Illusie met een dun laagje chroom
Regisseur Michel Gondry (Eternal Sunshine of the Spotless Mind) staat bekend om zijn vreemde, absurde en surrealistische films. Zijn nieuwste project, L’écume des jours, is daarop geen uitzondering. Afgezien van Gondry’s typische stijl heeft de film echter weinig te bieden.
Je vraagt je vooral af hoe iemand een film als deze bedenkt. Hoe krijg je zoveel idiote praktijken in een film gestopt en kom je er tot op zekere hoogte ook nog mee weg? Aan originaliteit geen gebrek, zoveel is wel duidelijk. L’écume des jours is gebaseerd op het gelijknamige boek, waarmee het probleem zich verschuift van Gondry naar de schrijver van het boek: Boris Vian. Gondry zelf lijkt zelf ook geworsteld te hebben met de presentatie van het verhaal, en benut de openingsscène om wat duidelijkheid te creëren rond de totstandkoming van het boek.
Hij presenteert het als volgt: in een fabriekshal worden typisten achter een lopende band gezet, waarna typemachines langskomen waarop elke typist één zin mag typen. Aan het einde van de lopende band worden de pagina’s met willekeurige (on)zinnen verzameld en gebundeld. Het resultaat is L’écume des jours.Jean Sol Partre
Gondry weet het boek op stijlvolle manier te verfilmen en dompelt de kijker onder in een surrealistische, kleurrijke wereld. Je zou bijna willen dat het in 3D was. De ene na de andere rariteit wordt op het scherm getoverd en Gondry weet van geen ophouden. Hij gunt de kijker geen moment rust, maar overspoelt zijn publiek met absurde voorvallen. Een groot gedeelte daarvan is komisch: een running gag met een levende deurbel, een tafel die wordt afgeruimd met een bezem en de grommende sportschoenen met een eigen wil zijn leuke vondsten. De absurditeit slaat echter een beetje door, want ook aan de handelingen van de personages valt het eerste uur geen touw vast te knopen. En daar gaat L’écume des jours de mist in.
Onder al het kunstzinnige camerawerk (stop-motion wordt afgewisseld met CGI) dat feilloos de absurde taferelen weet te vangen, schuilt namelijk een flinterdun verhaal. Colin (Romain Duris) wordt tijdens een avondje swingen verliefd op Chloé (Audrey Tautou) en niet veel later is het stel getrouwd. Naast het liefdespaar is Omar Sy (Intouchables) aanwezig als manusje-van-alles en maken we kennis met Colins vriend Chick (Gad Elmaleh) die slechts voor één persoon zijn bed uit komt: Jean Sol Partre. Deze karikatuur van de beroemde Franse filosoof – zelfs zijn metgezel Simone de Beauvoir is van de partij – spreekt in een rokende pijp mensenmassa’s toe en gebruikt onbegrijpelijke metaforen. Het is ironisch genoeg een van de weinige scènes waar Gondry dicht bij de realiteit blijft.
Chronische waterlelie
Het gaat helemaal mis wanneer Chloé last krijgt van een chronische waterlelie in haar long. De medicijnen – bewegende verchroomde konijnenkeutels van opgezette konijnen die ontploffen nadat ze verchroomde wortelen hebben gegeten – helpen niet. Het gaat bergafwaarts met Chloé. Niet alleen Chloé raakt verzwakt, ook het huis begint te krimpen, de kleurrijke beelden uit het begin van de film worden grauwer en de film wordt serieuzer en inhoudelijk sterker. Pas in het slotstuk worden de surrealistische beelden functioneel.
De overheersende visuele stijl laat weinig ruimte voor wat menselijkheid, waardoor de beleving ontbreekt. Met name de personages zijn niet te vergelijken met de meeslepende karakters uit The Science of Sleep en Eternal Sunshine of the Spotless Mind. Wanneer je ogen uiteindelijk gewend zijn aan de beelden en je je visuele cortex weer op orde hebt, valt de film tegen.