En plotseling gebeurde er nog steeds niets
De hoofdpersoon van de debuutroman Park van Willem Claassen heet Willem en woont in een park. Dat is tenminste duidelijk.
Na het beëindigen van zijn relatie en de daaropvolgende verhuizing weg van zijn vriendin Marleen, trekt Willem in het huisje van een vriend, Tim. Deze Tim gaat zelf naar Thailand om er met zijn Thaise vriendin toeristentrektochten door de jungle te organiseren. Willem is wat minder avontuurlijk aangelegd: hij cirkelt al een jong leven lang rond Nijmegen, doet onduidelijk werk op een non-descript kantoor en bezoekt af en toe een feestje. Wie denkt dat daar na het einde van zijn verkering verandering in komt: forget it. Willem leeft zijn leven in het tempo van het vakantiepark: traag en weinig meeslepend. Hij slaagt er niet in zijn leven écht in te richten, en doet hetzelfde met het huisje waar hij woont: de meeste meubels die hij gebruikt zijn niet van hem, zoals niets Willem werkelijk een eigen identiteit lijkt te kunnen geven. De voorlopigheid van zijn woning symboliseert Willems levenshouding, of andersom.
Het patroon van het romandebuut
Park is de eerste roman van Claassen, die eerder verhalen publiceerde in Tirade en Passionate Magazine. Op het eerste gezicht alweer een debuut dat naadloos aansluit op de 4.784 debuten die een vergelijkbare thematiek hanteren: twintiger, voor het eerst op zichzelf aangewezen in de boze wereld, raakt in een niet zo heel vreselijke crisis, loopt een paar blauwtjes en krabbelt weer op met behulp van een paar goeie vrienden of een troostende playlist op iTunes.
Toch liggen de zaken bij Park net even anders: Willem bevindt zich dan wel in een crisis, hij lijdt niet het leven van de somberende student zonder geld. Hij heeft een goedbetaalde baan (op drievierde van het boek gaat hij zomaar even vier weken naar Thailand), liefhebbende ouders, een paar echte vrienden en een huisje voor zichzelf, inclusief filmkanaal. Toch wil het allemaal niet vlotten met Willem: hij lijkt lamgeslagen, al is niet geheel duidelijk waardóór precies. Zelfs een nieuwe verkering, met de mooie, nieuwe stagiaire van kantoor, kan hem niet uit zijn lethargie verlossen. Willem zit het liefst op de bank – of later, in Thailand, op de veranda.
No telling, little showing
Een interessant personage, die Willem. Wat is er eigenlijk met hem aan de hand? Waarom duwt hij zijn ouders en broer, met wie niet zo veel mis lijkt te zijn, van zich af? Waar komt dat schrijnende gebrek aan initiatief vandaan? Daar vertelt Claassen te weinig over. In korte, soms treffende zinnen beschrijft hij de dagelijkse gang van zaken in Willems leven. Hoe hij op de bank zit, hoe hij in bed ligt, hoe hij naar de stad fietst en eindeloos vaak hoe hij langs het huisje van zijn tijdelijke buren rijdt.
Die eentonigheid van Willems leven slaat af en toe over op het boek zelf, deels omdat Claassen ervoor kiest om de gedachten van zijn protagonist nauwelijks weer te geven, en deels omdat de beschrijvingen van wat wél verteld wordt, gesteld zijn in kaal, ritmisch proza dat af en toe best wat afwisseling kan gebruiken – net als Willem dus. Nu doet Park in sommige stukken wat plichtmatig aan en dat is spijtig, want schrijven kan Claassen en goed ook, maar hij gunt zichzelf niet altijd de ruimte om dat te tonen. Show, don’t tell, moet de schrijver zichzelf tijdens het schrijven hebben ingeprent, en dat levert hem een voorsprong op veel andere jonge auteurs op. Die wordt echter ongedaan gemaakt door het simpele feit dat er ook niet heel veel geshowd wordt in Park, afgezien dan van een deprimerend dagritme van een jongen van in de twintig.
Catharsis blijft uit
Dat ritme zou in het laatste deel van het boek – wanneer Willem bij Tim in Thailand op bezoek gaat – een ingrijpende verandering moeten ondergaan, maar dat gebeurt niet. De catharsis waar Willem naar op zoek gaat, blijft uit, want ook in Thailand zitten de mensen gewoon op de bank naar de televisie te kijken. De suggestie is dat er iets veranderd zou zijn bij zijn terugkeer in Nijmegen. Zijn nichtje Tanja kan opeens staan, hij vindt een nieuw appartement voor zichzelf, hij lijkt zijn mislukte relatie achter zich te laten en geeft zelfs een housewarming; al die dingen moeten veelbetekenend zijn voor een personage dat voor het gevoel van de lezer niet zo veel verandering heeft doorgemaakt. Daarvoor hebben we Willem door het boek heen niet goed genoeg leren kennen. Iemand met het talent van Claassen, iemand die met zo veel korte zinnen en zo weinig actie een onderhoudende roman kan schrijven, moet een volgende keer niet meer zo laag mikken.
Bekijk de trailer van Park: