Film / Films

Poezen voor de druilerige donderdag

recensie: Kedi
Kedi

De katten zijn indrukwekkender dan de beelden zelf, in deze vlakke documentaire van Ceyda Torun over de zwerfkatten van Istanboel.

Volgens bioloog Midas Dekkers spreken honden Duits en katten Frans. Niet alleen spreken honden Duits, ze geloven ook nog dat de mens God is. Met een dergelijk geloof hoef je bij katten niet aan te komen, die weten wel beter. De kat weet dat mensen geen goden zijn, maar slechts tussenpersonen: seculiere instrumenten die de wil van een onzichtbare heiland vertolken. Precies daarom trekken ze zich niets aan van de homo sapiens en doen ze waar ze zin in hebben. Buiten alle wetten om, behalve die van de schoonheid en de onverschilligheid. Nergens ter wereld worden katten zo goed op waarde geschat als in Istanboel; honderdduizenden leven er op straat en met hun goddelijke aanwezigheid zetten ze eenvoudige aardse zielen voortdurend aan tot introspectie. De kat als spiegel: dit is het hoofdthema van Kedi (Turkse woord voor kat).

De kat als spiegel

De caleidoscopische vorm van Kedi is eenvoudig en overzichtelijk. Voor een minuut of vijf à tien wordt de hoofdrol toegekend aan een kat die een bepaalde buurt in Istanboel als zijn of haar territorium heeft gemarkeerd. Enkele omwonenden lichten het bijzondere gedrag van de kat toe, of vertellen hoe het beestje hun leven drastisch en ten positieve heeft veranderd. Wat de koe is in India, is de kat in Istanboel: een bovenaards wezen dat zorg, ontzag en contemplatie uitlokt, en in staat is van profane zondaars betere mensen te maken. Hoe kan het ook anders, zou je denken, wanneer je dagelijks geconfronteerd wordt met een schepsel waarin gratie, intelligentie, lichamelijke perfectie en laconieke onafhankelijkheid de boventoon voeren?

YouTube-gehalte

Jammer genoeg is niet ieder verhaal dat verteld wordt even boeiend, ondanks cinematograaf Charlie Wuppermanns feliene camerawerk. Eén keer wordt het werkelijk interessant, wanneer een jonge schilderes poneert dat de hedendaagse vrouw niet meer over de katachtige houding beschikt waar de niet-hedendaagse vrouw nog wel over beschikte. Maar, zo zegt ze in haar atelier, wanneer ze voor langere tijd alleen is, sluipt er iets van die verloren gegane antropomorfe elegantie en kracht haar wezen binnen. Waarom zou je het al te menselijke en al te moderne ook aanbidden? Een vraag die interessant genoeg is om een hele documentaire mee te vullen, maar Torun vindt een minuutje wel genoeg, helaas.

Nog een minpunt: zelfs de korte speelduur van 79 minuten blijkt nog te lang, want de herhalende structuur zorgt ervoor dat Kedi na een uur begint te vervelen. Dit is ook typisch het soort YouTube-documentaire (de film is te streamen via YouTube, op moment van schrijven in Nederland nog niet beschikbaar) waarmee je de tijd doodt op een druilerige donderdagavond. Een bioscooprelease is nauwelijks gerechtvaardigd, zeker niet als je bedenkt hoeveel kwaliteitsfilms de bioscoop níét halen. Conclusie: aan het eind van de dag kan iedere kattenliefhebber hier wel mee uit de voeten, maar als volwaardig bioscoopproduct overtuigt Kedi niet helemaal.