‘Een soort Hades’: Half geslaagd ensembletheater met grote ambities
Het programmaboekje van Een soort Hades stelt dat één op de vijf Nederlanders met een depressie te maken krijgt. Een gezonde geestestoestand blijft voor velen een balanceer-act: Als je te lang naar beneden kijkt stort je in de afgrond. De meeste mensen weten de balans te bewaren, maar wat gebeurt er met de mensen die de zin voor de waanzin hebben ingeruild?
Diverse ensemblecast
Dit vraagt Een soort Hades van Theater Utrecht zich af. Het stuk, geschreven door Lars Norén en geregisseerd door Thibaud Delpeut, speelt zich af in een psychiatrisch ziekenhuis. We maken kennis met een groot aantal personages, waarvoor een diverse ensemblecast is opgetrommeld, met daarin zowel theaterveteranen als jonge gezichten. Scènes wisselen elkaar in hoog tempo af in een versnipperde montage met harde contrasten tussen energie en emotie. Volgen we op het ene moment een dramatische scene tussen twee geliefden op een slaapkamer, dan verspringt de aandacht op het moment daarop naar een komische monoloog van een doorgedraaide leraar klassieke talen die even verderop in een rookhok zit.
Helaas is er ook een grote afwisseling in het niveau van de acteurs. Bij het spelen van een psychiatrische patiënt bestaat het gevaar om te blijven hangen in de manische kant, het expressieve en de absurditeit van de dialogen. Door die eigenschappen zijn de personages een bron van humor en ze zijn interessant om naar te kijken, maar de diepere uitdaging voor de spelers is om naast de manie en de expressiviteit ook de kwetsbaarheid van de personages over te brengen. Anders krijg je een geïdealiseerd beeld van de psychiatrische kliniek, een soort Ja zuster, nee zuster.
Emotionele werkelijkheid
Iedere grote rol in deze voorstelling krijgt de kant om de kwetsbare kant te laten zien, met wisselend succes. Met name Hein van der Heijden overtuigde niet, hij vervalt tot hetzelfde nerveuse burgerlijke typetje dat hij vaker speelt. Erg jammer, omdat hij krachtig tegenspel krijgt van Ilke Paddenburg, die zijn suïcidale dochter speelt. Zij slaagt erin om de doodswens van haar personage over te brengen op het publiek en geeft haar personage op die manier een emotionele werkelijkheid.
Helaas zoekt de voorstelling iets te vaak de oorzaak van een geestesziekte in een gruwelijk trauma, terwijl die verklaring niet nodig hoeft te zijn. Door de verschillende spraakwatervallen van de personages snijdt deze voorstelling in ruim drie uur te veel grote thema’s aan, en dan gaat het ook nog eens over Leed met de grote L. Thema’s als pedofilie, genitale mutilatie en incest passeren de revue, zonder dat het echt een shockwaarde heeft. Een soort Hades steekt goed in elkaar, maar de voorstelling had dieper kunnen snijden. Doordat het meteen gaat over de allergrootste persoonlijke problemen staan de personages ver van ons af.
Geen Tantaluskwelling
Door de kenmerkende regie en snelle, onverwachte wisselingen in het verhaal is Een soort Hades desondanks geen Tantaluskwelling. Delpeut is op zijn sterkst als hij met de vertelvorm gaat spelen, en stijgt dan qua theatraal beeld boven de tekst uit. Delpeut beheerst zijn eigen theatervorm tot in de puntjes. Kan hij die echter blijven ontwikkelen voordat zijn eigen conventies clichés gaan worden? Toeschouwers die bekend zijn met zijn eerdere werk zullen opnieuw de filmische stijl herkennen en de belangrijke rol die muziek speelt bij het creëren van sfeer. Het gevaar van een regisseur met een uitgesproken en herkenbare stijl is dat zijn voorstellingen qua vorm en inhoud op elkaar gaan lijken. Voor de doorgewinterde Delpeutkenner is Een soort Hades minder verrassend omdat veel elementen uit eerdere voorstellingen ook nu weer te herkennen zijn.
Een soort Hades is bij vlagen komisch en dramatisch, ingetogen en uitzinnig. De voorstelling is echter niet altijd van dezelfde kwaliteit, en sommige stereotypes staan de thematiek en de identificatie in de weg. Desondanks blijft er genoeg over om van te genieten. In het licht van de eerdere voorstellingen van Delpeut is Een soort Hades toch minder origineel. Ik hoop dat het bij dit dipje blijft.