Film / Films

Een meesterlijk alternatief voor het dorre Hollywood

recensie: Pan's Labyrinth

Guillermo del Toro is een sensationeel goede regisseur. In zijn regie van films als The Devil’s Backbone en Cronos weet hij een perfecte balans te vinden tussen enerzijds fantasie en anderzijds een bepaald aspect van de menselijke tragedie, vaak getoond door de onbedorven ogen van kinderen. Deze observatie geldt zeker ook voor Del Toros laatste film: Pan’s Labyrinth. Een uitgekiend, griezelig, ontroerend kwaliteitsproduct dat hopelijk een blijvende invloed heeft op de vaak van fantasie gespeende moderne Westerse film.

Het geheim van Del Toro zit hem in de rol die de special effects spelen in zijn werk. In Hollywood worden jaarlijks honderden miljoenen dollars uitgegeven aan het creëren van spektakelstuk na spektakelstuk, en een plafond is blijkbaar nog steeds niet bereikt. Dit zal alleen nog maar weer bevestigd worden in de zomer van 2007, wanneer robots die even gigantisch als duur zijn op duizenden schermen ter wereld te zien zullen zijn in Michael Bay’s Transformers. Maar er zijn meer voorbeelden: de derde Spiderman, de derde Pirates of the Caribbean, de nieuwe Harry Potter, al deze films leunen voor een (te) belangrijk deel op wat de computerafdeling uit haar hoed weet te toveren.

Del Toro’s antwoord

~

Del Toro pakt het anders aan. Hij kiest er stelselmatig voor om het opbiedspelletje dat wordt gespeeld aan de Amerikaanse westkust te negeren. De special effects, zoals die naar voren komen in de horroraspecten van bijvoorbeeld het uitstekende The Devil’s Backbone of de parallelle fantasiewereld in Pan’s Labyrinth, zijn essentieel in zijn films, maar geen doel op zich. In het werk van Del Toro dragen de special effects bij aan de verbeelding van het verhaal dat hij wil vertellen. En in het vertellen van verhalen is hij een meester.

Het verhaal van Pan’s Labyrinth ontroert. Zoals zo vaak het geval is speelt de Spaanse burgeroorlog eind jaren dertig een belangrijke rol. Een jong meisje, Ofelia, reist samen met haar moeder Carmen en de nieuwe echtgenoot van haar moeder, Vidal, naar het noorden van Spanje. Vidal is een kapitein in het leger van Franco, op zoek naar rebellen die schuilen in de bossen. Het is een keiharde en sadistische man, en ondanks dat het samenzijn met een gerespecteerd man ongetwijfeld voordelen biedt voor Ofelia’s moeder, ziet ze hoe het met de zwangere Carmen slechter en slechter gaat. Geconfronteerd met haar intimiderende stiefvader, de steeds slechtere toestand waarin haar moeder verkeert en de bloederige wreedheden van de oorlog, gaat Ofelia langzaam maar zeker op in een wereld die begint in het labyrint van de faun. Als Ofelia niet op de juiste wijze de raadsels van de faun oplost zal ze haar echte vader, koning van een wereld waar Franco’s opkomende fascisme niet eens een echo is, nooit meer zien.

Een uitgebalanceerd meesterwerk

~

Zoals hierboven al is opgemerkt, is balans een sleutelwoord in het werk van Del Toro. Hij bouwt zijn films zorgvuldig op, haast zich niet, geeft zich niet over aan de verleidingen van excessen, maar weet tegelijkertijd wel wanneer deze excessen een waardevolle bijdrage kunnen leveren. Dit is geen Alice-in-Wonderland-sprookje voor kinderen. In één van Ofelia’s opdrachten wordt van haar verwacht dat ze alle etenswaren op een tafel in een verborgen ruimte laat liggen. Aan het hoofd van de tafel zit een wezen, doodstil, rimpelig, oogloos, dodelijk. Ofelia kan de verleidingen niet weerstaan. Eten en drinken is immers schaars in de oorlog. Ze geeft zich over aan de verleiding, ondanks dat er in de ruimte om haar heen voldoende bewijs is voor de gruwelijkheden waartoe het beest in staat is: afbeeldingen van (onderdelen van) kinderen die hun gulzigheid hebben moeten bekopen met de dood. Nadat ze heeft geproefd schrikt het beest wakker, zoekt naar zijn ogen en steekt ze in zijn handen, op zoek naar Ofelia. Het zijn tien razend spannende minuten met een briljante timing, indrukwekkende make-up en imponerend geluid. Maar wat nog belangrijker is: de spaarzame inzet van zo’n deel verintensiveert het effect. Ze passen op uitgekiende wijze in het uitgebalanceerde geheel van de film als totaalproduct.

Dit geldt ook voor de acteurs. Weinig mensen zullen bekend zijn met de hoofdrolspelers, de uitmuntende jonge Ivana Baquero als Ofelia, de intimiderende Sergi López als de kapitein en Ariadna Gil als de moeder, en zodoende leidt een bekende kop niet af van het verhaal dat Del Toro aan het vertellen is. Het geluid is effectief, de camerabewegingen snel, strak waar nodig, rustig en kalm wanneer de aandacht dient te zijn bij de voortgang van de plot. Het lijkt zo simpel, alsof het Del Toro geen enkele moeite kost, maar wat een prachtfilm heeft het opgeleverd. Laten we hopen dat de Spaanstalige wind die waait aan de westkust van de VS niet snel gaat liggen en dat films als deze een bijdrage kunnen leveren aan een nieuw Hollywood.