Film / Films

Vastgeplakt aan Zidane

recensie: Zidane, un portrait du 21ème siècle

Hij heeft zonder twijfel de mooiste naam uit de voetbalgeschiedenis: Zinédine Zidane. Door zijn fans liefkozend ‘Zizou’ genoemd. Maar dat de Franse voetbalgod (driemaal door de FIFA uitgeroepen tot beste voetballer van de wereld) niet altijd lief is, werd dramatisch duidelijk tijdens de WK finale van 2006. In de wedstrijd tegen Italië gaf hij zijn tegenspeler een kopstoot en beëindigde zijn carrière met een rode kaart. Het was niet de eerste keer dat de man met rood het veld werd afgestuurd. Kunstenaars Douglas Gordon en Philippe Parreno namen de opvliegende held tot onderwerp van de documentaire Zidane, un portrait du 21ème siècle.

Beide makers hebben hun strepen in de internationale kunstwereld ruimschoots verdiend. Hun werk –voornamelijk video- bevindt zich in de collecties van onder andere de Tate gallery, het Centre Pompidou en het Guggenheim museum in New York. Zidane, un portrait du 21ème siècle is dan ook geen portret geworden in de traditionele zin van het woord. De film toont niet zijn rise to fame, geen archiefbeelden van zijn meest legendarische momenten, en ook geen interviews met vrienden en collega’s. Er is Zidane, en niets meer dan dat. De regisseurs lieten cameraman Darius Khondji (Se7en, Delicatessen) de voetballer negentig minuten lang volgen tijdens de wedstrijd Real Madrid – Villa Real op 23 april 2005, waarbij gebruik werd gemaakt van maar liefst 17 camera’s, zowel film als high definition video.

Van aftrap tot fluitsignaal

~

Met de melancholieke gitaarklanken van Mogwai op de achtergrond, wordt er heen en weer gesneden tussen grofkorrelige totaalshots van de televisieregistratie van de wedstrijd en extreme close-ups van Zidane op het veld, met bijhorend oorverdovend stadiongeluid. Omdat Zidane helemaal geïsoleerd wordt van zijn omgeving, is de wedstrijd zelf niet te volgen. Daar is het de makers ook niet om te doen.

Van de aftrap tot de laatste minuut, waarin Zidane het veld wordt afgestuurd, zien we hoe hij kijkt, ademt, stilstaat, afwacht, toeslaat. En heel sporadisch hoe hij geluid maakt: “Hey… hey”, roept hij naar zijn teamgenoten. Die teamgenoten, Raul, Ronaldo, Beckham, zijn slechts bijfiguren in het verhaal over één man. Een man alleen op het veld. Af en toe verschijnen gedachtes van Zidane als ondertitels over het beeld. Overpeinzingen over het publiek en over tijdsbeleving.

Glimlach

~

De monotonie wordt slechts op één moment doorbroken. In de laatste minuten van de wedstrijd maakt teamgenoot Roberto Carlos een grapje. Na zo’n anderhalf uur staren naar de gekwelde en overgeconcentreerde blik van Zidane, is daar dan ineens een overweldigende glimlach. Het is bijna een religieus moment. Niet veel later slaat de sfeer om en rent Zidane uit beeld. Als de camera hem weer in het vizier heeft, is de rode kaart al gegeven.

De vraag is of Zidane, un portrait du 21ème siècle in de bioscoop thuishoort of beter tot zijn recht komt in de meer experimentele programma’s op de filmfestivals, of misschien zelfs in het museum. Voor de gemiddelde voetballiefhebber, hoeveel die ook van Zidane mag houden, zal de film te veel van het concentratievermogen vragen. Maar in een museum, waar de bezoeker naar believen in en uit kan lopen, zou het bijzondere effect van de documentaire verloren gaan. Juist omdat je als kijker negentig minuten lang veroordeeld bent tot het kijken naar Zidane en niets dan Zidane -als het ware aan zijn gezicht, zijn kuiten en schenen vastgeplakt- zorgt dat, in combinatie met de meditatieve muziek, voor een transcendente ervaring. Saai en fascinerend tegelijk.

Zidane is vanaf vandaag ook op dvd te koop, met als extra’s een kort interview met, en een korte introductie door, Zidane.