Zeldzaam kritisch geluid
.
Bruce Springsteen levert met Wrecking Ball eindelijk weer eens een ouderwetse protestplaat. Hoewel, ouderwets? Dankzij een nieuwe producer en kleine experimenten is zijn zeventiende album juist erg van deze tijd.
Wrecking Ball klinkt net weer wat anders dan het voorgaande werk van de 62-jarige rocker, maar blijft toch onmiskenbaar een Springsteenplaat. Na twee albums met producer Brendan O’Brien werkt hij ditmaal samen met de minder bekende Ron Aniello. De productie mag dan modern wezen, een track als ‘We Take Care Of Our Own’ blijft net zo’n typische Springsteen-anthem als bijvoorbeeld ‘Born To Run’ of ‘Waitin’ On A Sunny Day’.
Felle kritiek
Wrecking Ball werpt echter niet alleen maar een sombere of boze blik op de huidige situatie in Amerika. Er is net zo goed plaats voor de nodige hoop, zoals het al eerder in een liveversie verschenen ‘Land Of Hope And Dreams’. De titeltrack zal Springsteenfans eveneens bekend voorkomen. Een liveversie van ‘Wrecking Ball’ uit 2009 stond namelijk al op de dvd London Calling: Live In Hyde Park. Dat Springsteen materiaal hergebruikt is hem vergeven, want het optimisme van nummers als deze voorkomen dat het album te zwaarmoedig wordt. Ook ‘You’ve Got It’ en ‘We Are Alive’ helpen de toekomst wat rooskleuriger in te zien.
Moedig
Ging Springsteen al eerder met de tijd mee, bijvoorbeeld met de beroemde drumloop in zijn Oscarwinnende hit ‘Streets Of Philadelphia’, in ‘Rocky Ground’ gaat hij nog een stap verder met een korte rap. Niet door hemzelf, maar door zangeres Michelle Moore. Hoewel een moedige keuze, voegt de rap hier niet veel toe. Behalve Moore heeft Rage Against The Machinegitarist Tom Morello een gastbijdrage. Leden van de vertrouwde E Street Band, onder wie de onlangs overleden saxofonist Clarence Clemons, spelen slechts een kleine rol.
Met Wrecking Ball overtreft Springsteen de wisselvallige voorganger Working On A Dream en kan hij weer enkele gegarandeerde livefavorieten op zijn setlists zetten. Het niveau van Born To Run (1975) of The River (1980) haalt dit album niet, maar die zijn dan ook met gouden letters geschreven in de annalen der popgeschiedenis. Wel biedt deze cd een hart onder de riem in een voor velen ellendige periode. Opvallend is dat het de laatste jaren vooral de rockveteranen, zoals zestigplussers Jackson Browne en Neil Young, zijn die via hun muziek protest leveren. Een kritisch geluid van jongere muzikanten is merkwaardig genoeg zeldzaam. Op dit album laat The Boss nogmaals horen hoe het moet, in songs vol verontwaardiging, woede, troost en hoop.
Live in Nederland: 28 mei Pinkpop, Landgraaf