Onbegrijpelijk toekomstbeeld
De nieuwe film van Ari Folman (Waltz with Bashir) ziet er schitterend uit en weet vanaf de eerste minuut te betoveren. Jammer genoeg lukt het niet om dat vast te houden, waardoor een groot deel van de film oogverblindend, maar niet te volgen is.
The Congress begint fenomenaal. Actrice Robin Wright (Forrest Gump; gespeeld door zichzelf) verkoopt haar beeltenis aan een filmstudio, die deze daarna digitaal kan gebruiken om nieuwe films te maken zonder dat zij er ook maar van afweet. Het is een premisse die, in deze tijd van steeds beter wordende CGI (zie bijvoorbeeld de tijger in Life of Pi), tegelijkertijd buitengewoon en onvermijdelijk lijkt. De film kijkt met een leuk satirische blik op dit idee en weet er filosofische vragen mee op te roepen over het heden en de toekomst van onze filmindustrie. Daarnaast zorgt het uitstekende spel, de mooie muziek, het camerawerk en een prachtige monoloog van Harvey Keitel (Reservoir Dogs) voor een buitengewoon emotionele ervaring voor zowel personage als toeschouwer.
Visueel avontuur
Maar het zal bij kijken blijven. Want zo strak (en toch vloeiend) als de animatie aanvoelt, zo rommelig en onoverzichtelijk zit het plot in elkaar. In het eerste – live action – deel van de film was het al af en toe merkbaar dat er niet duidelijk werd uitgelegd wat er precies gebeurt (en waarom het gebeurt!), maar dat was nog best te volgen. In de animatie wordt dit echter nog stukken erger. Vanaf het absolute begin komen er vragen die niet duidelijk beantwoord worden. Waar zijn we? Wat gebeurt er? Waarom doet ze dat? Wie is dit? Jammer genoeg is dit stuk zo rijk aan gebeurtenissen (en plot) dat het verhaal al vrij snel compleet niet meer te volgen is. De filosofische concepten worden nog verder uitgebreid, maar het lukt ze niet meer om zo te prikkelen als zij dat eerder deden. Van emotie is al helemaal geen sprake meer. Een publiek kan niet meevoelen met een personage als ze niet begrijpen wat dat personage meemaakt.
Gemiste kans