this ghost tot een hypnotiserend sprookje. Wat te zeggen van continuerende synthesizerklanken of de minimale snaredrum. Het kabbelt allemaal rustig voort, maar zit zo kundig in elkaar dat de plaat van begin tot eind blijft boeien. Fascinerend is ook het prachtige strijkmotief in ‘Nothing Glorious’, dat de synthesizerklankmuur, het ademhalend refreintje en het tromgeroffel machtig mooi aanvult. Of de wat harde gitaarklanken in ‘Under Glass’, die, refererend aan Elliot Smith, ondersteund door een cello en later, met een akkoord erboven in zich herhalende teksten, gemakkelijk maar oh zo functioneel tot tranen leiden.

Valse verwachting

Soms lijkt er een verval op te treden naar een afgezaagd popschema. Maar geen zorgen, het is slechts een valse verwachting. Wat volgt is een plotselinge ritmebreak, nog niet gehoord orgel, of magnifiek thema dat pardoes uit een ander thema voortkomt. Als de melancholie maar centraal staat. En dat gebeurt. Zoek niet verder, zie hier de winterplaat van 2010.

Videoclip ‘Our Changing Skins’ van Hold this ghost, dat in Amerika al in 2008 uitkwam.