Bloedeloze wraak
Na de veelgeprezen thrillers Drift en Daglicht levert Marion Pauw Zondaarskind af. Net op tijd om mee te kunnen in de vakantiekoffer verschijnt deze thriller waarin bejaarden de hoofdrol spelen. Onder het motto ‘nooit te oud om wraak te nemen’ smeden zij snode plannen vanachter de rollator.
‘Nummer veertien’, zo gaat Truitje Langhout door het leven nadat ze haar ouders en zusje bij een brand verliest en wordt opgenomen in het weeshuis van de ‘Zusters van de liefde’. Erg lief zijn deze zusters echter niet, Truitje gaat een tijd vol ontberingen tegemoet. Als dochter van een kroegbaas heeft ze het extra moeilijk, de nonnen die het weeshuis runnen noemen haar een ‘zondaarskind’ . Op haar achttiende mag Truitje gaan werken bij een deftige familie in Bussum. Naïef en onbewust van haar vrouwelijke charmes brengt ze de drie zonen in het gezin waar ze moet poetsen en koken het hoofd op hol. Dit tot groot ongenoegen van de vrouw des huizes.
Bejaardengym
In Zondaarskind lopen twee verhaallijnen door elkaar, dat van de jeugd van Truitje en dat van de inmiddels tachtigjarige Geertruida. Wanneer zij na een ongelukkige val in de badkamer naar een bejaardenhuis moet en daar bij de zangles oog in oog komt te staan met een vijand uit haar jeugd, Frederique Vos, wordt ze gedwongen om terug te blikken en neemt ze zich voor om wraak te nemen.
Marion Pauw wordt alom geprezen om haar inlevingsvermogen en de uitwerking van haar personages. In Daglicht voerde ze de autistische Ray op, wiens karakter goed uit de verf kwam. Ook in Zondaarskind slaagt ze erin om het karakter van de hoofdpersoon geloofwaardig neer te zetten. Het is mooi om te zien dat de koppige Geertruida die weigert deel te nemen aan de bejaardengym nog precies dezelfde inborst heeft als het obstinate meisje van negen, dat niet naar de pijpen van de nonnen wilde dansen.
De overige karakters in het verhaal blijven echter eendimensionaal. De andere bejaarden worden karikaturaal beschreven en de slechterikken in het boek, zoals een nichtje dat op haar geld uit is en Frederique, de vijand van vroeger, zijn heel zwart-wit neergezet en louter slecht.
Slapstick
Daarnaast zijn de ontwikkelingen in het verhaal nogal voorspelbaar. Truitje, die niets weet over de bloemetjes en de bijtjes, valt voor de oudste zoon van het gezin waar ze werkt en de twee beginnen een stiekeme affaire. Deze zoon, Waldemar, is echter al uitgehuwelijkt aan de deftige Frederique. Als het korset dat Truitje moet dragen strakker en strakker gaat zitten weet je als lezer al hoe laat het is. En als Frederique haar toekomstdroom in duigen ziet vallen en met een golfstick achter Truitje aankomt… Precies.
Zondaarskind is vermakelijk, leest lekker weg en is bij tijd en wijle ook grappig, door de cynische humor van Geertruida die weigert toe te geven aan de ongemakken van de ouderdom. De wraakactie die ze onderneemt met medebewoonster mevrouw Koe is zo ongeloofwaardig dat ze bijna slapstickachtige vormen aanneemt. Maar waar deze literaire thriller in faalt is het totale gebrek aan spanning. Nergens, maar dan ook helemaal nergens is er een moment van schrik of verrassing. En dat is toch een beetje als een ijsje zonder slagroom.