Boeken / Fictie

Nieuw jasje, oude thema’s

recensie: Zadie Smith (vert. Jan de Nijs) - NW

Het heeft even geduurd, maar er is weer een nieuwe roman van Zadie Smith. Voor wie een literaire soap in de trant van White Teeth (2000) en On Beauty (2005) verwacht, is NW wel even slikken.

Vanaf het eerste, korte hoofdstuk van NW merk je het: hier is een andere Zadie Smith aan het woord dan voorheen. In On Beauty toonde Smith met haar uitvoerige beschrijvingen en charmante dialogen nog veel verwantschap met negentiende-eeuwse schrijvers als Jane Austen. In NW is ze definitief de eenentwintigste eeuw, of op zijn minst de twintigste, binnengetreden: onafgemaakte zinnen, het gebruik van verschillende verteltechnieken per deel en zelfs beeldgedichten. Algehele fragmentatie. Je wordt als lezer niet meer aan de hand meegenomen, je moet aan het werk met de bits and pieces die Smith je aanreikt.

Locatie: Londen
De vraag is natuurlijk: werkt die nieuwe stijl, sluit de vorm aan bij de inhoud? In eerste instantie lijkt het te kloppen. NW – de titel verwijst naar het postcodegebied North West – gaat immers over het hedendaagse leven in de metropool Londen. Dat leven is chaotisch en Smith weet die chaos goed neer te zetten door een wirwar aan locaties op te roepen: Kilburn, Willesden, Camden, Hampstead, Grafton Street, Regent’s Park, Yates Lane, Albert Road. Wie Londen niet door en door kent, gaat het al snel duizelen.

Wat wel duidelijk wordt, is dat locatie samenhangt met sociale klasse. Londen valt in te delen in arme en rijke postcodes, arme en rijke straten. Die verschillen zijn natuurlijk relatief. De blanke Leah, die in de sociale dienstverlening werkt, voelt zich inferieur ten opzichte van haar zwarte vriendin Natalie, een advocate, en diens man, een bankier. Vanuit haar gebrekkige kantoorruimte denkt Leah:

Elders in Londen zijn kantoren glimmende synergetische gebouwen met kantoortuinen/glazen wanden/draadloos internet. Daar persisteert een geloof in het belang van een pingpongtafel. Hier is niet daar. Hier zijn kantoren hokkerig benauwd victoriaans vochtig.

Maar Leah en Natalie hebben het beiden beter gedaan dan andere ex-klasgenoten, de junkies die ze voortdurend tegenkomen als ze de hoek omslaan.

Huwelijksperikelen
Toch zijn de vriendinnen geen van beiden gelukkig. Het grootste gedeelte van het boek gaat over hun huwelijksperikelen. Over de triootjes die Natalie online probeert te regelen, over Leahs angst dat haar man haar zal verlaten als zij toegeeft dat ze geen kinderen wil. En over hoe de meisjes als kinderen waren: de gedreven, berekenende Natalie, de tegelijk zorgzame en hedonistische Leah. Een zwart meisje en een blank meisje, van wie de een de sociale ladder beter weet te beklimmen dan de ander.

Als zulke thema’s boven komen drijven zijn we weer in vertrouwd Zadie Smith-gebied. Uiteindelijk draait het toch allemaal om menselijke relaties, om de vaak moeizame omgang tussen zwart en wit, arm en rijk, schoonheden en uiterlijk minder bedeelden. Hoe je nooit helemaal loskomt van je afkomst en hoe snel vriendschappen verstoord worden door vooroordelen en wantrouwen.

Klassieke Smith
Zonder de junkies en de verandering in stijl was dit een klassieke Smith geweest. Het is dapper dat ze geprobeerd heeft zichzelf opnieuw uit te vinden, dat ze andere stilistische middelen heeft toegepast. Het nieuwe jasje kan echter niet verhullen dat Smiths werkelijke belangstelling nog steeds ligt bij het scheppen van levensechte personages en het tonen hoe die zich tot elkaar verhouden. Dat dat gelukt is in NW, is eerder ondanks dan dankzij de nieuwe stijl. De ingrepen lijken nu nog wat geforceerd: experiment om het experiment. Een beeldgedicht over appelbloesem is leuk, maar voegt inhoudelijk niets toe. Wel doen zulke verrassingen uitkijken naar de volgende roman. Wie weet dat daarin vorm en inhoud echt samen zullen vallen.