Joyce DiDonato maakt de waanzin tastbaar

Ook al ben je de sterkste man van de wereld, aan de jaloezie van een vrouw ga je ten onder. Dat is in het kort het verhaal van Händels Hercules, een werk dat zich in het niemandsland tussen opera en oratorium bevindt. Bij de eerste uitvoeringen in 1745 begreep het publiek dan ook niet wat de componist voor ogen stond en het stuk verdween al snel in de vergetelheid.
Door de vele koorpassages heeft Hercules het meest weg van een oratorium, maar de tekst, gebaseerd op Sofocles en Ovidius, doet eerder denken aan de Italiaanse opera’s van Händel. Een ‘muzikaal drama’ noemde de componist het zelf, en daar valt nog het meeste voor te zeggen, want extreme jaloezie en waanzin, daar draait het om.
Moord en doodslag
~
Het is dan ook niet het verhaal dat deze coproductie van de Wiener Festwochen en het Festival van Aix-en-Provence zo bijzonder maakt. Op het eerste gezicht is ook de regie van Luc Bondy niet wereldschokkend. Hij plaatst de handeling in een soort Grieks amfitheater, zij het met enkele anachronistische elementen: zo komt Hercules terug van het front gekleed als de eerste de beste GI Joe. Maar juist doordat hij het decor verder zo kaal laat, komt de nadruk volledig op zijn personenregie te liggen. En daarin excelleert Bondy, vooral ook omdat hij geholpen wordt door zangers die niet alleen voortreffelijk kunnen zingen, maar ook goed kunnen acteren.
‘Let me be mad’
~
Het goede nieuws is dat deze productie in april 2007 ook in het Amsterdamse Muziektheater te bewonderen zal zijn, maar helaas zonder DiDonato. Aan het aanstormende talent Sarah Connolly de lastige taak DiDonato te evenaren. Gelukkig heeft zij nog meer dan een jaar de tijd om deze dvd te bestuderen.