8WEEKLY

Summer in the City

Artikel: De Wereld van Willem

.

‘En, wat gaan jullie nou deze zomer doen?’, is een vraag die we de afgelopen maanden van heel wat bezorgde buren en vrienden te horen hebben gekregen. Leedvermaak druipt van deze vraag af en ik sta dan ook steevast met mijn mond vol tanden. Wat deden we voorgaande jaren ook alweer? Hoe gingen we om met gesloten theater- en concertzalen? Waren we toen tóch ongemerkt in een zwart gat gevallen? Ik ben het maar eens nagegaan en het bleek alleszins mee te vallen. Ook tijdens de zomer weet dit duo kennelijk zijn tijd wel door te brengen. De musea zijn tenslotte gewoon open, Den Haag heeft zijn beeldenroute, Utrecht zijn Festival Oude Muziek, er zijn boekenmarkten in Dordt en Deventer en we moeten weer eens nodig naar Kröller-Müller en Middelheim. En verder liggen er in huize Bruring nog enorme stapels ongelezen boeken, ongeziene DVD’s en onbeluisterde CD’s. Kortom, dank u voor de belangstelling, maar we redden ons wel.

Zelfs op theatergebied, want je kunt natuurlijk altijd nog terecht op De Parade. Wij kozen onder meer voor Young Gangsters, de groep die met buitengewoon fysiek theater over de Amerikaanse, curieuze levenswijze ons hart gestolen heeft. Hun nieuwste productie heet Jesus is my Homeboy en dat is nu eens niet een voorstelling over de botte boeren in de Mid-West of de vuile Vietnam-oorlog, maar het verhaal van Jezus en dat in dertig minuten. Het is bijna ongelofelijk hoe die jongens steeds weer de kern van zo’n onderwerp feilloos in beelden weten om te zetten en er tegelijk een lachwekkende vertoning van maken. Fladderende duiven, Michelangelo’s goddelijke aanraking en de kus van Judas, álles zit er in. Het is een grandioze satire op het Nieuwe Testament in de beproefde Monty Pythontraditie. Jezus als de goochelaar die water in wijn omzet, een rolstoelrijdster opnieuw laat lopen en Judas dwingt om hem te kussen zodat hij aan het kruis mag en eindelijk zijn historische rol kan vervullen, het is allemaal buitengewoon hilarisch theater.

Een vast zomeruitje voor ons is een wandeling over het Lange Voorhout. Inderdaad: de beeldenroute van Den Haag Sculptuur die ditmaal Grandeur heette en in het teken staat van jonge Franse kunstenaars. Nu heb ik bij de eigentijdse Franse kunst altijd een beetje last van twijfel. Is het allemaal oprecht of word je met blufferige blabla het bos in gestuurd? De verklarende teksten bij de beelden voorspelden in elk geval weinig goeds. Alle kunstenaars willen ‘de toeschouwer aan het denken zetten’, verwijzen naar ‘universele waarden’ en voor alle zekerheid zetten ze er ook maar bij wat hun creatie voorstelt. Een beetje kunstliefhebber is dan al op zijn hoede. En inderdaad waren er maar drie beelden die onze goedkeuring kregen: een constructie van wilgentenen tussen de takken van de Voorhoutbomen, een installatie van bakstenen bogen en een object met aan elkaar gelaste bierkratjes (al was de verwijzing naar de fractals van Mandelbrot natuurlijk gewoon weer een gelikt kletsverhaal). Kort gezegd, een matige expositie dit jaar.

Dat het North Sea Jazz Festival is gekaapt door impresario’s die niets met geïmproviseerde muziek te maken hebben, is bekend. Sinds mijn laatste bezoek, jaren geleden, heb ik het festival steeds verder zien afglijden naar een bloedcommercieel yuppenfeest. Stevie Wonder, Sting, Prince, Lenny Kravitz, niks mis mee, maar de echte jazzmensch heeft er simpelweg niets meer te zoeken. Zoiets moet de organisatie uiteindelijk ook begrepen hebben en daar is nu wat op bedacht: “North Sea Around Town”. Een side-event, louter gericht op onversneden jazz en daardoor leuker dan het officiële festival. Ik ben dit jaar eens wat van die gratis concerten gaan bezoeken en minstens één daarvan maakte op mij een verpletterende indruk: zangeres Deborah Carter met het kwartet van Ruud Bergamin. Niet vanwege de kwaliteit – die trouwens best hoog was – maar de ambiance. Stel je voor, een brasserie in Ommoord. Zo ongeveer de enige plek in Nederland waar je niet eens láge cultuur hoeft te verwachten. Ik stapte binnen en werd meteen weer naar buiten gewerkt, want de zaak was prop- en propvol. Dáár zaten ze dus, die jazzfreaks: swingend, vingerknippend en juichend. Alsof je na een afwezigheid van vele jaren weer thuiskomt. En toen de TV werd aangezet voor het voetbal werd die straal genegeerd. Jazz-Voetbal: 5-0.