Muziek / Concert

Alles is een drumstel

recensie: Han Bennink Trio

~

Al tijdens het eerste nummer sneuvelen twee drumstokjes. Een bezoeker moet uitwijken om er geen tegen het hoofd te krijgen. Het is een voorbode van wat vanavond komen gaat: Han Bennink (1942), jazzdrummer en beeldend kunstenaar, zet de toon. Hij oogt knotsgek en prettig gestoord, maar is altijd innemend en zijn kwaliteiten als drummer zijn onbetwistbaar. Nu mag hij dat laten zien met zijn eerste eigen trio.

Ergens wekt het verbazing dat nooit eerder een trio zijn naam droeg. Bennink staat al jaren aan de top en speelde met vele ‘groten’. Wereldwijd wordt de immer avontuurlijke drummer gelauwerd, mede om zijn verdiensten als improvisator. Met pianist Misha Mengelberg stichtte hij in 1967 de Instant Composers Pool: een revolutionaire groep muzikanten die zich richt op improvisatie en tot op heden bestaat. Bennink ontwerpt de albumhoezen die worden gesierd door titels als ‘Bospaadje konijnehol’.

Gunst

~

Hoewel hij bij elk optreden al de aandacht trekt, staat Bennink nu zelf in de schijnwerpers. Hij heeft twee jonge muzikanten bij zich. Joachim Badenhorst (saxofoon, klarinet) en Simon Toldam (piano) zijn bij elkaar opgeteld nog niet even oud als Bennink, maar zeker talentrijk. En het is mooi om te zien hoe laatstgenoemde daarvan geniet en de jongens alles gunt. Een aai over de bol, een kus op de wang: Bennink blijkt een hartelijke bandleider en liefdevolle mentor.

Het heeft zijn uitwerking. Het trio dendert en swingt, melodie afwisselend met improvisatie, waarin altijd de kunde van Bennink overeind blijft. Hij vraagt nederig of hij een solo mag spelen, een vraag die Badenhorst en Toldam als onnodig voorkomt. Daarna krijgen ze de ruimte om even zonder Bennink te spelen, wanneer deze het publiek in is geklommen. In avontuurlijkheid gaan ze hun bandleider achterna. Toldam speelt solo’s vol dissonanten, Badenhorst blaast zonder mondstuk, en beiden met volle overtuiging.

Oude meester

~

Maar Bennink blijft baas boven baas. De vraag is of het nodig is een drumstel neer te zetten als hij speelt. Want even goed roffelt hij op de grond, op de trapleuning of op zijn stokjes zelf. Hij zit op de vloer, staat bij zijn drumstel of loopt rond, in een niet aflatende groove. Het podium is zijn instrument. In een zinderende climax bestrijkt hij de spijlen van een hek tijdens een stuk van Thelonious Monk, ‘Crepuscule with Nellie’. Als de laatste noten klinken, draait hij zich om en gooit zijn stokken richting zijn drumstel. Ze vallen. Een op de tom, de ander op een bekken – precies in de maat.

Bennink behoort zonder enige twijfel tot de beste jazzmuzikanten die Nederland ooit rijk is geweest, en waarschijnlijk tot de wereldtop. Dat hij op 69-jarige leeftijd met zoveel energie een show weggeeft, een feest voor elke bezoeker, is uniek. De eeuwige jongeling bundelt alles dat jazz jazz maakt: uitmuntende instrumentbeheersing, improvisatie, expressie, avontuur, samenspel en liefde voor muziek. Voor iedereen die ook maar enige feeling heeft met jazz en hem nog nooit zag spelen: breng daar verandering in. Zorg dat je Han Bennink ziet. Levende legende.