Beangstigend realisme op tien kilometer hoogte

Tien jaar lijkt de periode te duren, die zich tussen de pieken in het oeuvre van Wes Craven bevindt. In 1984 zette de regisseur met A Nightmare on Elm Street de toon voor de horrorfilms van de jaren tachtig. Dik tien jaar later, in 1995, gaf hij het inmiddels ingeslapen horrorgenre een nieuwe, postmoderne impuls met het eerste deel van de Scream-trilogie. Nu is het 2005 en heeft Craven blijkbaar genoeg van de eindeloze stroom steeds slechter wordende imitaties van zijn voorgaande kassuccessen. Met Red Eye kiest hij voor een andere aanpak.
~
Realisme
De grote kracht van Red Eye ligt in zijn realisme: alles klopt gewoon, en nergens wordt de kijker om de oren geslagen met een bizarre plotwending die de voorgaande gebeurtenissen opeens in een ander perspectief zet. De gebeurtenissen in Red Eye volgen elkaar weliswaar in razend tempo, maar altijd plausibel op en de aantrekkelijke hoofdpersonen zorgen voor de nodige identificatie en inleving.
Aspirant suspense-klassieker
~
Het is mooi om te zien hoe oudgediende Wes Craven zijn stijl en zijn films blijft aanpassen aan de eisen van de moderne tijd en zijn publiek. Na de stripboekhorror van A Nightmare on Elm Street en de zelfbewuste commentaren uit Scream heeft Craven met Red Eye opnieuw een niche gevonden in de commerciële filmmarkt. Laten we hopen dat het niveau van de navolgers dit keer wèl op peil blijft.